Biden’s buitenlands beleid: terug naar het normale imperialisme?

Tijdens de verkiezingen beloofde Biden dat hij als president “de door president Trump veroorzaakte schade zou herstellen en een fundamenteel andere koers zou uitzetten voor het Amerikaanse buitenlandse beleid.” Nu Trump weg is, zijn er verwachtingen dat de regering van Biden een “reset” in de wereldrelaties zal betekenen.

Door George Martin Fell Brown

Onder Trump nam het Amerikaanse buitenlandse beleid de vorm aan van een grillig nationalisme. Onder de slogan ‘America First’ duwde Trump de traditionele bondgenoten van het Amerikaanse imperialisme weg, zette handels- en tariefconflicten in gang en beloofde het einde van de “eindeloze oorlogen”. Tegelijkertijd streefde Trump de belangen van het Amerikaanse imperialisme nog brutaler na, door zich op glad ijs te begeven in de verhoudingen met China en Iran, terwijl hij het meest reactionaire beleid van Israël en Saoedi-Arabië verdedigde.

We kunnen verwachten dat de regering-Biden snel stappen zal ondernemen die haar, althans op het niveau van de retoriek, scherp zal onderscheiden van Trump. Er zijn echter problemen met de hoop op een “reset”. Een belangrijke vraag is in hoeverre hij dit kan uitvoeren. De drang naar protectionisme, handelsoorlogen, deglobalisering en rivaliteit tussen de VS en China is niet het product van de persoonlijkheid van één man. Het is het resultaat van een diepere crisis van het wereldwijde kapitalisme en dat kan de regering-Biden niet oplossen.

Het andere probleem is dat de status quo die Biden wil herstellen niet de moeite waard is om te vieren. Tijdens zijn periode in de senaat was Biden een fervent verdediger van het Amerikaanse imperialisme, van de ‘war on drugs’ in Latijns-Amerika tot de ‘war on terror’ in het Midden-Oosten. Hij steunde gretig de invasie van Irak en Afghanistan. Al deze oorlogen werden gevoerd in het belang van het Amerikaanse bedrijfsleven. Dit ging door tijdens zijn ambtstermijn als Obama’s vice president. Dit is de aanpak die Biden belooft terug te brengen. Elke “reset” die Biden in de wereldrelaties uitvoert, zal niet de belangen van de werkende mensen in binnen- of buitenland vertegenwoordigen.

Herstel van relaties

Een belangrijke slogan van het buitenlands beleid in de verkiezingscampagne van Biden was “het versterken van de coalitie van democratieën die met ons meedoen.” De sleutel tot dit alles zou het herstel zijn van de relaties tussen de Verenigde Staten en hun traditionele bondgenoten die aan de kant geschoven werden onder Trump. Biden zal proberen terug aansluiting te vinden bij het Klimaatakkoord van Parijs en de Wereldgezondheidsorganisatie, waar de VS onder Trump uitgestapt was. Meer in het algemeen zal de regering-Biden zich opnieuw inlaten met wereldwijde kapitalistische instellingen, zoals de NAVO en de Europese Unie, nadat Trump probeerde om daar afstand van te nemen of ze actief te ondermijnen.

Maar er zijn grenzen aan de mate waarin Biden in staat zal zijn om “een fundamenteel andere koers” in kaart te brengen. Zo is het Klimaatakkoord van Parijs uiterst beperkt en zal de herintreding van de VS op zich geen ernstige verandering betekenen in de halsstarrige stormloop richting een complete klimaatramp. Het Europese kapitalisme zal blij zijn dat Biden meer zal leunen op de EU en de NAVO, terwijl hij een meer vijandige houding zal aannemen ten opzichte van Rusland, evenals zijn verzet tegen Brexit. Maar de politieke en economische crisis in Europa kan niet worden opgelost door het opnieuw opbouwen van bondgenootschappen. Brexit wordt gezien als een uitgemaakte zaak en andere crises bedreigen de eenheid van het Europese kapitalisme.

Wellicht kan het beëindigen van de “Amerika eerst”-retoriek van Trump en het streven naar betrokkenheid bij de Wereldhandelsorganisatie de groei van het protectionisme wat afremmen. Maar hoewel dit alles een zekere mate van verandering met zich meebrengt en ten minste voor een tijdje zal worden gezien als een onderdeel van een terugkeer naar “normale” mondiale betrekkingen, zal de enorme verzwakking van de mondiale kapitalistische instellingen niet fundamenteel worden teruggedraaid. Evenmin zal de trend naar deglobalisering worden omgekeerd.

“China. China. China. Rusland”

Eén van Biden’s adviseurs werd geciteerd in de Financial Times me de omschrijving van Biden’s buitenlands beleid als “China. China. China. Rusland.” Onder Trump was er een escalerende tarievenoorlog met China die tegen de neoliberale orthodoxie inging waar Biden voor staat. Maar er zijn grenzen voor Biden om de dynamiek van dit conflict te veranderen, als hij dat al wil.

Biden kan proberen met China tot een overeenkomst te komen om de tarieven terug te schroeven, maar het Amerikaanse beleid van “engagement” met China, dat begon met het bezoek van Nixon in 1972 en ertoe leidde dat China in 2000 toetrad tot de Wereldhandelsorganisatie, is nu definitief voorbij. Het idee dat China zou kunnen worden hervormd tot een “partner” van de VS en de westerse mogendheden is vervangen door een angst voor de opkomende macht van China. Een deel van de Amerikaanse heersende klasse wil nu een regimewisseling in China. Dit wordt weerspiegeld in de ruwe retoriek van Mike Pompeo die onlangs verklaarde dat landen voor de keuze stonden tussen “barbaarsheid aan de ene kant en vrijheid aan de andere… We hebben ze wakker geschud voor de dreiging van dit marxistisch-leninistische monster.” De retoriek van de Democraten zal anders zijn, maar het resultaat zal niet bestaan uit het wegvegen van het conflict.

Vóór Trump al was het doel van Obama met de Trans Pacific Partnership (TPP), de handelsovereenkomst waar Trump zich uit terugtrok, net om China te ‘omsingelen’ en de verdere ontwikkeling ervan in te dammen. Onder Obama was er geen volledige handelsoorlog, maar in een recent interview met The Atlantic verklaarde hij dat “als we niet door een financiële crisis waren gegaan, dan was mijn houding ten opzichte van China explicieter omstreden geweest rond de handelskwesties.” Michèle Flournoy, Biden’s kandidaat als minister van Defensie, staat voor een harde lijn inzake de opbouw van de Amerikaanse militaire aanwezigheid in de Zuid-Chinese Zee.

Het afkoelen van de rivaliteit tussen de VS en China is niet alleen een kwestie van wat de Amerikaanse regering bereid is aan te bieden. Het is ook een kwestie van wat de Chinese regering bereid is te accepteren. Bovendien kan van een regering onder Biden worden verwacht dat zij zich harder opstelt tegen Rusland dan Trump.

We kunnen verwachten dat Biden de “mensenrechten” als onderdeel van de campagnes van het Amerikaanse imperialisme in veel grotere mate zal benadrukken dan Trump. En we kunnen een vermindering van openlijke xenofobe anti-Chinese onverdraagzaamheid verwachten, zoals Trump’s verwijzingen naar “het Chinese virus”. We kunnen evenwel geen serieuze verandering verwachten in het conflict over technologie, inclusief de Amerikaanse uitsluiting van het 5G-netwerk van Huawei. Evenmin kunnen we een ommekeer verwachten in de trend naar de ontkoppeling van de Amerikaanse en Chinese economie, waarbij bedrijven hun activiteiten beperken of terugtrekken uit China en de wereldwijde toeleveringsketen opsplitsen in regionale toeleveringsketens. Maar terwijl het Amerikaanse imperialisme in staat is een gemeenschappelijk front tegen China op te bouwen met een aantal belangrijke kapitalistische landen, zal het dit doen vanuit een positie van aanzienlijke zwakte in vergelijking met zelfs een decennium geleden. In werkelijkheid heeft het conflict beide machten verzwakt en zal het dat ook blijven doen.

De aanvallen van Biden op China zullen de nadruk leggen op de onderdrukking door de “communistische” partij van de bevolking in Hongkong of de detentie van tot een miljoen etnische moslim-Oeigoeren in de regio Xinjiang. Het regime van de CCP is inderdaad een wrede, chauvinistische dictatuur. Maar de misdaden van het Amerikaanse imperialisme zijn nog erger. Van Vietnam tot Irak hebben de VS miljoenen afgeslacht in het belang van de verdediging van het winstbejag. Als socialisten verzetten wij ons tegen elk imperialisme, waaronder in de eerste plaats “het onze”.

Het Midden-Oosten

In het Midden-Oosten zou een “reset” van de wereldrelaties niets om te vieren brengen. Biden was een fervent voorstander van de “war on terror” van Bush en de voortzetting daarvan onder de regering-Obama. Tijdens de verkiezingen maakte Biden bewust de ministers van onder Bush het hof, zoals Colin Powell. Zijn voorgestelde regeringsleden die verantwoordelijk zijn voor de wereldrelaties – Michèle Flournoy voor het ministerie van Defensie en Anthony Blinken voor het ministerie van Buitenlandse Zaken – zijn allemaal trouwe vertegenwoordigers van de rotte imperialistische benadering van het Midden-Oosten, gebaseerd op het steunen van dictators en het voeren van oorlogen om de controle over de olie te behouden.

Biden en zijn team zullen zeker proberen het Iraanse regime anders te benaderen dan Trump. Ze zijn vastbesloten om te proberen de nucleaire overeenkomst met Iran nieuw leven in te blazen, maar in de praktijk kan dit wel eens onmogelijk zijn. Iran geeft aan dat het in ruil het einde van de sancties wil, wat wellicht politiek onmogelijk is voor Biden. Alleszins zal de regering grenzen hebben met betrekking tot de mate waarin ze de nucleaire overeenkomst opnieuw kan opstarten. Blinken verklaarde reeds: “We zullen de sancties voortzetten als een sterke hefboom tegen Iraans wangedrag op andere vlakken.” In de laatste periode onder Trump, probeerden zijn regering en bondgenoot Netanyahu (de Israëlische premier) Iran te provoceren tot een direct conflict om het Biden moeilijker te maken. De laatste stap was de moord op de belangrijke Iraanse kernwetenschapper, Mohsen Fakhrizadeh, zeer waarschijnlijk door Israël.

Er zijn aanwijzingen dat Biden een minder vriendelijke houding zal aannemen ten opzichte van het Saoedische regime. De relatie met Netanyahu zal eveneens killer zijn. Maar dit zegt meer over hoe vriendelijk Trump was met de Saudische en Israëlische regeringen, dan dat het iets zegt over hoe onvriendelijk Biden zal zijn. Tijdens het Obama-bewind handhaafden Biden, Blinken en Flournoy nauwe banden met beide landen, waarbij ze de Saudische invasie van Jemen ondersteunden en de financiering van het Israëlische defensieprogramma verhoogden.

Biden’s verklaring over een “coalitie van democratieën” zal een serieuze test ondergaan in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. De aanpak van Biden en anderen kwam tijdens de revoluties in het Midden-Oosten en Noord-Afrika tien jaar geleden op losse schroeven te staan toen er massale opstanden waren tegen de traditionele Amerikaanse bondgenoten in Egypte en Tunesië. De dictatuur van Abel el-Sisi in Egypte, die aan de macht kwam in een contrarevolutionaire staatsgreep, zal dienen als een test om te zien hoe geëngageerd Biden is voor de democratie. Trump was een fervent voorstander van Sisi. Obama bekritiseerde Sisi, maar herstelde desondanks de relatie tussen de VS en Egypte.

Latijns-Amerika

Onder het bestuur van Clinton was Biden één van de belangrijkste architecten van het “Plan Colombia”, een zwaar gemilitariseerde reactie op de drugshandel met massale militaire hulppakketten aan de rechtse regering in Colombia. Dit ging gepaard met economische hulp aan Colombia die gekoppeld was aan verbintenissen tot privatisering, vrije handel en besparingen. Dit resulteerde in massale mensenrechtenschendingen en groeiende armoede. Desalniettemin heeft Biden het Colombia-plan als één van zijn belangrijkste prestaties op het gebied van het buitenlands beleid genoemd.

Biden was onder Obama verantwoordelijk voor de ‘Alliantie voor Welvaart’ en het ‘Programma Frontera Sur’ in Midden-Amerika en Mexico. Het doel van deze programma’s was om de migratie bij de bron te stoppen door financiële hulp te verlenen aan sterk gemilitariseerde politiekorpsen in de regio. Het zorgde in de praktijk voor meer repressie en corruptie, elementen waarvoor mensen net op de vlucht gingen.

Net zoals in zijn China-beleid zal Biden tegenover Midden- en Latijns-Amerika het openlijke racisme van Trump vermijden. Hij zal zijn eigen beleid uit het verleden voortzetten en rechtse Amerikaans-gezinde regeringen in de regio ondersteunen.

Op het ogenblik dat Biden president wordt, is er een heropleving van massastrijd in Latijns-Amerika. Zo waren er de massale protesten in Ecuador en Chili. De verkiezingsoverwinning van de MAS in Bolivia maakte een einde aan de poging tot staatsgreep waarmee Evo Morales in 2019 werd afgezet. Er is momenteel massastrijd in Peru en Guatemala. Deze zijn allemaal gericht tegen het beleid en regeringen die Biden in het verleden steunde. Een regering-Biden zal een obstakel zijn voor deze en toekomstige strijdbewegingen.

De nieuwe golf van strijd in Latijns-Amerika vormt een alternatief voor de aanpak van het Amerikaanse imperialisme, of die nu wordt geleid door Trump of door Biden. De internationale arbeidersstrijd en solidariteit kunnen de weg wijzen naar een werkelijk “andere koers” voor de wereldpolitiek.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie