Het Vlaams Belang in Aalter zet Roeland Raes op de lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen. Raes verblijft in een woonzorgcentrum in Aalter. Hij lag aan de basis van het Vlaams Blok en radicalere groepen zoals Voorpost. In 2010 werd Raes veroordeeld door het Brusselse Hof van Beroep wegens negationisme (ontkennen of minimaliseren van de holocaust). Zijn standpunten waren niet nieuw, maar deden in 2001 stof opwaaien toen hij ze op de Nederlandse televisie bracht.
Artikel overgenomen vanop blokbuster.be
In de jaren 1970 en 1980 werd de holocaust regelmatig ontkend door extreemrechts. Anti-Joodse standpunten waren niet uitzonderlijk. Toen Roeland Raes in 1976 een van de leiders van de nadien verboden privé-militie VMO (Vlaamse Militanten Orde) werd, publiceerde die groep een brochure onder de titel “Stierven er werkelijk zes miljoen?”. Raes lezers aan om het materiaal van holocaust-ontkenner Siegfried Verbeke grondig te lezen: “Zeker sinds de sluwe zakenlui met de holocaust-zwendel weer eens klassieke thema’s aanroeren zoals de zes miljoen verdwenen joden” was een brochure van Verbeke volgens Raes “het passende antwoord op de door links én israëlitische kringen geïnspireerde anti-Duitse en antirechtse hetze.”
In 2006 zei Raes in een interview met De Standaard: “In de jaren zeventig bestonden minder taboes over krasse taal of reminiscenties aan de jaren dertig en veertig. De maatregelen tegen ons waren toen niet zo uitgesproken en vastberaden.” ‘Herinneringen aan de jaren 1930 en 1940’ betekent in de praktijk het steunen van het nazisme en de collaboratie ermee. Na de stemming van de anti-negationismewet in 1995 (mee goedgekeurd door het Vlaams Blok onder grote druk) verklaarde Raes in het tijdschrift van Voorpost dat de collaboratie verantwoord was. In een interview met De Morgen zei hij dat er effectief joden omgekomen zijn, maar “of dit nu ten gevolge van vergassing is of van ziekten die in de kampen zijn uitgebroken, daar ga ik me vandaag tegenover u niet over uitspreken.” Hij voegde eraan toe dat hij de anti-negationismewet liever niet had gehad.
Roeland Raes speelde jarenlang een prominente rol bij extreemrechts. Hij was een van de oprichters van Voorpost, de groep die vandaag als ordedienst van het VB de bruine draad vormt tussen het VB en de meer extreme militanten. Hij was tevens een van de oprichters van het Vlaams Blok en werd meteen ondervoorzitter onder Karel Dillen. Bij de grote electorale doorbraken van het Blok raakte Raes verkozen in het parlement, maar bleef hij op de achtergrond in de media. Kopstukken als Dewinter en Annemans trokken de aandacht. De groei maakte dat het VB postjes kon uitdelen en daarvoor beroep deed op figuren als Raes. Eind 2000 werd hij afgevaardigd als politieke vertegenwoordiger in de raad van bestuur van de UGent.
Dat leidde tot massaal antifascistisch protest. Er werd een “Anti-Raes Comité opgezet door linkse studenten van diverse organisaties, waaronder de Actief Linkse Studenten. Het comité organiseerde protestacties en blokkeerde de toegang tot de raad van bestuur. Het protest vestigde de aandacht op de figuur van Roeland Raes. Een Nederlandse journalist die hem zou interviewen, had tijdens de voorbereiding ook contact met activisten van het Anti-Raes Comité. We wezen erop dat Raes meermaals de holocaust ontkende en het moeilijk had met de wet waarmee dit werd verboden. In het interview zou Raes zeggen: “Ik denk dat wat men ons heeft willen doen geloven, op bepaalde punten sterk overdreven is.” De uitspraken werden opgepikt door de Belgische media en brachten het VB in een lastig parket. Raes moest ontslag nemen als ondervoorzitter en als lid van de Raad van Bestuur van de UGent. Het dwong de rector om zich voor het eerst publiekelijk uit te spreken tegen de aanwezigheid van Raes en op Vlaams niveau werd een decreet opgemaakt om de politieke vertegenwoordiging in de raad van bestuur van de Gentse universiteit aan te passen.
Raes verdween van het voorplan, maar bleef achter de schermen een actieve rol spelen in het Vlaams Belang. In 2010 werd hij in hoger beroep veroordeeld en moest hij een schadevergoeding betalen aan het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding en aan het Forum van Joodse Organisaties.
Nu duikt Raes terug op een kieslijst van het Vlaams Belang op. Het gaat niet om een prominente plaats, hij staat 27ste op de extreemrechtse lijst in Aalter. Lokaal lijsttrekker Paul Beheyt zei daarover: “Hij kreeg een symbolische plaats, uit respect, want hij blijft een van de stichters van het Vlaams Blok.” De partijtop gaf groen licht voor deze kandidatuur. “Dat ene feitje mag de grote verdiensten van Raes niet duperen,” aldus Beheyt. “Feitje”? Zelfs over het eigen negationisme zijn ze negationistisch…
De kandidatuur van Raes zegt veel over de roots van het Vlaams Belang. Die partij komt voort uit de collaboratie met het nazisme en dat blijft een rol spelen. Raes was steeds brugfiguur tussen de meest extreme elementen en de publieke façade van de partijkopstukken. Het is ook vanuit die optiek dat hij aan de basis lag van de groep Voorpost, die komende zaterdag de Antwerpse straten onveilig wil maken met een betoging voor “remigratie” (deportatie van migranten) en tegen “omvolking” (een samenzweringstheorie met nazi-inspiratie). Zo wil Voorpost de campagne van Dewinter een duwtje in de rug geven.
Gelukkig is er antifascistisch protest. Een tegenbetoging start komende zaterdag om 14u op het De Coninckplein. Dergelijk protest is belangrijk om een tegengewicht te bieden, de ruimte voor extreemrechts te beperken en om de aandacht te vestigen op het voor bredere lagen van de bevolking onaanvaardbare neofascistische karakter van extreemrechts. Het is door aanhoudend antifascistisch protest in 2001 dat de ‘val van Raes’ werd bekomen. Die traditie zetten we zaterdag verder door strijdbaar antifascisme op straat te brengen in Antwerpen.
In 2001 publiceerden de Actief Linkse Studenten en Blokbuster een brochure over de strijd tegen Roeland Raes in de Raad van Bestuur van de Gentse universiteit. Daarin stond volgend portret van Raes.
Een portret van Roeland Raes (2001)
Eerste activiteiten binnen extreemrechts
Roeland Raes (°4.9.1934) werd op vrij jonge leeftijd politiek actief. Reeds in 1955 vervoegde hij de rangen van de Volksunie, op dat ogenblik nog een verzamelplaats van collaborateurs en andere extreemrechtse activisten. Raes werd verantwoordelijk voor de studentenwerking en speelde een leidinggevende rol in de Volksuniejongeren. Z’n politieke voorkeur werd ook snel duidelijk. Begin jaren ’60 werkte Raes mee aan het blad ‘Ter Waarheid’. Dit blad werd genoemd naar een gelijknamig blad als een tijdschrift uitgegeven door Joris Van Severen van het Verdinaso (Verbond van Dietse Nationaal Solidaristen) in de jaren ’20. Het blad ‘Ter Waarheid’ fusioneerde in 1964 met ‘Dietsland-Europa’ dat in 1968 het officiële blad zou worden van Were Di.
Het St. Maartensfonds staat bij ons vooral bekend als een organisatie van Oostfronters. Het werd in 1953 opgericht door ex-Oostfronters en ex-SS’ers. Het gaf het maandblad ‘Berkenkruis’ uit en had verantwoordelijken zoals André Van Hecke. In 1980 kende het fonds een afsplitsing waarin Van Hecke meeging: de organisatie Hertog Jan Van Brabant, dat het tijdschrift ‘Periodiek Contact’ uitgeeft en naar eigen zeggen meer op een traditioneel nationaal-socialistische lijn staat. De Oostenrijkse tegenhanger van het St. Maartensfonds en co wordt gevormd door de ‘Ulrichsgemeinschaft’, dat jaarlijks een bijeenkomst van oud-SS’ers organiseert. Elk jaar is er een feestrede ter ere van de collabo’s. In 1985 en 1990 werd de feestrede gedaan door Jörg Haider. In een toespraak erkende Haider de “opoffering van de soldaten van Duitsland die vrijheid gebracht hebben voor West-Europa”. In feestredes voor het St. Maartensfonds klinkt het gelijkaardig, Oswald Van Ooteghem hield eind jaren ’80 een feestrede en verklaarde over de Oostfronters: “Zij gingen om te strijden voor Vlaanderen en zij streden voort om Europa te behouden voor een overrompeling van het bolsjewisme. Onze oostfrontstrijders hoeven zich niet te schamen… hun strijd maakt deel uit van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd.”
In de jaren ‘60-’80 waren er geregeld activiteiten van ex-collaborateurs waar Roeland Raes z’n opwachting maakte. Zo was hij een graag geziene gast bij de activiteiten van het Sint Maartensfonds (SMF), een schimmige groep die z’n adoratie voor Adolf Hitler niet onder stoelen of banken steekt. André Vanhecke, uitgever van ‘Periodiek Contact’ was overigens nog kandidaat voor het Vlaams Blok bij verkiezingen.
Negationisme
Raes stelt dat hij in een publicatie die niet officieel van het Blok is “iets ruimer” z’n mening kan verkondigen. Hij stelt dat daar wellicht een zekere schizofrenie aanwezig is. Die schizofrenie werd bijzonder duidelijk bij de stemming over de anti-negationismewet. De volledige Blok-fractie stemde voor de wet, met enorm veel tegenzin. Er werd bovendien gesteld dat ze dit enkel deden omdat de tegenstanders teveel op dat punt zouden focussen. In het NSV-blad ‘Branding’ stond hierover een artikel van de toenmalige Antwerpse NSV-praeses (voorzitter), Roeland Buisseret (zoon van voormalig Blok-parlementair Xavier Buisseret die op de achtergrond is verdwenen nadat hij té handtastelijk was tegenover jonge meisjes, zoals het hoort in een “gezinspartij” wellicht…). Buisseret stelde: “uit goede bron vernemen we dat de meningen in het Vlaams Blok nogal verdeeld waren, maar de partijtucht vereiste dat er een gezamenlijk standpunt werd ingenomen”. Raes zelf maakte achteraf z’n standpunt duidelijk. In het door hem gesteunde blad van Voorpost stond een reactie op de oproep van Lionel Vandenberghe van het Ijzerbedevaartcomité waar opgeroepen werd dat nazi-collaborateurs hun verontschuldigingen moesten aanbieden voor hun misstappen. In het blad van Voorpost stond dat er geen enkele reden is voor dergelijke verontschuldigingen en dat de collaboratie verantwoord was…
Eerder maakte Raes z’n standpunt over de uitroeiing van joden en andersdenkenden onder het nazisme ook al duidelijk. In 1976 werd de VMO (Vlaamse Militanten Orde) overgenomen door de groep rond Buisseret-Raes-… Er werd onmiddellijk gestart met de publicatie van een brochure onder de titel “Stierven er werkelijk zes miljoen?” van Richard Harwood. In die publicatie wordt de holocaust ontkend. In het VMO-blad ‘Alarm’ werd hierover gesteld dat “alle Arlarm-lezers en VMO-militanten” opgeroepen worden om “aan de verspreiding van deze brochure mee te werken”. Drie jaar later was er in het blad ‘Haro’ opnieuw een bijdrage over de holocaust. In een dubbelnummer onder de titel “Holocaust, hoe lang nog?” werd van leer getrokken tegen de ‘vermeende’ holocaust. Dit nummer werd samengesteld door Siegfried Verbeke. Siegfried Verbeke deed er inspiratie op voor z’n later werk voor het ‘Vrij Historisch Onderzoek’ (V.H.O.), een dubieuze negationistische instelling dat haar activiteiten heeft moeten stopzetten omwille van de anti-negationismewet. Eerder werk van Verbeke, in ‘Haro’, werd door Roeland Raes in ‘Haro’ beschreven als volgt: “Zeker sinds de sluwe zakenlui met de holocaust-zwendel weer eens klassieke thema’s aanroeren zoals de zes miljoen verdwenen joden” zou de eerder genoemde Haro-brochure van Verbeke “het passende antwoord (zijn) op de door links én israëlitische kringen geïnspireerde anti-Duitse en antirechtse hetze”.
Haro stond overigens ook in voor de verspreiding van de Nederlandstalige vertaling van ‘Nürnberg ou la terre promise” van Maurice Bardèche. De vertaling werd verzorgd door Karel Dillen. In deze brochure wordt letterlijk gesteld dat de concentratiekampen, zoals Auswitch, na de oorlog zijn gebouwd met film-decors uit Hollywood en dit onder druk van de Joodse lobby.
Na de stemming van de anti-negationismewet was Raes iets voorzichtiger. In een interview met Marc Spruyt stelde hij dat er joden omgekomen zijn, maar “of dit nu ten gevolge van vergassing is of van ziekten die in de kampen zijn uitgebroken, daar ga ik me vandaag tegenover u niet over uitspreken.” Tot slot stelde hij “Ik ga u toch niet verbazen met te zeggen dat ik die wet liever niet had gehad.”
Racisme
In het verleden deed Raes een aantal bedenkelijke uitspraken o.a. over de joden. Zo stelde hij in het Nederlandse dagblad ‘Algemeen Dagblad’: “Joden zijn een probleem dat wij weinig bekijken omdat wij hier minder joden hebben dan Nederland. Maar ze hebben een eigen staat, dus een jood hoort in Israël.” Op een bijeenkomst die Raes bijwoonde van de Nederlandse NVU van de beruchte neo-nazi Joop Glimmerveen werd een pamflet verspreid dat stelde dat de bestraffing van de “on-arische profiteurs” niet zachtzinnig zou zijn. In dat pamflet werd volgende oproep gelanceerd: “Het is tijd om de straten van Nederland te zuiveren van staatsvijandig ongedierte.” Het is dan ook geen toeval dat Raes in 1979 nog een lovende bijdrage schreef over “Contribution à une éthique racisteé van René Binet.
Anti-vakbondsstandpunt
Het standpunt van Raes over vakbonden is veelzeggend. Volgens het Blok horen de vakbonden thuis op de lijst van subversieve organisaties. Over een vakbondsactie bij Exel in Diegem in 1995 stelde Roeland Raes een parlementaire vraag waarin hij een veroordeling vroeg van de vakbonden op basis van de wet tegen privé-milities. Een wet waar Raes zich overigens de details van herinnerde van de tijd van de veroordeling van de VMO begin jaren ’80…
De vakbond is niet de enige vijand voor het Blok en Raes. Ook de vredesbeweging begin jaren ’80 moest eraan geloven. Karel Dillen slaagde erin om in een parlementaire vraag te eisen dat zou opgetreden worden tegen deze “derde kolonne” van Moskou.
Vrouwen
“20 jaar geleden emancipeerde men de neger,10 jaar geleden kwamen de jongeren aan de beurt. Te oordelen naar bepaalde voortekens (zie sommige artikels in tijdschriften en filmen in de aard van de “apenplaneet”) zal men over 10 jaar de chimpasees emanciperen. Intussen, na de negers en nog juist voor de apen, emancipeert men de vrouw.” (Artikel in het tijdschrift Revolte , januari 1982, onder hoofdredactie van Roeland Raes.)
Rechtse revolte?
Na de verkiezingsoverwinning van het Blok in 1991 werd Raes parlementslid. In het blad Revolte, waar Raes tot 1989 hoofdredacteur van was, doet Voorpost een oproep aan haar parlementsleden: “Zij zijn het (…) die zullen bepalen of de rechtse revolte wordt ingezet. Wij betrouwen op hun beginselvastheid en op hun compromisloosheid. Houzee.” Roeland Raes was tot in 1989 hoofdredacteur van ‘Revolte’ en is ook vandaag nog steeds aanhanger van de organisatie ‘Voorpost’. Roeland Raes is dus één van de parlementairen op wie gerekend wordt voor “de rechtse revolte”… Raes stelde overigens over z’n standpunten dat hij in een publicatie die niet officieel van het Blok is “iets ruimer” z’n mening kan verkondigen. Hij stelt bovendien dat daar wellicht een zekere schizofrenie aanwezig is.
Internationale contacten
De contacten met neo-nazi’s zijn bijzonder duidelijk aanwezig bij het Blok. Over een politiek manifest van de Duitse NPD (berucht omwille van z’n aanslagen op vreemdelingen en linkse activisten en tevens bekend omwille van het verbod dat hen boven het hoofd hangt) schreef Raes dat dit “een goed voorbeeld van verwantschap met ons eigen politiek werken” was…
Op internationaal vlak speelde Raes een belangrijke rol in het ontwikkelen van contacten voor het Blok en bij het onderhouden van die contacten. Zo was hij jarenlang de contactpersoon in België voor de naar Argentinië gevluchte collaborateurs. In Argentinië werd na WO 2 een netwerk opgezet van gevluchte nazi-collaborateurs uit Vlaanderen. Er werd een blad gepubliceerd dat ‘De Schakel’ noemde. In dat blad was er steun voor het Vlaams Blok, maar ook voor het apartheidsregime in Zuid-Afrika en het regime van dictator Pinochet in Chili. In de redactie van ‘De Schakel’ vinden we tal van prominente nazi’s terug. Zo was er Leo Poppe, bij verstek ter dood veroordeelde ex-VNV senator of Renaat Van Thillo, voormalig leider van de “Vrijwillige Arbeidsdienst voor Vlaanderen”, een door de SS gecontroleerde organisatie die militanten ronselde om vrijwilligerswerk te verrichten in Duitsland. ‘De Schakel’ had ook een Vlaamse correspondent, met name Roeland Raes.
In Nederland onderhoudt Raes goede contacten met de NVU van Glimmerveen. In 1973 werd Roeland Raes zelfs medevoorzitter van deze fascistische partij. De NVU wordt vandaag geleid door Joop Glimmerveen en Constant Kusters, twee neo-nazi’s die goede banden onderhouden met Odal.