Een crisis in International Socialist Alternative (ISA)

Waarschuwing voor inhoud: misbruik, verraad van slachtoffers

Deze verklaring wordt uitgegeven door de Faction to Defend Safeguarding, Socialist Feminism and Internal Democracy (SSFID), een georganiseerde oppositie binnen International Socialist Alternative (ISA). Deze oppositie werd geïnitieerd door leden in de leidende organen van ISA die, sinds ze zich bewust werden van de tekortkomingen in de preventie en beheer van klachten, die we hieronder schetsen, hebben gestreden voor het herstel van een sterke toewijding aan het socialistisch feminisme, zowel in woorden als in daden, zonder welke het opbouwen van de revolutionaire socialistische organisatie die wereldwijd nodig is, onmogelijk wordt.

In het afgelopen jaar is er een crisis uitgebroken in het ISA over het falen van een nationale afdeling om actie te ondernemen naar aanleiding van zeer ernstige beschuldigingen van misbruik tegen een toenmalig lid. Deze crisis verergerde toen delen van onze internationale leiding die gang van zaken goedkeurden. Hoewel ondergetekenden zich krachtig tegen die beslissingen hebben verzet, moeten we publiekelijk erkennen dat het aan de hand van onze Internationale is dat deze fouten en het enorme leed zijn veroorzaakt. Namens onszelf willen we onze oprechte en welgemeende excuses aanbieden aan degenen die betrokken zijn bij deze zaak en aan iedereen die gekwetst is in dit proces, en voor de onaanvaardbaar lange tijd die het heeft gekost om tot deze conclusies te komen.

De noodzaak om ons te verontschuldigen voor het extra leed dat is veroorzaakt en de overtuiging dat een gezonde socialistische organisatie van de werkende klasse niet kan groeien door haar tekortkomingen te verbergen, zijn de redenen die ons motiveren om deze publieke erkenning uit te brengen. Toch heeft iets meer dan de helft van de leden van de gekozen leidende organen van ISA het uitbrengen van zo’n eerlijke verklaring waarin het falen wordt erkend en berouw wordt getoond afgewezen. Eveneens hebben ze de ideeën die erachter zitten afgewezen: de integratie van socialistisch feminisme als een integraal onderdeel van ons marxisme, en de consequente toepassing ervan in de vorm van een beschermende benadering van slachtoffers en overlevenden van gendergerelateerd geweld.

Het niet naleven van socialistische feministische principes

Het onderzoek en de uitkomst ervan, met betrekking tot zeer ernstige en schrijnende beschuldigingen van misbruik aan het adres van een vooraanstaand lid van de afdeling, werden afgehandeld op een manier die in strijd was met de internationale gedragscode van ISA. Het onderzoek faalde erin onze analyse van de dynamieken van misbruik en genderonderdrukking in de praktijk te brengen en faalde eveneens om prioriteit te geven aan het welzijn van de persoon die de klacht indiende en de algehele veiligheid van de organisatie voor vrouwen en mensen die gemarginaliseerd en onderdrukt worden. Zodoende is deze onjuiste behandeling veel meer dan een procedurefout; het raakt aan de kern van onze politieke principes.

De gedragscode van ISA benadrukt de noodzaak om leden met gezagsposities te houden aan de hoogste normen van gedrag en professionaliteit en het afwijzen van seksisme. In plaats daarvan richtte het oorspronkelijke onderzoek zich op het vaststellen van schuld ‘buiten redelijke twijfel’, waarbij het bewijs werd afgewogen tegen het vermeende risico om een lid met een lange staat van dienst te verliezen. Een dergelijke aanpak druist rechtstreeks in tegen de gedragscode van ISA, waarin staat:

“De basis voor een leidinggevend orgaan om actie te ondernemen na afloop van een onderzoek is niet of er al dan niet ‘bewijs van schuld’ is verkregen, wat rechtbanken dagelijks gebruiken om overlevenden van pesterijen en misbruik systematisch in diskrediet te brengen, maar op basis van onze toewijding aan de bescherming van individuen en de organisatie.”

In dit geval werd de getuigenis van het slachtoffer in feite buiten beschouwing gelaten en bleef de beschuldigde lid van de organisatie. Dit is niet alleen onaanvaardbaar; het staat lijnrecht tegenover de socialistische feministische benadering waar alle secties van ISA zich eerder aan hadden gebonden om deze te belichamen.

De leiding van de betrokken afdeling heeft ook verzuimd om internationale organen uit eigen beweging te informeren, wat het voordeel van breder inzicht en hulp van leden met meer afstand tot de gedaagde in de zaak belemmerde. Toen de beslissing breder werd gerapporteerd in de afdeling en toen het proces uiteindelijk werd geëvalueerd door internationale structuren, werd cruciale informatie achtergehouden en moest een zware strijd worden geleverd om deze te verkrijgen.

Dit, samen met het ontbreken van tijdige communicatie met de Internationale over deze zaak, verlengde en bemoeilijkte onnodig zowel het proces van het blootleggen van de wandaden en ermee af te rekenen als van het verwerpen van de oorspronkelijke conclusies. De beschuldigde nam uiteindelijk ontslag uit de organisatie, drie maanden nadat de eerste schaarse informatie aan het International Executive (IE, een deel van de dagelijkse leiding van ISA) was gegeven. Pas meer dan 18 maanden nadat de beschuldigingen de organisatie voor het eerst bereikten, en meer dan tien maanden nadat de zaak was meegedeeld aan de internationale structuren, nam het International Committee (IC, het hoogste leidende orgaan van ISA tussen wereldcongressen in) formeel de beslissing dat het lidmaatschap had moeten worden ingetrokken na afloop van het oorspronkelijke onderzoek. Deze verdere en onaanvaardbare vertraging was te wijten aan de hardnekkige verdediging van de oorspronkelijke beslissing door de leiding van de betrokken afdeling en door een deel van de internationale leiding, ondanks het verzet van een meerderheid van de IE-leden die niet betrokken waren bij de oorspronkelijke wanpraktijken. Deze oppositie kon echter geen formele meerderheid vormen omdat de leidinggevende leden die direct betrokken waren bij de oorspronkelijke beslissing in de afdeling, weigerden zich te onthouden bij relevante stemmingen over de behandeling van de zaak.

Het is duidelijk dat de reeks ontoelaatbare beslissingen, die we hierboven beschreven, volledig vermijdbaar waren, en dat ze schade hebben toegebracht aan vrouwen en slachtoffers, in en rond de organisatie, en vermoedelijk ook aan de persoon die de aanklacht maakte. Deze verkeerde behandeling en de weigering om hierover verantwoording af te leggen heeft een enorme verdeeldheid veroorzaakt binnen de leiding van ISA.

Het vergt enorme moed en moeite voor mensen om te spreken over hun ervaringen van misbruik – en het is onze plicht om ervoor te zorgen dat hun stem niet alleen wordt gehoord, maar ook wordt gerespecteerd. Een belangrijke factor, die slachtoffers motiveert die moedig over hun trauma spreken, is anderen beschermen tegen misbruik. Dit niet te begrijpen is een grof plichtsverzuim voor om het even welke linkse beweging. Elke ernstige tekortkoming in preventie en bescherming, vooral indien niet gecorrigeerd, kan een omgeving creëren die het voor slachtoffers moeilijker maakt om zich te melden en voor individuen om zich veilig te voelen. Dit werpt ook serieuze obstakels op bij het opbouwen van een organisatie die echt divers wil zijn en alle lagen van de arbeidersklasse wil verwelkomen.

Vanaf het moment dat we op de grove fouten in behandeling zijn gestoten, hebben we deze kwestie uiterst serieus genomen, want zoals het oude adagium van de arbeidersbeweging zegt: een onrecht aan één is een onrecht aan allen. Onze toewijding om schouder aan schouder te staan met iedereen die lijdt onder onderdrukking en uitbuiting wordt uitgehold als deze solidariteit niet geldt voor degenen die schade hebben opgelopen door “een van ons”. In de woorden van onze Gedragscode: “Het opbouwen van een revolutionaire partij voor socialistische verandering en de arbeidersbeweging in bredere zin wordt geschaad wanneer de verdeeldheid en vooroordelen die door de klassenmaatschappij worden gecreëerd, tot uitdrukking komen binnen onze eigen organisatie.”

Vechten voor afleggen van verantwoording

We zijn aan het strijden voor een grondig en collectief begrip van wat heeft geleid tot dit flagrante falen in het handhaven en implementeren van ons beleid en procedures voor preventie en bescherming. Dit is essentieel om verder te kunnen. Daartoe is een echte, volledig geïnformeerde discussie nodig waarbij alle ISA-leden betrokken zijn, waaruit duidelijke lessen moeten worden getrokken en die ervoor moet zorgen dat er op nationaal en internationaal niveau verantwoording wordt afgelegd. De strijd voor een dergelijke fundamentele revisie moet ook robuuste maatregelen omvatten om onze procedures voor preventie en bescherming te versterken. Ze moet de politieke training en ondersteuning van onze teams voor preventie en bescherming verbeteren en nieuwe, uitgebreide discussies over misbruik en gendergerelateerd geweld op alle niveaus van de organisatie stimuleren. Door de aanpak van een meerderheid van de ISA-leiding tot nu toe is het helaas verre van zeker dat zo’n goed geïnformeerd en democratisch proces zal plaatsvinden.

Van cruciaal belang is dat degenen die verantwoordelijk zijn voor dit ernstige verzaken van de zorgplicht jegens zowel onze leden als de bredere samenleving, ter verantwoording worden geroepen voor hun wandaden en schadelijke beslissingen. Het verdoezelen van de wanpraktijken eerst voor de internationale leiding en vervolgens voor de leden, de voortdurende minimalisering van de schade die is toegebracht aan de slachtoffers en aan alle overlevenden van gendergerelateerd geweld binnen en buiten onze organisatie, en de weigering om toe te geven dat deze wanpraktijken hun wortels hebben in het ontbreken van een consistent socialistisch feminisme, hebben ons ertoe gedwongen deze fractie op te richten. We zijn niet alleen tegen de koers van de meerderheid, maar we zijn ook tot de conclusie gekomen dat we ons moeten organiseren om deze koers kordaat aan te vechten via deze fractie; we moedigen andere ISA-leden die tegen de acties van de meerderheid zijn, sterk aan om zich bij ons aan te sluiten in deze onderneming.

We willen ervoor zorgen dat de juiste politieke conclusies worden getrokken. Dat betekent dat de leden van ISA, van wie velen tot nu toe niet op de hoogte waren van de grove fouten, de nodige kennis over de situatie moeten krijgen – uiteraard met inachtneming van de hoogste normen op het gebied van vertrouwelijkheid van slachtoffers. Dat omvat ook een grondige reflectie op onze eigen zwaktes en fouten uit het verleden om hier lessen uit te trekken en het omvat de essentiële noodzaak om alle mensen die direct verantwoordelijk zijn voor de misstanden en de doofpotaffaire uit het leiderschap te verwijderen. Als het ISA hieruit komt met minder dan een verdiept begrip van gendergerelateerd geweld en een versterkte praktijk van preventie en bescherming en een versterkt socialistisch feminisme, dan is ze gezakt voor een fundamentele politieke test.

We herhalen onze diepste verontschuldigingen aan iedereen die getroffen is door de slechte afhandeling van deze misbruikzaak. We bedanken het slachtoffer dat die naar voren is gekomen en erkennen de pijn en het verdriet dat die ongetwijfeld hebben doorstaan. We begrijpen dat woorden alleen de schade die is aangericht niet ongedaan kunnen maken maar we zetten ons volledig in om concrete stappen te nemen om dergelijke incidenten in de toekomst te voorkomen. We gaan ervoor strijden dat de interne cultuur van onze Internationale volledig in overeenstemming wordt gebracht met onze sterke socialistische feministische reputatie en principes.

Naar onze mening is het onmogelijk voor linkse, socialistische en revolutionaire krachten om te groeien zonder een organische verbinding met de meest vitale elementen van de arbeidersbeweging van vandaag – werkenden en jongeren in strijd, met vrouwen en queer personen die zo vaak een leidende rol vervullen. Het was onze actieve betrokkenheid bij de wereldwijde feministische beweging en bewegingen van onderdrukten, en op hun beurt hun invloed op ons, die ons ertoe bracht onze marxistische analyse en programma te verbreden om de speciale impuls van strijd en eisen voor vrijheid van onderdrukking volledig te integreren in onze algemene revolutionaire politiek en programma.

We kunnen en zullen geen enkele benadering accepteren die op wat voor manier dan ook afbreuk doet aan socialistisch feminisme en preventie en bescherming of die het belang van de strijd tegen onderdrukking ondermijnt. Elke organisatie die beweert een echt marxisme te vertegenwoordigen en te strijden voor een socialistische wereld, moet een grondige socialistisch feministische benadering als kern hebben.

Verschillende linkse, socialistische en revolutionaire organisaties hebben gefaald om op een correcte socialistisch feministische basis en in lijn met een beleid van preventie en bescherming te handelen wanneer ze geconfronteerd werden met gevallen van gendergerelateerd geweld gepleegd door een van hun leden. Vaak gebeurde dit wanneer de noodzaak om mannelijke leiders te behouden de voorkeur kreeg boven een principiële aanpak, die prioriteit geeft aan het opbouwen van een diverse organisatie en een leiding met wortels in de meest onderdrukte lagen van de arbeidersklasse. Dat is voor ons onaanvaardbaar. Strijden tegen onderdrukking in al haar vormen is niet secundair maar volledig verweven met de strijd tegen klassen-onderdrukking en -uitbuiting en voor socialistische verandering.

Met de vorming van ISA hadden we belangrijke stappen gezet om de blinde vlekken in ons verleden te erkennen, om onze Internationale opnieuw op te bouwen op een gezonde marxistische basis, om ons begrip van en onze betrokkenheid bij de strijd tegen onderdrukking te blijven versterken; een krachtig tegenwicht tegen de opkomst van extreemrechts. Een deel van ons leiderschap is teruggekeerd naar, of heeft misschien nooit dat verleden verlaten waarvan we dachten dat iedereen het achter zich had gelaten. We zullen de strijd voortzetten om niet alleen stappen terug te voorkomen, maar om vooruit te gaan op basis van een robuust revolutionair socialistisch feminisme. Dit vereist een besliste koerscorrectie ten opzichte van de aanpak van de delen van ISA’s leiderschap die deze verkeerde behandeling hebben laten gebeuren. Met minder nemen we geen genoegen, omdat de noodzaak om dit recht te zetten een fundamentele principekwestie is voor een revolutionaire Internationale. Zonder kan er geen vooruitzicht zijn op de opbouw van een werkelijk revolutionaire socialistische Internationale die toegewijd is aan het bestrijden van elke vorm van onderdrukking.

Wanneer de cultuur van misbruik en gendergeweld in stand wordt gehouden door degenen die links en radicaal zijn en die beweren tegen onderdrukking te zijn, richt dit zelfs nog diepere schade aan. Terwijl we pijnlijke lessen trekken uit dit schokkende debacle, mogen we geen enkele direct getroffen persoon uit het oog verliezen. We dringen er bij iedereen op aan om informatie over deze zaak niet publiekelijk te delen of te speculeren over specifieke details die iemand zouden kunnen identificeren die door deze verkeerde behandeling is getroffen.

Uitgegeven 18 april 2024 door: The Faction to Defend Safeguarding, Socialist Feminism and Internal Democracy, waarbij tot nu toe de leiding van ISA-afdelingen in Ierland, België, Oostenrijk betrokken zijn, evenals individuen en groepen ISA-leden in Brazilië, Zuid-Afrika, Engeland/Wales/Schotland, India, Mexico, Verenigde Staten, Ivoorkust, Polen, Rusland, Colombia, Nederland, Zweden, Spaanse staat, Tsjechië en Tunesië.