Met 22% bleef het Vlaams Belang onder de gevreesde verwachtingen. De hoge score wakkert echter haat tegen anderen en verdeeldheid aan. Dit gevaar is evident voor mensen die het slachtoffer zijn van racisme, LGBTQIA+ personen, feministen, vakbondsleden … De Waalse extreemrechtse partij Chez Nous brak niet door, maar met een rechts-populistische campagne heeft de MR racisme mee helpen normaliseren. Dit rolt de rode loper uit voor extreemrechts.
Met de N-VA die standhoudt en de MR die forse winst boekt, komen er rechtse regeringen. Rechts wil miljarden besparen, terwijl onze zorg en ons onderwijs al onder de tekorten kreunen, wonen onbetaalbaar is en er steeds minder openbare diensten zijn. Ze willen het geld niet zoeken bij hun superrijke vrienden, maar bij de werklozen, vluchtelingen, zieken en in onze sociale zekerheid. Dit zal de ongelijkheid en de sociale problemen doen toenemen. Daar kan extreemrechts op inspelen. Tenzij de werkende klasse in al haar diversiteit de strijd tegen de aanvallen ernstig organiseert.
De vorige rechtse regering van Charles Michel en Bart De Wever wankelde toen er in 2014 een indrukwekkend oplopend actieplan was. Op een vakbondsconcentratie die de meest actieve militanten bijeenbracht, werd een reeks actiedata aangekondigd. Dit was een duidelijke mobilisatiekalender die resulteerde in de grootste vakbondsbetoging sinds 1986, drie dagen van provinciale stakingen (telkens een Vlaamse en een Waalse provincie, op de laatste dag ook in Brussel) en tot slot een krachtige nationale algemene staking. Het land lag volledig stil. Het vakbondsprotest trok jongeren, kleine zelfstandigen, kunstenaars, advocaten met zich mee. Maar…
Helaas werd dit actieplan niet doorgezet. De vakbondsleiders waren geschrokken door wat er in de straten en de bedrijven was losgebarsten. De aarzeling en verlamming aan de top stelde de regering in staat om haar positie te herstellen. Het is belangrijk om hierop terug te komen nu we opnieuw voor een confrontatie met rechts staan. De controle op de beweging van onderuit is essentieel. Personeelsvergaderingen en democratische algemene vergaderingen zijn daarvoor cruciaal. De afgelopen tien jaar is het besef hierrond gegroeid, zowel door actiegroepen als La Santé en Lutte als in sociaal protest zoals de recente campusbezettingen.
Die bezettingen zijn overigens een belangrijk lichtpunt. Ze geven aan dat jongeren met een ander niveau van voorbereiding de volgende fase van de strijd aangaan. De klimaatstakingen van 2019 waren de eerste grote massamobilisaties van jongeren sinds het protest tegen de oorlog in Irak (in 2003!). Sindsdien hebben de historische campusbezettingen de ervaringen van de jongeren versterkt. Er waren ook andere bewegingen, onder meer tegen racisme en seksisme, voor LGBTQIA+rechten, tegen de hoge prijzen … Het inzicht dat ‘heel het systeem schuldig is’ nam toe. Dat leidt tot meer eenheid in actie, op een inclusieve manier met een prominente plaats voor strijd tegen onderdrukking. De afgelopen tien jaar was er op het politieke terrein ook de groei van de PVDA.
Terwijl ons sociaal kamp potentieel sterker staat voor een confrontatie met rechts beleid, staan de partijen die rechtse regeringen vormen zwakker. De crisis van het kapitalisme heeft zich doorgezet en escaleert in dit tijdperk van wanorde. Dat ondergraaft de autoriteit van alle instellingen en ook de politieke partijen. Decennia van besparingen en tekorten leiden tot ongenoegen en onbehagen. Rechts heeft daar geen antwoord op, dat zagen we met de vorige Vlaamse regering die op 9 juni werd afgestraft. Er is druk om fors te besparen, maar ook om te investeren in onder meer defensie en infrastructuur. Het maakt dat we niet zomaar een herhaling van 2014 zullen krijgen. Tegelijk moeten we lessen uit de beweging van tien jaar geleden trekken: het belang om door te zetten en om daarbij een alternatief te verdedigen van een samenleving waarin de sociale meerderheid het bezit en de democratische controle over de centrale productiemiddelen in handen neemt.
Sociale strijd: het beste tegengif
Tegenover verdeeldheid en haat plaatsen we solidariteit. Doorheen collectieve strijd maken we die solidariteit concreet en kunnen we ingaan tegen alle vormen van onderdrukking en uitbuiting. Als de werkende klasse in al haar diversiteit in actie komt met massamobilisaties, dan is niets onmogelijk.
De werkende klasse en haar vakbonden, actiegroepen en politieke organisaties heeft potentieel een enorme kracht. Strijd van onderuit op straat en in de bedrijven is nodig om de rechtse aanvallen te stoppen en op te komen voor een beleid dat vertrekt vanuit de noden. Die zijn erg groot met de enorme ongelijkheid, klimaatrampen, aftakelende openbare diensten, dalende levensstandaard … Met kleine aanpassingen, laat staan met een ‘zachter’ besparingsbeleid, zetten we geen stappen vooruit.
Wil je met revolutionair antifascisme en vastberaden verzet tegen rechtse regeringen de strijd voor socialistische maatschappijverandering aangaan? Dan is je plaats bij LSP.
Dit artikel komt uit maandblad De Linkse Socialist. Neem een abonnement om elke maand deze krant in je brievenbus te krijgen.