Oekraïne. Verkiezingscrisis leidt tot conflict.

Rechtse politici en imperialistische machten versterken de etnische spanningen. Een machtsstrijd tussen de verschillende fracties van de heersende klasse van de Oekraïne dreigt het land in een ernstig conflict en mogelijks zelfs burgeroorlog onder te dompelen.

Niall Mulholland

De crisis brak uit toen de pro-Russische presidentskandidaat Viktor Janoekovitsj door het officieel verkiezingscomité uitgeroepen werd tot de winnaar van de presidentsverkiezingen van vorige week. Volgens de officiële verkiezingscommissie haalde hij 49,46% van de stemmen tegenover 46,61% voor de oppositie en de pro-Westerse kandidaat, Viktor Joesjtsjenko. Die weigerde het officiële resultaat te erkennen en beweerde dat de verkiezingen vervalst waren. Op een symbolische wijze werd Joesjtsjenko vorige maandag omgeven door parlementsleden van zijn eigen partij ingezworen als president.

In een poging om de gebeurtenissen in zijn voordeel te laten omkeren heeft Joesjtsjenko gedurende vier dagen gemobiliseerd in de straten van de hoofdstad Kiev. Het aantal betogers dat op straat kwam in de bittere koude werd geschat tussen 200.000 en 500.000. De stedelijke overheid in Kiev en gemeentediensten in het westen van Oekraïne steunen Joesjtsjenko. De uitdager heeft daarop opgeroepen voor een campagne van burgerlijke ongehoorzaamheid om de officiële verkiezingsresultaten ongedaan te maken en hij riep op voor een “algemene staking”.

De officiële winnaar, Janoekovitsj, bracht ook zijn aanhangers op straat in Kiev, maar die mobilisatie was veel beperkter. Volgens verslagen waren er ook mijnwerkers vanuit het Russisch sprekende oostelijke deel van het land aanwezig op die acties.

De westerse media probeert de crisis voor te stellen als een strijd tussen de krachten van authoritarisme en democratie. Het wordt vergeleken met de “rozenrevolutie” in Georgië waar vorig jaar een massabeweging het regime van Edvard Shevardnadze had omvergeworpen, of de opstand die het autoritaire regime van Slobodan Milosevic in 2000 omver gooide.

De VS en de EU, in het bijzonder Duitsland, steunen de pro-Westerse kandidaat Joesjtsjenko. Ze roepen hem op om de ‘hervormingen’ van de economie te versnellen (dwz meer privatiseringen en het opengooien van de binnenlandse markt voor multinationale bedrijven en het imperialisme). Voor de VS is de Oekraïne een enorm belangrijk land omwille van haar geo-strategisch belang, in een regio met veel olie, gas en andere grondstoffen. Met een bevolking rond de 48 miljoen, wordt het land gezien als een belangrijke toekomstige markt. Als Yushchenko aan de macht komt, belooft het Westen om het land versneld in de NAVO binnen te brengen en wordt zelfs geschermd met een eventueel EU-lidmaatschap (alhoewel dat voor een aantal EU-lidstaten controversieel is).

Het regime van Poetin in Rusland aanziet de Oekraïne ook als een belangrijke regio voor haar imperialistische belangen. Poetin verzet zich tegen de oostelijke uitbreiding van de NAVO en het groeiend aantal Amerikaanse militaire bases in Centraal-Azië. De Russische president verwijst naar de voormalige sovjetlanden als haar “naburige grenzen”. Poetin gebruikt de olie- en gasexport uit Rusland als een politiek wapen, in het bijzonder tegenover energie-afhankelijke landen zoals de Oekraïne. Er waren discussies over de mogelijke vorming van een ‘economische unie’ van Rusland, de Oekraïne en Wit-Rusland.

Krachten achter Joesjtsjenko en Janoekovitsj

De pogingen van beide presidentskandidaten om de macht te grijpen is een uitdrukking van de belangen van concurrerende imperialistische machten. Janoekovitsj en Joesjtsjenko vertegenwoordigen elk een deel van de Oekraïnse heersende klasse die verdeeld zijn over waar ze bescherming zullen zoeken om hun winsten, prestige en belangen veilig te stellen: het westen of Rusland?

Deze gangsters zullen uiteraard niet publiek zeggen wat hun bedoelingen zijn en zullen proberen in te spelen op gerechtvaardigde angst en bekommernissen onder de massa’s.

Enerzijds probeert Joesjtsjenko in te spelen op de angst van veel betogers in Kiev dat de democratische rechten uitgehold worden. Anderzijds baseert Janoekovitsj zich op de massa’s in het oosten van de Oekraïne, waar de belangrijkste industriegebieden zich bevinden maar waar de levensstandaard ook slechter is. Daar stelt Janoekovitsj zich voor als de ‘verdediger’ van de jobs in de industrie.

Janoekovitsj speelt in op de angst van de minderheid van Russisch-sprekenden en belooft dat hij van het Russisch de tweede officiële taal zal maken. Heel wat Russisch-sprekenden zijn bezorgd dat ze onder Joesjtsjenko zouden gediscrimineerd worden als minderheid, net zoals de Russische-sprekende minderheden in verschillende Baltische republieken. De oligarchen in het oosten van Rusland steunen Janoekovitsj omdat ze tegen een grotere concurrentie vanuit het westen zijn.

Als vertegenwoordigers van verschillende fracties van de heersende elite staan zowel Janoekovitsj als Joesjtsjenko voor een anti-arbeidersbeleid. Tijdens de jaren 1990 was Joesjtsjenko hoofd van de Centrale Bank en premier. In die rol voerde de zogenaamde ‘vriend van het volk’ een hard neo-liberaal beleid dat ertoe geleid heeft dat de bevolking van de Oekraïne bij de armste in Oost-Europa behoort. Het BNP per persoon is er nu beperkt tot 970 dollar per jaar (cijfers van de Werelbank in 2003).

Onder de aftredende president Leonid Koetsjma probeerde het land te balanceren tussen de VS en Rusland. Koetsjma stelde dat hij wou dat de Oekraïne eventueel zou toetreden tot de NAVO en de EU en hij stuurde 1500 militairen naar Irak en naar andere gebieden zoals Kosovo en Afghanistan. Maar Koetsjma behield ook goede relaties met Rusland.

Het regime van Koetsjma werd meer en meer autoritair en zijn privatiseringsbeleid leidde tot breed verspreide sociale problemen en ontgoochelingen. Er was veel corruptie onder zijn beleid en hij was volgens mensenrechtenorganisaties verantwoordelijk voor het vermoorden van kritische journalisten.

Nu het land niet langer een delicaat evenwicht kan houden tussen de VS en Rusland, wordt de Oekraïne een focuspunt voor een intensieve inter-imperialistische rivaliteit. Slechts enkele weken geleden was Poetin één van de eerste wereldleiders die George W Bush feliciteerde met zijn herverkiezingen. Maar de strijd voor markten, grondstoffen en regionale invloed is sterker en onoverkomelijk bij de recente verkiezingen in de Oekraïne. Zowel het Westen als Rusland kwamen tussen in de verkiezingscampagne. De VS en de EU steunden Joesjtsjenko openlijk en financierden hem ook. Ze gebruikten de groeiende oppositie tegen de autoritaire kenmerken van Koetsjma om op te roepen voor een stem voor de oppositie. Joesjtsjenko’s machtsbasis bevindt zich in het westen van het land, waar het Oekraïens nationalisme sterker staat en waar naar West-Europa wordt uitgekeken.

Rusland gaf veel steun aan de verkiezingscampagne van Janoekovitsj. Poetin bezocht Kiev om er zijn steun te betuigen aan Janoekovitsj. Joesjtsjenko’s bewering dat de verkiezingen oneerlijk verliepen, krijgen een grote echo in het Westen. Vanuit de VS en Duitstland wordt opgeroepen voor een hertelling en er werd gesteld dat er anders sancties zouden getroffen worden. De Amerikaanse minister Colin Powell stelde op 24 november dat de VS het resultaat niet erkent.

Het is erg waarschijnlijk dat er verkiezingsfraude was om het stemmenaantal van Janoekovitsj op te drijven en dat soort fraude is zeker niet vreemd aan zijn goede vriend Poetin. Er wordt beweerd dat kiezers gemanipuleerd werden, en dat heeft de grote protesten verder versterkt. Het is daarbij wel cynisch dat een voormalig lid van het autoritaire regime van Koetsjma, Joesjtsjenko, op zijn zachtst gezegd ook wel in staat is om verkiezingen te vervalsen.

De kritiek van de Westerse machten op de verkiezingen in de Oekraïne zijn hypocriet. Er wordt niets gezegd over de mensenrechten in despotische regimes in Centraal-Azië of de Kaukasus, zo lang die landen maar pro-Westers blijven. Slechts enkele weken geleden werden de resultaten van de Afghaanse verkiezingen wel erkend toen een pro-Amerikaanse marionet, Karzai, officieel aan de macht kwam. Bij die verkiezingen waren er heel wat beschuldigingen van verkieizngsvervalsingen en grote delen van het land konden niet deelnemen aan de verkiezingen. Er kwam enkel een regering door het omkopen van krijgsheren. Vorig jaar aanvaardde het Westen de duidelijk vervalste verkiezingen in Nigeria om de pro-Westerse Obasanjo aan de macht te houden.

De VS-bezetters in Irak hebben ook al aangegeven dat ze van plan zijn om daar in januari verkiezingen te laten doorgaan. Enkel de partijen die aanvaard worden door het imperialisme mogen opkomen. Net zoals in Afghanistan zullen grote delen van het land niet kunnen stemmen, zelfs indien de verkiezingen plaatsvinden en ze willen stemmen.

Afgeschrikt door de gevolgen van de huidige situatie heeft Koetsjma zichzelf aangeboden als onderhandelaar tussen Janoekovitsj en Joesjtsjenko. Hij waarschuwde voor een burgeroorlog en riep de buitenlandse krachten op om zich niet langer in te laten met de interne belangen van het land.

Gevaar van een gewapend conflict

De mogelijkheid van een gewapend conflict is reëel. De twee kampen van de heersende klasse versterken de etnische verschillen – tussen de voornamelijk Russisch-sprekende orthodox Christenen in het Oosten en de voornamelijk Oekraïens sprekende katholieken in het westen. Dit brengt het gevaar mee van de ontwikkeling van een etnisch conflict wat kan uitdraaien op een volledige burgeroorlog. De politie en het leger zijn nog niet ingezet tegen de betogers. Als dat zou geprobeerd worden, zouden ook de staatskrachten mogelijks langs etnische lijn verdeeld worden.

Een uitbarsting van het conflict in de Oekraïne zou in de hele regio gevolgen hebben. Het pro-Westers regime in Georgië klaagt over het “zachte imperialisme” van Poetin. Er zijn Russische troepen in de republiek Abchazië dat een afsplitsing is van Georgië. Indien het conflict in de Oekraïne verder ontwikkelt, zouden er daar ook wel eens nieuwe gevechten kunnen ontstaan. Er zijn ook Russische troepen in Transdniestria, een separatistische regio van Moldavië, wat tot een conflict met de NAVO kan leiden. Het regime in Witrusland is pro-Russisch, net zoals de regering van Vojislav Kostunica in Servië.

Polen en andere pro-Westerse Oost-Europese landen willen een steviger houding tegenover Rusland en een groep van tien Scandinavische en Oost-Europese landen hebben recent een alliantie gevormd om die positie te versterken. Een top tussen de EU en Rusland die op 25 november moest beginnen in Den Haag, zal wellicht de meningsverschillen scherper benadrukken.

De desintegratie van de Oekraïne zou een ramp zijn voor de werkende bevolking van het land en de regio. Een burgeroorlog zou leiden tot veel doden en mogelijks een grote vluchtelingencrisis.

Uit vrees voor het destabiliserend effect van een conflict van het type Bosnië, zullen een aantal EU-machten nu proberen een oplossing te onderhandelen. Er wordt gesteld dat er onderhandelingen zouden plaatsvinden tussen Janoekovitsj en Joesjtsjenko. De Poolse en Litauwse premiers zouden gevraagd zijn om te onderhandelen (BBC, 25.11).

Poetin heeft zich aanvankelijke felicitaties naar aanleiding van het verkiezingsresultaat ingetrokken. Ook de Amerikaanse regering moet de gevolgen inschatten van een sterker conflict in de Oekraïne en een verslechterde relatie met Rusland.

De protesten en tegenacties in Kiev en andere steden verliepen tot nu toe vreedzaam. Maar de situatie is gespannen en kan uitbarsten. De verschillende fracties van de heersende klasse gebruiken de etnische tegenstellingen, maar dat kan uit hun controle ontglippen waarbij het conflict leidt tot rampzalige oorlogen zoals die in de Balkan de voorbije tien jaar. Joesjtsjenko’s oproep voor een ‘algemene staking’ zou, indien het doorgaat, enkel effect hebben in de helft van het land waardoor de politieke en etnische temperatuur enkel verder zal oplopen. Op 25 november berichtte het Russische persbureau Itar-Tass dat er aan de westelijke grens van de Oekraïne lange files stonden. Heel wat wegen waren geblokkeerd door gevallen bomen en barricades. Intussen is door de mijnwerkers in het oosten beloofd dat ze verder zullen werken.

Stakingsactie en de arbeidersklasse

Het platleggen van bedrijven is traditioneel een krachtig strijdwapen van de arbeidersklasse; De bazen en politici zijn gewoonlijk furieus als gedreigd wordt met stakingen of als dat wapen effectief gebruikt wordt door de arbeiders om hun klassenbelangen te verdedigen. Maar nu zijn het de pro-kapitalistische politici zelf die Joesjtsjenko’s oproep tot staking steunen. In het Westen van de Oekraïne zullen wellicht veel arbeiders ingaan op de eis van stakingsacties en zullen zij dat zien als een onderdeel van hun wil om op te komen voor democratische rechten met de hoop dat een andere regering misschien iets zal doen aan de levensstandaard. Maar in de handen van een pro-kapitalistische politicus als Joesjtsjenko is een oproep tot ‘algemene staking’ politiek reactionair. Het zal ingezet worden om de belangen van het pro-Westerse deel van de heersende klasse te verdedigen en de arbeidersklasse verder te verdelen langs etnische lijnen.

De centrale factor die vandaag ontbreekt – en de enige die een weg vooruit kan aanbieden uit de armoede, uitbuiting en etnische verdeeldheid – is de georganiseerde arbeidersklasse. De zogenaamde ‘Communistische Partij’ volgt een pro-Russische koers en verdedigt de vrije markt. Doorheen het land zijn er jammer genoeg weinig echt onafhankelijke vakbonden.

Een arbeiderspartij zou in de huidige crisis tussenkomen met een onafhankelijk klassenprogramma. Dat programma zou ingaan op de strijd tegen de verkiezingsfraude en voor democratische rechten. Maar dat zou op geen enkele wijze betekenen dat de valse ‘democraat’ Joesjtsjenko op enigerlei wijze zou gesteund worden, net zoals Janoekovitsj niet zou gesteund worden. Beide vertegenwoordigers van de heersende klasse moeten bestreden worden, net zoals het Westers en Russisch imperialisme moet bestreden worden door de arbeidersbeweging.

Het CWI in Rusland en de Oekraïne roepen op voor massale protesten, inclusief stakingsacties, tegenover zowel het autoritaire regime als de neo-liberaal Joesjtsjenko. Onder leiding van de arbeidersklasse met een socialistisch programma, zijn stakingen een machtige uitdrukking van het verzet tegen het rechtse beleid en kan het bovendien de arbeidersklasse verenigen. Een massale militante strijd zou zowel in het oosten als het westen van de Oekraïne een impact hebben als het vertrekt van een programma dat opkomt voor jobs, een degelijk loon, degelijk onderwijs, gezondheidszorg, sociale zekerheid,… Socialisten steunen ook de rechten van alle minderheden, waaronder ook taalrechten.

De Oekraïnse arbeiders en jongeren hebben nood aan een eigen partij die opkomt bij de verkiezingen en echte democratische rechten kan afdwingen. Het parlement en de president, en de andere kapitalistische instellingen hebben allen aangetoond dat ze corrupt en rot zijn waarbij opgekomen wordt voor de belangen van de grote bedrijven.

Een arbeidersregering zou opkomen voor een beleid in het belang van de meerderheid van de bevolking. Dat betekent het overnemen van de economie door de arbeidersklasse onder democratische controle en beheer. Het zou ook de strijd voeren voor een echt socialistische samenleving in de hele regio. Een vrijwillige federatie van gelijke staten zou een einde maken aan de kapitalistische uitbuiting en aan etnische, nationale en religieuze conflicten. Zelfs indien er nu een “oplossing” onderhandeld wordt, zal de armoede, werkloosheid en discriminatie blijven bestaan en zal dat leiden tot nieuwe etnische spanningen en mogelijks een opbreken van het land.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie