Dienstverlening was sowieso al minimaal. Nu ook wel erg minimaal stakingsrecht bij het spoor

In 2017 werd de “wet op de continuïteit van het personenvervoer per spoor in geval van staking” aangenomen. Dit was de invoering van de zogenaamde minimumdienst. Bij diensten die als essentieel voor het treinverkeer worden beschouwd, moet elke agent uiterlijk 72 uur van tevoren aangeven of hij of zij al dan niet aan de werkonderbreking zal deelnemen.

De toenmalige minister van transport, François Bellot (MR), verklaarde dat er geen aantasting van het stakingsrecht was. Volgens hem ging het niet om het verbieden van stakingen, maar om het beter organiseren van de diensten met werknemers die niet staken. Het argument werd goed uitgewerkt, maar het heeft weinig met de werkelijkheid te maken.

Zo is het voor een staker mogelijk om zich op het laatste moment te bedenken en alsnog te werken. Het omgekeerde wordt daarentegen als een fout gezien die leidt tot een sanctie. Zelfs formeel is er geen gelijkheid tussen stakers en niet-stakers.

De minimumdienst wordt gebruikt om de steun voor vakbondsacties kunstmatig te verlagen. Wie op de geplande stakingsdag niet ingeroosterd staat, heeft technisch niet de mogelijkheid om zichzelf als staker te laten registreren. In het oude systeem was dit wel mogelijk. Tijdens stakingsdagen wordt leidinggevend personeel, dat gewoonlijk met andere taken belast is, ingezet om de treinen te laten rijden. In de seinhuizen, die het verkeer in real time beheren, wordt alles in het werk gesteld om zoveel mogelijk treinen te laten rijden. Zelfs indien dit betekent dat een personeelslid een dubbele shift moet kloppen (wat een gevaar is voor de veiligheid van collega’s en reizigers!)… Dit alles wordt aangevuld met een wetsartikel dat het verbod invoert op het verhinderen van het “gebruik van arbeidsmiddelen en infrastructuur”. De directies van de NMBS en Infrabel aarzelen niet om daar gebruik van te maken, waardoor het in de praktijk uiterst moeilijk wordt om een stakerspost op te zetten. 

Een ander aspect van de minimale dienstverlening kreeg minder aandacht, wellicht omdat het wat technisch is. HR Rail, de wettelijke werkgever van het spoorpersoneel, moet een door een erkende vakbondsorganisatie ingediende stakingsaanzegging valideren vooraleer de procedure kan opgestart worden. Als HR Rail de aankondiging niet erkent, dan kan de betrokken organisatie onmogelijk op de juiste manier een stakingsactie organiseren.

De OVS (Onafhankelijke Vakbond van Spoorwegpersoneel) werd meermaals het slachtoffer van die regeling. Zo werd een algemene stakingsaanzegging in 2018 verworpen door HR Rail met als argument dat de maatregel waartegen geprotesteerd werd enkel betrekking had op de treinbestuurders. Dit maakte het voor de andere personeelsleden onmogelijk om uit solidariteit aan de staking deel te nemen. In november 2021 werd een nieuwe aanzegging geweigerd met het argument dat de betwiste maatregel (over achterstallige rust- en compensatiedagen) eerst nog moest besproken worden in… een overlegorgaan waar OVS niet in zit. Het is dus de werkgever die beslist of een staking al dan niet legitiem is. Dat is de droom van elke baas…

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie