Libanon. Arbeidersstrijd doorkruist door Israëlische invasie

De situatie hier in Libanon, in een regio buiten Beiroet die niet zo hard werd gebombardeerd, wordt moeilijker met de dag. Het moet een nachtmerrie zijn voor wie in het zuiden van Beiroet woont en in het zuiden van het land. Heel wat mensen willen hun huizen niet verlaten, ondanks de bombardementen. Ze weten dat ze dan vluchtelingen worden zonder enige bezitting. Er is ook een gevoel van trots bij diegenen die blijven en zich verzetten tegen de macht van het Israëlische regime.

Getuigenis door een socialist in Libanon

Voor wie uit het zuiden gevlucht is, wordt nu opvang voorzien in scholen. Het Israëlische leger (IDF) bombardeerde één van deze scholen met het excuus dat de school werd gebruikt door guerillastrijders van de Hezbollah.

Het IDF heeft ook trucks met voedselhulp gebombardeerd. Als je nu met de auto op straat komt en je rijdt achter een truck op een grote weg, dan stop je of ga je ver genoeg rijden om zeker niet mee getroffen te worden door een mogelijk bombardement.

Het vlees is zowat op en producten zoals yoghurt en melk worden schaars. We hebben de generatoren voor elektriciteit slechts voor twee uren opstaan en nemen dan een pauze van twee uren omdat er te weinig diesel is voor de generatoren.

De dag dat het Israëlische leger begon om Libanon terug naar het stenen tijdperk te bombarderen, moest er normaal gezien voor het eerst een nationale staking van alle elektriciteitsarbeiders plaatsvinden tegen de privatisering van hun dienst. Zo’n staking had kunnen leiden tot een massale beweging waarin bredere lagen van de arbeidersklasse betrokken waren en die zich richtte tegen de prijsstijgingen, de stijgende levensduurte en voor loonsverhogingen die rekening houden met de inflatie sinds 1996, toen de lonen voor het laatst werden aangepast. De oorlog komt nu tussen in het proces van de ontwikkeling van een verenigde arbeidersbeweging op klassenthema’s. De elektriciteitsarbeiders die niet omkwamen, proberen nu wanhopig de toevoer naar ziekenhuizen en lokale gemeenschappen te garanderen.

De geplande acties waren slechts één onderdeel van de arbeidersstrijd in Libanon. Een aantal bewegingen werden gemanipuleerd door leiders van sectaire religieuze groeperingen, of werden gebruikt om stoom af te laten omwille van de enorme woede die er heerst onder de arbeiders en de armen op het platteland. Die woede wordt versterkt door de constante prijsstijgingen en de privatiseringen van hetgeen overblijft van de staatssector. De meerderheid van de middenklasse is volledig verarmd. Ik sprak onlangs met iemand wiens familie relatief welstellend is. Zijn beide ouders hadden een job, maar zijn nu werkloos en moesten hun huis verkopen om schulden af te betalen en de kinderen naar school te kunnen sturen.

De situatie van de Libanese arbeiders is erg slecht. De lonen volstaan absoluut niet voor de huurprijzen, de voedselprijzen of de kosten van vervoer. De regering probeert reeds enkele maanden om de broodprijs te verhogen. Dat treft vooral de armsten. De geplande prijsstijging was van 2.000 lire tot 10.000 lire. Dit leidde tot enorm veel verzet en woede. Michel Aoun, de leider van de Vrije Patriottische Beweging en een voormalige rechtse nationalistische populistische commandant in de burgeroorlog, heeft zichzelf omgevormd tot populaire massaleider. Aoun profileerde zich sterk in het verzet tegen de prijsstijgingen en andere thema’s van de arbeiders. Zijn beweging organiseerde begin juni een betoging tegen de prijsstijging voor het brood waarop honderdduizenden aanwezigen waren. Als resultaat hiervan moest de regering de maatregel terug intrekken.

Er was tevens een massaal verzet tegen de prijsstijging voor elektriciteit als voorbereiding op een verdere privatisering van de sector. In het zuiden van het land, waar de Hezbollah gebaseerd is, was er een massaal verzet met een boycot waarbij de elektriciteitsrekeningen niet meer werden betaald. De bevolking organiseerde hierop haar eigen elektriciteitstoevoer. Door het gebrek aan een massale arbeiderspartij die zich op alle lagen van de arbeiders richt, kwam het niet tot een algemene beweging. Er was propaganda waarin werd gesteld dat de boycot in het zuiden ertoe leidde dat de arbeiders in het noorden meer moesten betalen. Dat leidt tot verdeling van de arbeidersbeweging. De regering probeerde het zelfs voor te stellen dat de prijsstijgingen van de elektriciteit sowieso het resultaat waren van de acties van de sjiieten in het zuiden van het land.

Deze bewegingen toonden echter de enorme woede die er is. Het effect van de oorlog zal deze elementen terug op de voorgrond brengen naarmate de kapitalisten proberen om hun winsten veilig te stellen op de kap van de arbeiders en jongeren.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie