Stop pesterijen, ongewenste intimiteiten en seksisme

Foto: Liesbeth

25 november: betoging tegen seksisme en geweld op vrouwen

98% van de vrouwen werd ooit al eens lastig gevallen. (1) Dat is overweldigend veel en zo zijn er nog tal van cijfers die duidelijk maken wat de omvang is van het dagelijkse geweld op vrouwen. Dit werd lange tijd gezien als een probleem van minder belang. Vandaag wordt het wel op de agenda gezet, onder meer door de groeiende bewegingen tegen seksisme.

Artikel door Brune (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

46% van de vrouwen voelt zich niet veilig als ze alleen door het stadscentrum wandelen als het donker is. 95% van de Waalse vrouwen gaf aan ooit met seksisme in de openbare ruimte geconfronteerd te zijn. Vaak gaat het om ‘grapjes’, misplaatste opmerkingen, geroep of gefluit. Maar soms gaat het verder: in 13% van de gevallen is er sprake van fysieke agressie. (2) 83% van de vrouwen kreeg het afgelopen jaar minstens één keer te maken met seksisme op het openbaar vervoer. In 88,6% van de gevallen reageerden omstaanders die getuige waren van seksisme niet.

De gevolgen van pesterijen zijn vreselijk voor veel vrouwen. Sommigen proberen bepaalde plaatsen te vermijden, dragen niet de kleren die ze willen, anderen hebben de neiging om gewoon thuis te blijven, het openbaar vervoer niet te nemen, veranderen van werk of zijn in burn-out.

Wet tegen seksisme

In 2012 was er veel ophef door de reportage ‘Femmes de la rue’ waarin een studente met verborgen camera seksistische reacties in de straten van Brussel vastlegde. Het dwong de politici om te reageren. Toenmalig minister van Binnenlandse Zaken, Joëlle Milquet (CDH), kwam met de wet tegen seksisme in de publieke ruimte (2014). Deze wet legt een gevangenisstraf van een maand tot een jaar op en/of een boete van 50 tot 1.000 euro voor elk minachtend gedrag tegenover een andere persoon op basis van geslacht.

Deze wet is moeilijk toepasbaar. In het eerste jaar ervan waren er in heel het land slechts 25 klachten. Dat toont de beperkingen van een dergelijke wet. Vrouwen dienen geen klacht in, omdat seksistisch gedrag gebanaliseerd wordt in deze samenleving. Bovendien moet het slachtoffer de bewijslast dragen en het is niet gemakkelijk om seksisme te bewijzen.

Voor de traditionele politici was het belangrijkste dat ze aantoonden dat ze “iets doen.” Tegelijk worden de middelen voor de lokale politie afgebouwd, net als die voor het gerecht, preventiediensten en de sociale sector. Resultaat: een tekort aan personeel en vorming, onder meer op vlak van omgaan met seksisme, racisme en homofobie.

Deze wet toont de hypocrisie van de gevestigde politici. Ze zijn bereid om seksistisch gedrag te bestraffen, maar niet om de basis van het probleem aan te pakken. Ze wijzen met de vinger naar de mannen, maar er wordt niets ondernomen tegen de alomtegenwoordige seksistische reclame langs de straten en in de media. Het lichaam van de vrouw wordt als een lustobject voorgesteld om de winsten van een handvol bedrijven te vergroten. Dat versterkt in heel de samenleving het ongezonde idee dat vrouwen slechts objecten zijn en als dusdanig kunnen behandeld worden. Het draagt uiteraard ook bij tot de banalisering van seksistische pesterijen.

Af en toe komen de politici met sensibiliseringscampagnes tegen seksisme, tegen geweld op vrouwen of tegen pesterijen. Maar het gaat slechts om een rookgordijn. In Antwerpen verspreidt het stadsbestuur affiches met slogans als: “Mag iemand jouw vrouw betasten op de bus?”, “Mag iemand jouw moeder een hoer noemen?”, … Het feit dat een bezittelijk voornaamwoord wordt gebruikt (‘jouw’ moeder of zus) geeft aan dat er nog een lange weg af te leggen is. Dezelfde politici zijn betrokken bij de afbraak van het sociaal werk en zorgden er eerder voor dat het straathoekwerk fors is afgebouwd.

