Belgische regering: wel kritische woorden, maar geen daden

Bart Vandersteene
door Bart Vandersteene
Lid Uitvoerend Bureau LSP

Niemand kan onbewogen blijven bij de gruwel die het Israëlische leger aanricht in Gaza. De Israëlische regering doet dit met de directe steun of (on)uitgesproken goedkeuring van heel wat Westerse landen. Sommige landen laten een kritische noot horen, zoals enkele Belgische regeringspartijen dit recent deden. Een reeks landen, vooral uit de neokoloniale wereld, scharen zich achter de genocide-aanklacht die Zuid-Afrika opstartte bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. 

Artikel uit maandblad De Linkse Socialist

Zo goed als niemand durft vandaag nog zonder blikken of blozen de Israëlische regering en haar genocidaire oorlog kritiekloos te steunen. Bart De Wever (N-VA) verklaarde half oktober nog resoluut: “Vandaag is er maar één kant om te kiezen. Dat is de kant van Israël, de kant van de democratie en de kant van het licht.” Sindsdien moest zelfs de N-VA wat gas terug nemen. In een reactie op de vraag van regeringspartijen Groen en Vooruit om de aanklacht van Zuid-Afrika te steunen verklaarde N-VA kamerfractieleider De Roover op Radio 1: “Om ginder een oplossing te bereiken, moet je Israël voluit meenemen. Europa is daarin veel voorzichtiger dan ons land: geen eenzijdig standpunt innemen om Israël niet voor het hoofd te stoten, want anders krijg je ze niet mee. De bedoeling van diplomatie is om resultaat te boeken.” Deze uitspraak past in een consequente politiek van de N-VA. Klimaatcriminelen, maffieuze fraudeurs, asociale belastingontwijkers … je mag ze vooral niet voor het hoofd stoten. Aan dit lijstje kunnen we nu ook oorlogsmisdadigers toevoegen.

De stellingnames door Groen, Ecolo, PS, Vooruit zijn een eerste stap. Deze komen er na een enorme druk van onderuit, door de aanhoudende acties en betogingen. Maar de daad bij het woord voegen, is wat de actievoerders terecht eisen. We hebben genoeg van politici die, wanneer de druk groot wordt, zich met woorden achter een beweging scharen. Laat je daden luider spreken dan je woorden, zo gaat een bekend spreekwoord. Mogen de uitlatingen meer zijn dan wat electorale profilering? 

Wat kan er vanuit België gedaan worden?

Ondertussen werd al uitvoerig gedocumenteerd welke link er is tussen delen van de Belgische economie en de Israëlische oorlogsmachine. Er is de Oudenaardse vestiging van de Israëlische multinational Elbit Systems, een internationaal bedrijf dat het Israëlische en andere legers voorziet van hoogtechnologisch materiaal. Er zijn bedrijven die machines leveren voor de sloop van huizen, zoals Caterpillar en Volvo. Er zijn bedrijven die een rol spelen in de bouw en uitbreiding van nederzettingen, zoals Cemex. Er zijn bedrijven die apparatuur leveren om Palestijnse burgers te bespioneren, Solvay en IBM. Er zijn er die instaan voor transportverbindingen met de illegale nederzettingen, zoals Alstom. Bedrijven die betrokken zijn bij de illegale ontginning van Palestijnse natuurlijke rijkdommen, zoals Heidelberg Materials. (Meer info hierover: ‘Don’t buy into occupation campaign’)

Ook de bankensector heeft een directe verantwoordelijkheid. BNP Paribas heeft meer dan 26 miljard euro aan leningen, aandelen en obligaties voor allerlei bedrijven die de nederzettingen mee mogelijk maken. KBC investeerde sinds januari 2020 meer dan 1,1 miljard euro in bedrijven die betrokken zijn bij de sloop van Palestijnse huizen en de ontginning van Palestijnse grondstoffen. Staatsbank Belfius heeft bijna 280 miljoen euro aan aandelen in handen van betrokken bedrijven. Bank Degroof Petercam en Ackermans & Van Haaren investeren eveneens honderden miljoenen euro’s in bedrijven die betrokken zijn bij de illegale Israëlische nederzettingen.

Ethiek en kapitalisme gaan niet hand in hand. Waar geld te rapen valt, wordt kapitaal heen gezogen. Zolang een regering niet wil raken aan de directe belangen van deze kapitalisten in eigen land, zijn ze in de feiten medeplichtig aan de imperialistische brutaliteiten in het buitenland. 

Maar we moeten niet enkel druk zetten en hopen op actie vanuit regeringskringen. Er is ook een andere weg om verandering af te dwingen. In al deze bedrijven zijn er ook gewone werkende mensen en hun vakbonden actief. Een werknemer van Volvo in Gent draagt geen enkele verantwoordelijkheid voor de keuzes van de aandeelhouders. Dat zij beslissen om materiaal te leveren aan Israël, die het inzet in de vernietiging van Palestijnse woningen, is de keuze van de managers en de aandeelhouders. Geld stinkt niet, zeggen ze. Maar er kan wel bloed aanhangen. 

De Belgische vakbonden zouden een veel actievere rol moeten opnemen in deze beweging. Ze kunnen deelnemen aan de mobilisaties maar kunnen ook tot actie overgaan, desnoods kan zelfs de productie worden stilgelegd in protest tegen de betrokkenheid van een bedrijf in de Israëlische koloniale oorlogsmachine. Er zijn belangrijke historische voorbeelden van internationale solidariteit door werkenden en hun vakbonden en de impact die dit kan hebben, zoals in de strijd tegen Apartheid in Zuid-Afrika. We kunnen ons door deze voorbeelden laten inspireren. 

Elke dag opnieuw zijn we getuige van de gruwel in Gaza. Voor velen is dit hartverscheurend. Maar we zijn niet machteloos. We kunnen van onderuit bouwen aan de grootst mogelijke internationale beweging in solidariteit met Palestina. Tegelijkertijd is deze beweging ook een ongelooflijke aanklacht tegen het barbaarse kapitalistische systeem dat we moeten stoppen.

Delen:
Printen:
Voorpagina van De Linkse Socialist