Een maand na de vorige nationale betoging met 60.000 aanwezigen en vlak voor de feestdagen, kwamen opnieuw tienduizenden mensen in Brussel op straat. Wellicht waren we met meer dan 40.000. Aanleiding is uiteraard het verschrikkelijke bloedbad in Gaza, waar bombardementen gepaard gaan met ook een groeiende humanitaire ramp. De betoging toonde dat de woede groot is, maar ook dat de solidariteit warmer dan ooit is.
Massale betogingen als deze hebben regeringen al gedwongen om terug te komen op hun aanvankelijke openlijke steun aan het Israëlische staatsterrorisme. Ook de Belgische politici staan onder druk. Premier De Croo werpt zich op als verdediger van een staakt-het-vuren. Tegelijk voert zijn regering een beleid dat het oorlogsgeweld en de bezetting blijft steunen. Zo is staatsbank Belfius betrokken bij projecten in bezet gebied. Op de luchthaven van Luik is militair materieel naar Israël gepasseerd. Staatssecretaris De Moor voert ondertussen de repressieve aanpak van Palestijnse vluchtelingen op.
Het protest is belangrijk om uiting te geven aan een breed gedragen woede tegen het bloedbad en de humanitaire ramp in Gaza. Het is ook belangrijk om de solidariteit te tonen en van daaruit tot en sterkere organisatie ervan te komen. Het LSP-pamflet riep op tot de vorming van actiecomités. Daarnaast stelden we voor om te bouwen naar nieuwe acties, zoals aan het Luikse bedrijf Challenge dat wapens vervoert naar Israël. Op 1 december was er een eerste actie aan Challenge. Dit voorbeeld verdient navolging.
We verdeelden ons pamflet in het Nederlands, Frans en Arabisch. Daarnaast verkochten we minstens 105 exemplaren van ons maandblad en honderden badges tegen oorlog, bezetting, imperialisme en kapitalisme. Leden vormden een internationalistisch socialistisch blok op de betoging om te pleiten voor socialistische maatschappijverandering zodat de aanwezige middelen met een democratische planning kunnen ingezet worden voor heropbouw en het belang van de werkenden en onderdrukten, in plaats van voor dood en vernieling.