Interview. Presidentsverkiezingen in Sri Lanka en de noodzaak van een breuk met het besparingsbeleid

Op 21 september zijn er presidentsverkiezingen in Sri Lanka. Dat zijn de eerste verkiezingen na het failliet van Sri Lanka, de protestbeweging (Aragalaya) die in 2022 een einde maakte aan het bewind van de familie-Rajapakse en na het begin van zware besparingsmaatregelen die door het IMF worden opgelegd. Nooit eerder waren er zoveel kandidaten: 39 mannen en geen enkele vrouw. De uitkomst is nog onzeker met drie tot vier kandidaten die kans maken om uiteindelijk te winnen. Wel duidelijk is dat deze verkiezingen een keerpunt in de politieke situatie van het land vormen. We spraken met Chandimal en Upul, twee marxisten die tevens actief zijn als verantwoordelijken van de vakbond Ceylon Independent Teacher Services Union. 

Interview door Geert en Laurent

Wat is het effect van de protestbeweging en de besparingen op de verkiezingen?

Er is een grote verandering van het politieke landschap. De heersende partij, de SLPP (Sri Lanka Podujana Peramuna) van de familie Rajapakse, is in verschillende delen opgesplitst. Ooit was het bewind van de SLPP onbetwist. Dat is nu voorbij. 

De SLPP was een afsplitsing van de historische traditionele partij Sri Lanka Freedom Party (SLFP), waarvan de leiding nu de aftredende president Ranil Wickremasinghe steunt. Die komt op als ‘onafhankelijke’ kandidaat, ook al komt hij voort uit wat overblijft van zijn United National Party, de tweede traditionele partij van Sri Lanka, en van parlementsleden van de SLPP die zijn overstapt. Ranil vormde een brede alliantie aan de top, maar geniet weinig steun onder bredere lagen van de bevolking omwille van het gevoerde beleid.

Toen de Rajapakses aan de macht waren, kregen ze de steun van onder meer de Communistische Partij en de socialistische LSSP. Dat is niet langer het geval. De CP heeft een eigen kandidaat. Het zocht daarvoor iemand van buiten de eigen partij en kwam uit bij de zakenman en mediamagnaat Dilith Jayaweera die in 2019 nog actief was in de campagne van Gotabaya Rajapakse. Enkele voormalige ministers steunen deze kandidaat.

De oudste zoon van Mahinada, Namal Rajapakse, is kandidaat voor de SLPP. Namal Rajapakse is de voormalige minister van sport en jongeren in een regering geleid door zijn vader. Hij werd op het laatste moment de SLPP-kandidaat voor de presidentsverkiezingen. Zijn kansen om te winnen, zijn erg klein. De stemmen van Rajapakse in 2019 zullen nu in veel andere richtingen uitgaan. Dat is een eerste belangrijk gegeven van deze verkiezingen.

De Samagi Jana Balawegaya van Sajith Premadasa is een afsplitsing van de United National Party. Het is eigenlijk de echte opvolger van de UNP, na de splitsing met de SJB haalde de UNP nog slechts één zetel in het parlement, die van Ranil Wickremasinghe die in 2022 door de Rajapakses naar voren werd geschoven als de nieuwe president. De splitsing woog ook op het resultaat van de SJB, maar nu vormt Premadasa een alliantie met tientallen andere partijen. Zelfs enkele ministers zijn overgestapt naar de campagne van oppositiepartij SJB.

Een deel van de vroegere basis van de SLPP kijkt naar de NPP, de National People’s Power, van Anura Kumara Dissayake. Dat is een alliantie rond de zelfverklaarde ‘marxistische’ JVP (Janatha Vimukthi Peramuna, Volksbevrijdingsfront), die goed scoort in de peilingen. Er is niets marxistisch aan de JVP, die de oplossingen voor de economische problemen evengoed bij het IMF of de Indische regering zoekt. Anura Kumara Dissayake kan zich echter voordoen als een nieuwe frisse stem, zelfs indien hij in 2004-2005 even minister was, en als een stem tegen corruptie. Zonder een breuk met het kapitalisme, zou corruptie ook met de NPP in een regering blijven bestaan. De politieke van de NPP zal dus geen voldoende antwoorden bieden.

Het ziet er naar uit dat de presidentsverkiezingen zullen uitdraaien op een strijd tussen Dissayake, Premadasa en Wickremasinghe, met Namal Rajapakse als vierde kandidaat. In deze context proberen worden de minderheidsstemmen erg belangrijk, in het bijzonder van de Tamils in het noorden en oosten van het land die goed zijn voor ongeveer 12% van de stemmen. Er is een Tamil kandidaat, maar tegelijk zijn er discussies onder de traditionele Tamil partijen over steun aan Wickremasinghe of Premadasa. In Colombo lijkt de SJB terrein te winnen van de NPP. In de zuidelijke provincie was er lange tijd een linkse traditie, onder meer door verzet tegen het onderdrukkende kastensysteem. De NPP staat hier sterk, de eerste verkozene van de JVP kwam destijds uit het district Hambantota. Elders heeft de NPP een beperktere basis, zelfs indien het zoals steeds erg zichtbaar aanwezig is met affiches en in de campagne.  

De winnaar van de presidentsverkiezingen scoort traditioneel ook beter in de parlementsverkiezingen. Ook nu wordt er na de presidentsverkiezingen een nieuw parlement verkozen. Wie de volgende regering zal vormen, is dus nog onzeker. 

Wordt de NPP door jongeren gezien als een antwoord op onder meer corruptie?

Onder een laag van hoger opgeleide jongeren is dat zeker het geval. Dat is echter niet de meerderheid van de jongeren in Sri Lanka. Jonge werkenden met onzekere contracten die moeite hebben om te overleven, zijn daar minder toe geneigd.

Affiches van de NPP in het straatbeeld. Foto: socialisme.be

Van buitenaf lijkt het dat de NPP zich klaarmaakt om te regeren, maar zonder te breken met het gevoerde beleid. Ze kijken naar Modi en het IMF. Klopt dat?

De NPP staat niet voor een breuk met het kapitalisme. Recent werden twee wetten gestemd in het parlement over de staatsfinanciën en over economische transformatie. Beide wetten passen in het kader van het akkoord tussen het IMF en de regering en bevestigen de harde besparingen. De NPP stemde niet eens tegen deze wetten! Een linkse partij zou uiteraard tegen die wetten gestemd hebben. Het ‘marxistisch imago’ van de NPP is enkel imago. De afbeeldingen van Marx en Lenin worden samen met rode vlaggen bovengehaald op 1 mei, maar daarna wordt voor besparingen gestemd.

Wat is de impact van de IMF-maatregelen op de bevolking van Sri Lanka?

Toen Gotabaya Rajapakse aan de macht kwam, ging hij over tot forse belastingverlagingen om de kapitalisten ter wille te zijn. Dat leidde tot de economische ineenstorting omdat de publieke inkomsten zo sterk afnamen. Toen Rajapakse verjaagd was door de massabeweging, verhoogde de nieuwe president de belastingen opnieuw. Ranil Wickremasinghe deed dit op bevel van het IMF.

De nieuwe belastingen werden niet bij de kapitalisten gezocht, maar bij de werkende klasse. Die moeten meer belastingen betalen op hun loon en de drempel om te betalen werd verlaagd tot 100.000 Roepees (300 euro) per maand. Dit leidde tot een exodus van hoger opgeleide werkenden. De rijksten en de private sector worden opzettelijk ontzien door de regering. Een dokter die in de publieke gezondheidszorg werkt en 300.000 Roepees verdient, moet nu veel afstaan aan de belastingen. Als dezelfde dokter of een specialist in de private sector gaat werken en daar veel meer verdient, soms tot 100.000 Roepees per dag, moet die geen belastingen betalen!

De kapitalisten kregen een belastingcadeau van 600 miljoen en de regering wil de werkenden hiervoor laten opdraaien.

In de openbare diensten zijn er ondertussen overal tekorten. In het onderwijs betaalt de overheid enkel de lonen van de leerkrachten, de uniformen voor de leerlingen en de schoolboeken. Alle andere kosten zijn voor de ouders. Vroeger werden alle schoolkosten door de overheid gedragen. Een leerling in een gewone school betaalde voorheen ongeveer 3000 Roepees (9 euro), nu zijn er scholen met een inschrijvingsgeld van 12.000 Roepees (36 euro). Daarnaast worden er geen faciliteiten meer voorzien voor de scholen.

Het IMF eist traditioneel ook privatiseringen. Is dat ook in Sri Lanka het geval?

Er zijn inderdaad veel privatiseringen die gepland worden, in het bijzonder van winstgevende sectoren zoals telecom, elektriciteit, het publieke verzekeringsbedrijf en andere. Er is sterk verzet van de werkenden hiertegen. De privatisering van de elektriciteitssector werd eerder al gestemd in het parlement, maar de eigenlijke privatisering werd toen niet doorgevoerd omwille van protest van de werkende klasse.

We zien dat bij privatiseringen nu veel verkocht wordt aan grote Indische bedrijven. Er wordt niet gewerkt met openbare aanbestedingen of tenders, wat maakt dat er wellicht veel corruptie is bij deze privatiseringen. De haven van Trincomalee wordt verkocht aan de Indische kapitalist Adani. De Sri Lankese regering beweert dat dit zal leiden tot meer industriële ontwikkeling in die regio en de bevolking ten goede zou komen. Ondertussen is er strijd om invloed tussen China en India, waarbij China de haven van Hambantota en de nieuwe haven van Colombo controleert.

Waar staat links?

Er is verzet van de werkenden tegen de besparingen en er is ongenoegen. Bij de presidentsverkiezingen zijn er verschillende linkse kandidaten. De eenheidscampagne van onder meer de Frontline Socialist Party lijkt iets meer belangstelling op te wekken dan die van de andere linkse kandidaten. Op het vlak van de nationale kwestie is de Frontline Socialist Party echter erg onduidelijk, terwijl links duidelijk moet zijn in verzet tegen alle vormen van onderdrukking en uitbuiting. Een stem voor de traditionele kandidaten betekent uiteraard geen stap vooruit, ook niet als die zich van een links imago bedienen. In verzet tegen de IMF-besparingen zal een sterke beweging van de volledige werkende klasse in al haar diversiteit nodig zijn. 

Delen:
Printen:
Voorpagina van De Linkse Socialist