Deze benadering stigmatiseert de mannen en richt zich tegen wie op het terrein het verschil kan maken. Het is een hypocriete opstelling van politici die zich willen voordoen als verdedigers van vrouwen, maar tegelijk besparingsmaatregelen nemen die vrouwen erg hard raken. Het beleid richt zich tegen de openbare diensten, de zorgsector, maakt jacht op de werklozen (terwijl er onvoldoende jobs zijn, laat staan degelijke) en weigert te investeren in voldoende kinderopvang en onderwijs. De politici versterken de problemen en obstakels waarop veel vrouwen botsen.

Vrouwenbeweging in actie

Gelukkig wordt er niet alleen door politici gereageerd. Steeds meer vrouwen organiseren zich en komen er actief voor op dat ze kunnen reizen, werken, schoollopen, … zonder zich onveilig te voelen. Vrouwenbewegingen verdedigen vaak preventie en onderwijs als centraal punt om tot verbetering te komen. Het klopt dat seksuele opvoeding met ook discussie over seksisme noodzakelijk is in alle scholen. Maar hoe kan dit op een serieuze manier als de klassen overvol zijn en het personeel uitgeput is? Meer preventie is eveneens noodzakelijk, maar het vereist meer publieke middelen voor onderwijs en voor de sociale sector, zodat ze een grotere rol kunnen spelen op vlak van begeleiding, preventie en aanwezigheid in de straten of op uitgaansplaatsen.

Tegenover het algemene tekort aan middelen doken nieuwe strategieën op in de feministische beweging. Zo wordt gepleit voor niet-gemengde plaatsen: wagons op de trein die voor vrouwen voorbehouden zijn, specifieke uren waarop enkel vrouwen in het zwembad of op de fitness actief zijn, muziekfestivals enkel voor vrouwen, … Het is logisch en begrijpbaar dat vrouwen zoeken naar plaatsen waar er geen pesterijen zijn, maar we moeten ook wijzen op de beperkingen van deze voorstellen.

Ze bieden geen oplossing om de publieke ruimte toegankelijker te maken voor vrouwen, het beperkt de plaatsen en uren waarop vrouwen kunnen sporten of andere activiteiten ondernemen zonder seksistische pesterijen te moeten vrezen. De strijd tegen pesterijen moet gekoppeld worden aan eisen voor een beter gebruik van de publieke ruimte voor iedereen: meer openbaar vervoer, meer publieke ontspanningsruimten, … met voldoende personeel dat goed opgeleid is.

Collectieve oplossingen voor collectieve problemen

Pesterijen en seksisme in het algemeen zijn geen individueel probleem. Het is structureel verbonden met de werking van dit systeem. Het kapitalisme maakt gebruik van seksisme, net als van racisme en homofobie, om de meerderheid van de bevolking te verdelen. Seksisme laat de heersende klassen toe om meer winsten te maken door gebruik te maken van goedkopere arbeidskrachten (vrouwen verdienen in België gemiddeld nog steeds 25% minder dan mannen) en door het lichaam van vrouwen massaal te gebruiken in reclame of nog in de sector van de pornografie. Tenslotte worden de winsten ook opgedreven door een reeks taken (opvoeding van kinderen, zorg voor ouderen, …) aan het gezin en vooral aan vrouwen over te laten in de vorm van onbetaalde arbeid.

Met ROSA naar de nationale betoging tegen geweld op vrouwen

ROSA staat voor strijd tegen het besparingsbeleid. We maken tegelijk ook duidelijk dat seksisme ingebakken zit in het kapitalisme. Er is geen kapitalisme zonder seksisme. Beiden versterken elkaar. Het is dan ook noodzakelijk om te bouwen aan een socialistische feministische beweging zodat we de materiële basis kunnen leggen voor een reële emancipatie van de vrouw en voor het beëindigen van elke vorm van seksisme, met geweld op vrouwen als ergste uiting.

Zaterdag 25 november, 14u Brussel Noord

 

(1) ‘Mon expérience du sexisme’, onderzoek onder 3294 vrouwen in België en Frankrijk

(2) Campagne van Vie Féminine « Brisons l’engrenage infernal »

(3) Studie van het Franse collectief ‘Stop harcèlement de rue’ over onder meer pesterijen op de bus, tram en metro in Bordeaux, 2016.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie