Ethiopië: is de oorlog voorbij?

Op zaterdag 28 november verklaarde de Ethiopische premier Abiy Ahmed dat zijn troepen Mekelle, de hoofdstad van Tigray, hadden veroverd en dat de oorlog voorbij was. Voor de mensen in Tigray en de rest van Ethiopië is de periode van diepere humanitaire crisis en gewapende conflicten waarschijnlijk echter pas begonnen.

Door Per Ake Westerlund, Rattvisepartiet Socialisterna (ISA in Zweden)

Dezelfde nacht heeft het leger van het Bevrijdingsfront van Tigray (TPLF), waartegen het nationale leger van Abiy vecht, zes raketaanvallen uitgevoerd op een vliegveld en militaire doelen in de naburige hoofdstad van Eritrea, Asmara. Het TPLF beweerde ook Axum te hebben heroverd, een stad met 50.000 inwoners ten noordwesten van Mekelle.

In deze oorlog is het erg moeilijk om de feiten ter plaatse te verifiëren. Het internet, het telefoonnetwerk en de elektriciteit in Tigray zijn afgesloten. Ook de banken zijn gesloten, waardoor de financiële hulp en de economie van de regio worden geblokkeerd.

Het is duidelijk dat het federale leger Tigray met volle kracht heeft aangevallen. Waarnemers zeggen dat de troepenopbouw weken voor het begin van de oorlog op 4 november is begonnen. Op zondag 22 november gaf Abiy Ahmed een 72 uur durend ultimatum aan het TPLF, om zich over te geven of een grootschalige aanval “zonder genade” op Mekelle te starten. Vanaf vrijdag lag Mekelle onder vuur van tanks, artillerie en luchtmacht, en volgens Abiy Ahmed veroverde het federale leger de volgende dag de stad.

Ondanks de verklaring beweerden de leiders van het TPLF op maandag 30 november dat ze in de stad waren en de gevechten voortzetten. De meeste militaire commentatoren zijn van mening dat de oorlog nog lang niet voorbij is en dat het TPLF een soort guerrillaoorlog aan het plannen is. Er zijn geen meldingen van gevangenneming van TPLF-leiders, hoewel beide partijen beweren dat ze grote aantallen soldaten gevangen hebben genomen.

Mekelle aangevallen

Er zijn tot nu toe geen betrouwbare berichten over de aanval op Mekelle en haar half miljoen inwoners. Tigray, met zes miljoen inwoners, heeft ook voordat het federale leger Mekelle bereikte, zwaar geleden onder de oorlog. De Internationale Crisisgroep rapporteerde (28 november): “Volgens de Verenigde Naties waren minstens 600.000 mensen in Tigray voor het conflict afhankelijk van voedselhulp en hebben ze deze maand hun rantsoenen niet ontvangen. Ook de brandstof en andere benodigdheden zijn in Mekelle bijna op. Duizenden zijn tijdens de gevechten omgekomen, waaronder veel burgers en troepen. De communicatiestilstand en de blokkade van de lucht- en wegverbindingen naar de regio vanuit Ethiopië heeft gevolgen voor de humanitaire respons. Naar verluidt hebben de federale strijdkrachten en Soedanese troepen de belangrijkste externe toevoerlijn van Tigray door het oosten van Soedan afgesloten.”

Afgelopen weekend waarschuwde het Rode Kruis dat ziekenhuizen in Mekelle geen medische voorraden hadden: geen “antibiotica, antistollingsmiddelen, pijnstillers en zelfs handschoenen” en ook geen lijkzakken.

Gedurende bijna vier weken oorlog zijn er volgens berichten honderden of zelfs duizenden doden gevallen, er zijn bloedbaden gemeld van beide kanten. De federale strijdkrachten zijn ervan beschuldigd dat ze kerken en burgerhuizen aanvallen, terwijl een bloedbad van Amharans in de stad Mai Kadra naar verluidt is uitgevoerd door een Tigrayan-jongerenorganisatie.

Vluchtelingen

Vorige week kwamen 4.000 vluchtelingen per dag uit Tigray in Soedan aan. In totaal bereikten de aantallen waarschijnlijk meer dan 50.000 op 1 december. De VN verwacht 200.000 vluchtelingen in de komende maand en een humanitaire catastrofe in de regio.

Wanhopig om te overleven, zijn de vluchtelingen in vluchtelingenkampen in Soedan aangekomen. Daar zien ze vervolgens dat er geen voedsel of bedden voor hen zijn. In het doorgangscentrum van Hamdayet met een capaciteit voor 300 vluchtelingen zijn er vorige week meer dan 20.000 mensen aangekomen. Het Wereldvoedselprogramma waarschuwt dat ze met deze aantallen de situatie niet meer de baas kunnen.

In Tigray waren er voor de oorlog al 100.000 binnenlandse vluchtelingen en in Ethiopië als geheel zijn er twee miljoen.

Voortzetting van de oorlog

De TPLF-troepen speelden de hoofdrol bij de omverwerping van het pro-stalinistische regime van Mengistu in 1991 en opnieuw in de oorlog tegen Eritrea 1998-2000. Grenzend aan Eritrea heeft Tigray sindsdien een groot deel van het Ethiopische leger gehuisvest, waaronder de troepen met de meest geavanceerde wapens. Met inbegrip van de paramilitaire strijdkrachten heeft het TPLF naar schatting 250.000 manschappen.

Het vredesakkoord tussen Abiy Ahmed en de dictator van Eritrea, Isaias Afwerki, dat ertoe leidde dat Abiy Ahmed de Nobelprijs voor de vrede 2019 kreeg, is nooit door de TPLF-leiders aanvaard. Nu zijn er berichten over Eritrese troepen die het federale leger steunen.

De oorlog is een strijd om de macht in Ethiopië. Het TPLF domineerde het autoritaire regime van 1991 tot 2018 en steunde Abiy Ahmed als de nieuwe leider tweeënhalf jaar geleden. In een poging zijn eigen regering wit te wassen, beschuldigde hij de leiders van het TPLF echter van corruptie en onderdrukking en beperkte hij hun macht, onder meer door de middelen voor Tigray te verminderen. In reactie daarop verklaarde het TPLF de regering van Abiy Ahmed onwettig.

Nu beweert de federale regering dat de oorlog over “wet en orde” gaat, en spreekt ze over het TPLF als een “junta” die aanspoort tot geweld en instabiliteit in heel Ethiopië, met als doel de regering omver te werpen. Het TPLF heeft Abiy Ahmed gebrandmerkt als een dictator en nam achteraf de verantwoordelijkheid op voor een aanval op een militaire basis in Tigray op 3 november.

Op basis hiervan is het zeer waarschijnlijk dat de oorlog wordt voortgezet, waarbij het TPLF haar kennis van de bergen van Tigray als basis gebruikt. Zij kan gebruik maken van guerrilla-acties en de raketaanvallen die al zijn uitgevoerd op zowel Eritrea als Bahir Dar, de hoofdstad van de staat Amhara in Ethiopië. TPLF-troepen hebben ook het vliegveld van Axum vernietigd, volgens sommige berichten. Abiy Ahmed daarentegen wil een totale overwinning, met TPLF-leiders in de gevangenis. Hij heeft alle voorstellen voor onderhandelingen afgewezen.

Toename etnisch geweld

De federale regering zal worden gezien als een bezettingsmacht in Tigray. In deze oorlog heeft zij sterk vertrouwd op de Amhara-strijdkrachten, de op één na grootste regio van Ethiopië. De regering in Addis Abeba speelt op oude grensgeschillen tussen Tigray en Amhara en de rol van de TPLF-leiders in het oude dictatoriale regime.

Er zijn nu berichten dat de federale regering Amhara bestuurders installeert in Tigray. “Special forces” in Amhara lijken een grote rol te hebben gespeeld in de oorlog en zijn ook beschuldigd van bloedbaden. Er wordt ook gemeld dat de nationalistische vlaggen van Amhara zijn gebruikt in delen van Tigray die door de federale troepen zijn veroverd. Deze ontwikkeling zal de etnische spanningen en het geweld zeker doen toenemen.

Terwijl het TPLF decennialang over het land regeerde, hebben de gewone inwoners van de regio er helemaal niet van geprofiteerd. Nu zijn ze echter onderworpen aan etnisch geweld dat zal toenemen met de oorlogspropaganda uit Addis Abeba. De regering registreert al het staatspersoneel met Tigray-wortels. Vluchtelingen gaan naar Soedan, niet naar andere delen van Ethiopië, uit angst voor geweld.

Toenemend etnisch geweld is een grote bedreiging voor alle gewone Ethiopiërs, waardoor de noodzakelijke gezamenlijke strijd van arbeiders en onderdrukten wordt bemoeilijkt.

De regio en het imperialisme

De Ethiopische regering onder Abiy Ahmed is betrokken bij meerdere crises tegelijk. De oorlog in Tigray zou zich kunnen uitbreiden naar andere delen van Ethiopië en de wijdere regio. In de afgelopen weken is er opnieuw hard opgetreden tegen betogingen in Oromia, de dichtstbevolkte regio.

Imperialistische mogendheden, zoals de VS en China, willen deze oorlog niet. De VN, de EU en de Afrikaanse Unie hebben allemaal opgeroepen tot een staakt-het-vuren. De zorg van het imperialisme is echter vooral gericht op stabiliteit om hun macht en winsten in de regio veilig te stellen. Zij zijn betrokken bij verschillende militaire en economische samenwerkingsprojecten met de regering van Abiy Ahmed. Ze hoopten dat zijn regime een einde zou maken aan de opstanden en protestbewegingen die het land in 2016-18 hebben geschokt, waarbij er samenwerking was tussen Oromo en Amhara activisten. Ahmed’s beeld van democratie en zijn plan om de staatsmacht te centraliseren en grote delen van de economie te privatiseren werd als voorbeeld gesteld.

Maar de regimewisseling van het TPLF naar Abiy heeft niets opgelost, het heeft het leven voor velen juist verergerd, naast de herinvoering van de onderdrukking van het oude regime. Voor fundamentele veranderingen – democratische rechten, jobs, land om te bewerken, een einde aan armoede, hongersnood en klimaatcrisis – is een massabeweging tegen het kapitalisme en het imperialisme nodig. De strijd van de afgelopen jaren heeft de bereidheid van arbeiders, jongeren en de arme plattelandsbevolking om te strijden aangetoond. Ethiopië heeft een democratische en revolutionaire socialistische partij nodig, die verschillende etnische groepen samenbrengt, tegen binnenlandse en imperialistische heersers, om het systeem te veranderen en het kapitalisme te vervangen door democratisch socialisme in de regio.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie