Geen linkse regering in Wallonië. De schuld van de PTB?

In een interview op de openbare radio klaagde Thierry Bodson, de secretaris-generaal van het Waalse ABVV, aan dat de PTB en cdH “eerst aan zichzelf dachten en niet aan de mensen.” Dit zorgde er volgens Bodson voor dat de liberale MR in de Waalse onderhandelingen kwam. De PTB is volgens Bodson verantwoordelijk voor het uitblijven van een linkse regering in Wallonië. Hij stelt dat de PTB politieke berekeningen maakte om de volgende verkiezingen niet te verliezen in plaats van antwoorden te zoeken op de eisen waarvoor jongeren, werkenden en gele hesjes op straat kwamen.  Dit standpunt vindt een zekere echo onder linkse kiezers. Aan de andere kant denken velen dat de PTB tenminste de moed had om niet meteen op haar programma toe te geven om aan de macht te komen.

door Boris (Brussel)

De nota die aan de PS werd overgemaakt met “De rode lijnen van de PTB” in het kader van de Waalse onderhandelingen, gaat in de goede richting. Er wordt voorgesteld om te breken met het keurslijf van besparingen, te stoppen met publiek-private samenwerking, 40.000 sociale woningen te creëren, gratis openbaar vervoer bij de TEC in te voeren, uitsluitingen van de werkloosheidsuitkering te stoppen, een openbare energiepool op te zetten en om te investeren in openbare diensten. Voor de PTB waren de onderhandelingen echter niet meer dan slecht theater van de PS om nadien aan de kiezers een akkoord met de MR verkocht te krijgen. Elio Di Rupo sprak dit tegen en reageerde in een brief aan alle PS-leden: “Einde van publiek-private samenwerking, meer sociale huisvesting, gratis openbaar vervoer in Wallonië, een publieke energiepool voor de productie en bevoorrading van energie, … We hebben deze convergenties benadrukt en de mogelijkheid om sterke voorstellen te doen die de kern zouden vormen van een toekomstig regeerakkoord. De PTB-vertegenwoordigers hadden daar echter geen oren naar.” De PS is uiteraard niet erg geloofwaardig op dit vlak, zeker niet als we naar de deelname van de partij aan het neoliberale beleid in het verleden kijken. Geen van deze voorstellen werd overigens opgenomen in de gemeenschappelijke ‘klaproosnota’ van PS en Ecolo. Dat was een nota waarin de openbare diensten “niet één keer vermeld worden,” zo merkte Thierry Bodson op.

Maar in plaats van zich te beperken tot onderhandelingen met de PS achter de schermen, had de PTB beter de tijd genomen voor publieke vergaderingen in alle steden om zoveel mogelijk vakbondsleden, activisten en kiezers te betrekken bij een breed publiek debat over het programma en hoe een linkse regering dit kan bereiken. Zelfs indien de onderhandelingen op niets waren uitgelopen, had dit een goede voorbereid geweest voor toekomstige sociale mobilisatie.

Betrokkenheid van vakbondsmilitanten aan het debat had de nota van de PTB overigens kunnen versterken. Zo had het voor de Waalse openbare diensten eisen als een minimumloon van 14 euro per uur en arbeidsduurvermindering tot 32 uur per week zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen kunnen toevoegen. Zeker gezien het feit dat de PS deze eisen in haar verkiezingsprogramma had opgenomen. De PTB had dit als strikte voorwaarden kunnen stellen voor externe steun aan een ‘klaprooscoalitie’ waarbij tegelijk duidelijk gemaakt werd dat de PTB-verkozenen voor geen enkele besparingsbegroting zouden stemmen. Uiteraard kunnen we er geen vertrouwen in stellen dat een minderheidsregering van PS en Ecolo echte verandering in het leven van gewone mensen zou betekenen. Maar ofwel had de PS dit aanvaard en had dit ook het enthousiasme voor de ABVV-campagne Fight For €14 versterkt om deze maatregel ook elders af te dwingen. Ofwel had de PS dit geweigerd en was het voor iedereen duidelijk dat de verkiezingsbeloften rond koopkracht meteen na de verkiezingen direct gebroken werden.

De PTB heeft gelijk als het stelt dat een radicaal plan van publieke investeringen in sociale behoeften een breuk vereist met het besparingskeurslijf van de Europese Commissie en de federale regering. Velen waren verrast dat de PTB de Waalse onderhandelingen rond deze kwestie afbrak. Deze verbazing is te wijten aan een gebrek aan voorbereiding tijdens de campagne. Deze eis was aanwezig in het programma, maar stond wat verloren naar het einde van de 252 pagina’s waarbij het overschaduwd werd door 840 eisen. In de verkiezingspamfletten werd het stoppen van de besparingsverdragen vooral voorgesteld als iets wat een PTB-verkozene in het Europees Parlement zou voorleggen. Raoul Hedebouw sprak er niet over tijdens de verkiezingsmeetings waar hij de breekpunten van de PTB voor een coalitie met PS en Ecolo opsomde. Tijdens de verkiezingen stond LSP alleen om het breken van het besparingskeurslijf te populariseren in het kader van onze stemoproep voor PTB/PVDA.

De PTB stelt vandaag dat een linkse regering in Wallonië niet kan breken met het besparingskeurslijf als ze onder een rechtse federale regering moet functioneren. Om deze uitdaging aan te gaan, zou een linkse regering in Wallonië gedurfde initiatieven moeten nemen om de arbeidersbeweging te mobiliseren om een krachtsverhouding uit te bouwen waarbij tegelijk stevige banden worden gesmeed met de arbeidersbeweging in Vlaanderen en Brussel. Een dergelijke benadering zou het best het pad effenen voor een regering van de miljonairstaks in België, gebaseerd op een programma van socialistische maatregelen.

Delen:
Printen:
Voorpagina van De Linkse Socialist