‘Verkiezingen’ in Iran: crisis houdt aan, interne strijd neemt toe

Hassan Rouhani zit in de laatste maanden van zijn ambtstermijn die in 2013 begon. De presidentsverkiezingen – eigenlijk geen echte verkiezingen – vinden plaats in mei 2017. We kijken hierop vooruit in een artikel door P. Daryaban.

Rouhani kwam aan de macht tegen de achtergrond van harde sancties door het Westen, ondersteund door resoluties van de VN Veiligheidsraad. De sancties vanaf 2006 zorgden voor een scherpe economische achteruitgang in Iran. Het verscherpte de economische crisis die als een chronische ziekte het land al langer in haar greep hield. Het beleid van Mahmoud Ahmadinejad deed wat denken aan Don Quichot. Aanvankelijk genoot hij de volledige steun van de opperste leider van het regime, Khamenei, maar het beleid bracht het land op de rand van een volledig bankroet. Het bizarre buitenlandse en binnenlandse beleid van Ahmadinejad leidde tot chaos en in de laatste jaren van zijn bewin zelfs tot een conflict met Khamenei. Het ging zo ver dat leidinggevende figuren in het regime erover spraken om Ahmadinejad voor het einde van zijn termijn af te zetten.

In deze context van dreigende ineenstorting haalde Rouhani in 2013 een fragiele overwinning. Hij werd gesteund door het blok van gematigde hervormers van de voorheen erg krachtige figuren als Rafsanjani en Khatami. De hervormers leden een zware nederlaag in de verkiezingen van 2009 en enkele centrale voortrekkers verdwenen in de gevangenis of in ballingschap. Ze hoopten dat ze via Rouhani hun macht zouden herstellen. Anderzijds waren er miljoenen gewone mensen, de belangrijkste slachtoffers van de economische sancties en de enorme corruptie en ongelijkheid, die de keuze hadden tussen het kwaad en het mindere kwaad.

Verwezenlijken en beperkingen van Rouhani

De belangrijkste verwezenlijking van Rouhani was het beëindigen van het nucleaire conflict dat het land op de rand van ineenstorting en oorlog bracht. Hij krikte het imago van het regime wat op en ging diplomatie relaties aan met Europa en opende de mogelijkheid van een dooi in de verhoudingen met de VS. Dit alles moest een economisch herstel mogelijk maken na een periode van negatieve groei.

Volgens Rouhani ging de economische groei onder zijn bewind van -5 naar +4% per jaar. De inflatie daalde van ongeveer 40% naar rond de 9%. Volgens de regeringscijfers werden er in de eerste zes maanden van dit jaar 700.000 jobs gecreëerd. Maar tegelijk kwamen 1,2 miljoen mensen op de arbeidsmarkt waardoor er nog altijd 500.000 jobs te weinig zijn om alle nieuwe werkkrachten aan een job te helpen. Rouhani moet erkennen dat de werkloosheid de grootste bedreiging voor het regime blijft.

Er wordt op deze kleine stappen vooruit gewezen in de hoop dat het de mensen die grotere en snellere verbeteringen verwacht hadden toch een beetje gerust kan stellen. Ali Sarzaim, een adviseur van de regering, stelde recent: “Het totale overheidsbudget bedraagt 230.000 miljard Rial (72,4 miljard dollar) waarvan 58,3 miljard dollar naar de lopende uitgaven gaat (zoals de lonen van overheidspersoneel). Wat overblijft om te investeren is 12,6 miljard dollar. Maar de overheidsschulden lopen op tot meer dan 126 miljard dollar en de niet afgewerkte investeringsprojecten zijn ook goed voor 126 miljard dollar, waardoor de regering geen manoeuvreerruimte heeft.”

Hij voegde eraan toe: “Om de economische crisis op te lossen voor wie de komende 10 jaar op de arbeidsmarkt komt, is er een investering nodig ter waarde van 3500 miljard dollar en minstens 1000 miljard dollar daarvan moet van buiten het land komen.”

Naast een gebrek aan moderne technologie om de industrie te versterken, vooral de olie- en gassector, heeft de regering-Rouhani het zelfs moeilijk om binnenlandse financiële middelen te vinden. Grote injecties in de industrie waar er doorgaans financiële tekorten zijn, kan immers snel leiden tot de nachtmerrie van hoge inflatie. De economie zit vast tussen recessie en inflatie.

Rouhani gaf begin november toe dat de val van de olieprijzen met een derde op een jaar tijd zijn regering in grote problemen brengt. Iran moest olie op voorhand verkopen aan goedkopere tarieven waardoor het in het eerste kwartaal van het jaar niets opbracht. Rouhani erkende dat zijn regering amper in staat is om de lonen, subsidies en rente op schuldpapieren te betalen

Voorstellen van de twee fracties

Wat hebben beide fracties in de regering te bieden als antwoord op de dieper wordende crisis? De zogenaamde hardliners, met onder meer Khamenei, de Islamitische Revolutionaire Garde en de religieuze top, dringen aan op een grotere zelfredzaamheid en afhankelijkheid van binnenlandse middelen in de mate van het mogelijke. Khamenei heeft het over “economie van verzet.”

Het blijft echter bij holle slogans. Er was een tendens om de economie over te nemen met militaire krachten, maar dit leidt tot meer plunderingen dan tot een vooruitgang en een oplossing. De paramilitaire afdeling van de Islamitische Revolutionaire Garde publiceert verslagen over hoe het zelf kleine bedrijven opzet en jobs creëert op basis van eigen middelen. Topmilitairen vragen waarom het land wel zijn defensie-industrie kon verbeteren, maar niet de rest van de economie. De dominante fractie wil het status quo behouden, zonder een oplossing aan te reiken.

De fractie van gematigde hervormers zijn voorstander van een economische heropleving op basis van buitenlandse investeringen. Ze steunden het nucleaire akkoord en willen nog andere stappen zetten zoals lidmaatschap van internationale antifraudeorganisaties en financiële instellingen Op vlak van buitenlands beleid willen ze de VS te vriend houden en een compromis bekomen rond Syrië, Libanon, Jemen, … Dit werd totnutoe steeds tegengewerkt door de Islamitische Revolutionaire Garde. Enkele maanden geleden probeerde Rouhani de spanningen op vlak van buitenlands beleid te beperken, waarop Qasem Soleimani, de topman van de elitetroepen van de Islamitische Revolutionaire Garde, tussenkwam met een verklaring waarin de monarchie van Bahrein onder meer bedreigd werd met de mogelijkheid van een gewapende strijd.

Samen met het buitenlandse beleid gericht op openingen naar het ‘westen’, willen de gematigde hervormers in eigen land een financiële discipline opleggen met nog meer besparingen en neoliberale maatregelen. Ze willen steun vinden voor een amendement op de Arbeidswet waardoor werkgevers gemakkelijker personeel kunnen afdanken. Zoals in andere landen leidt de dreiging van neoliberale maatregelen tot een zekere graad van vakbondsverzet. De Iraanse werkenden hebben echter geen echte vakbonden. Het regime dwingen om de vakbonden te erkennen, blijft de centrale eis van de werkenden.

De ‘presidentsverkiezingen’ en de onzekere toekomst

De president van Iran staat grotendeels in de schaduw van de centrale leider en de Islamitische Revolutionaire Garde. Maar de president heeft wil toegang tot de begroting en de economie. Een commandant van de Revolutionaire Garde stelde recent dat het regime een “ziel” heeft die boven de legale structuur staat. Anders gezegd kent het Iraanse regime een machtsstrijd achter de legale schermen. Er is een vreemde interactie tussen openlijke en bedekte krachten die een rol spelen in deze strijd. Momenteel ziet het ernaar uit dat Rouhani wellicht geen tegenkandidaat zal kennen die in staat is om een ernstige bedreiging voor hem te vormen.

Ahmadinejad moest zich vroegtijdig terugtrekken op vraag van Khamenei die bang was dat zijn kandidatuur zou leiden tot een vernietigende harde interne strijd binnen het regime. De andere mogelijke kandidaat, de burgemeester van Teheran, raakte sterk gediscrediteerd na een reeks onthullingen in hervormingsgezinde media over financieel wanbeheer.

Het regime probeert om mensen naar de stembureau’s te krijgen om toch een zekere legitimiteit aan de verkiezingen te geven op basis van een groot aantal kiezers, waarbij dit vervolgens wordt gezien als een teken van steun aan het regime. Maar om de verkiezingen aantrekkelijk te maken, moet er een zekere ruimte zijn voor kandidaten die tegen elkaar campagne voeren. De verkiezingen van 2009 waren daar een voorbeeld van, maar toen verloor het regime de controle en gingen de ontwikkelingen veel verder dan verwacht. Het land werd maandenlang opgeschrikt door massaprotesten.

De verkiezingen zijn een manier om de macht onder elkaar bekampende fracties van het regime te verdelen. De kenmerken van democratische verkiezingen zijn niet aanwezig, maar er is een zekere openheid voor progressieve en linkse krachten om de eisen van de bevolking naar voor te brengen en de verkiezingen om te zetten in een strijd van de arbeidersklasse tegen beide fracties. De linkerzijde moet deze ruimte erg zorgvuldig bekijken en nagaan hoe de erg beperkte mogelijkheden kunnen gegrepen worden om het niveau van arbeidersorganisatie en klassenstrijd in Iran op te tillen.

De overwinning van Trump en de gevolgen ervan op de presidentsverkiezingen in Iran

De overwinning van Trump was een schok die wereldwijd gevoeld werd, ook in Iran. De Iraanse leiders verklaarden gewoontegetrouw dat beide kandidaten voor hetzelfde stonden en dat een overwinning van gelijk wie van hen de verhoudingen tussen de VS en Iran niet zou veranderen. Mogelijk heeft de verkiezing van een president met een vreemde retoriek en soms waanzinnige uitspraken geleid tot enige verwondering bij een regime dat zelf bekend staat voor bokkensprongen. De eerste officiële reactie kwam van Khamenei die enkele dagen voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen impliciet steun gaf aan Trump omdat die de waarheid vertelde aan de Amerikaanse bevolking. Hij haalde uit naar de Democraten die Trump als een populist omschreven. Later was hij voorzichtiger en hield hij het op de oude lijn van “beiden staan voor hetzelfde” en de stelling dat het beleid van Iran zou verdergezet worden los van wie het Witte Huis zou betreden.

De hervormingsgezinde media was dan eerder voorstander van Clinton, wat door de media van de harde lijn werd gebruikt na de overwinning van Trump. Na de Amerikaanse verkiezingen was er in de media vooral aandacht voor de toekomst van het nucleair akkoord. Trump verklaarde ooit dat hij het akkoord zou verscheuren en nadien verklaarde een medewerker dat het akkoord moest aangepast worden.

Voor Rouhani en zijn medestanders zou een poging van de VS om het akkoord te wijzigen of te beperken rampzalig zijn. Dit akkoord was immers de belangrijkste verwezenlijking van Rouhani. Voorstanders van de harde lijn zouden een eenzijdige opzegging van het akkoord door de VS positief onthalen. Het zou voor hen immers een goed excuus zijn om Rouhani aan de kant te schuiven. Khamenei heeft voorzicht gewaarschuwd dat de VS zijn verplichtingen moet nakomen. Hij voegde eraan toe dat het akkoord zo snel sluiten verkeerd was en hij vroeg de regering om het gedrag van de Amerikanen van nabij te volgen zodat er meteen gepast kan gereageerd worden. In de Iraanse nucleaire sector stelden toplui dat ze bereid zijn om meteen van koers te veranderen en het kernprogramma terug op te starten.

Trump vormt een regering met ultrechtse conservatieven, maar zal het nucleaire akkoord wellicht niet verscheuren. Hij zal het Iraanse regime aan boord proberen te houden en tegelijk op andere manieren druk erop uitoefenen. Trump stelt zich vriendelijk op tegenover Rusland, maar gebruikt tegelijk harde taal tegen Iran. Wat zal dit in de praktijk betekenen voor Iran dat tot op zekere hoogte een regionale bondgenoot van Rusland is? Betekent dit dat Trump de rol van Rusland in het Midden-Oosten wil erkennen terwijl hij tegelijk Iran terugdringt en isoleert?

De eerste maanden van Trump in het Witte Huis kunnen wel eens van groot belang zijn voor de Iraanse verkiezingen. Mogelijk zal het leiden tot een sterkere tegenkandidaat voor Rouhani. Wat er ook gebeurt, rustig zal de komende periode niet zijn. De tegenstellingen in het wereldwijde kapitalistische systeem zullen gevolgen hebben op de Iraanse politiek. Dit zal de nood aan onafhankelijke arbeidersorganisaties die een altenratief vormen op zowel de heersende elite als het kapitalisme enkel nog scherper stellen.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie