Oostenrijk: 100.000 betogers tegen 12-urenwerkdag

Afgelopen zaterdag was er een grote betoging in Wenen. De Oostenrijkse vakbondsfederatie ÖGB riep op om te betogen tegen het voorstel om de wettelijke beperking van de arbeidsduur op te trekken. Vakbondsleden en andere werkenden kwamen uit heel Oostenrijk om daartegen te protesteren. De kop van de betoging kwam al op het eindpunt aan terwijl de meeste betogers nog niet aan de mars begonnen waren. De politie sprak eerst over 25.000 deelnemers, maar moest het officiële cijfer al snel optrekken tot 80.000. Er waren duidelijk meer dan 100.000 betogers.

Door Sonja Grusch, Sozialistische Linkspartei (SLP)

Met de Sozialistische Linkspartei vormden we een blok op de betoging. We verdeelden 2500 pamfletten, verkochten 250 kranten en verdeelden protestborden met een oproep tot staking.

Geen 12 uur per dag en 60 uur per week

De betoging was gericht tegen de pogingen van de Oostenrijkse regering om het wettelijk aantal arbeidsuren op te trekken. Vandaag beperkt de arbeidswet de mogelijkheden tot 10 uur per dag en 50 uur per week (daarop zijn er wel al uitzonderingen mogelijk).

De regering – een coalitie van de gemoderniseerde en nog meer neoliberale Volkspartij (ÖVP) en het extreemrechtse FPÖ – doet er alles aan om de wensen van de werkgevers in te lossen. Het gaat onder meer om het beperken van de rechten van huurders, racistische opdeling in de scholen en meer ‘flexibele’ arbeidsuren.

Het maximaal aantal arbeidsuren zou opgetrokken worden tot 12 per dag en 60 per week. Dit wordt door de regering positief voorgesteld: niemand zal zoveel uren ‘moeten’ werken, het zou allemaal ‘vrijwillig’ gebeuren en het zou mensen toelaten om langere weekends te hebben.

De meerderheid van de bevolking beseft dat er niets ‘vrijwillig’ aan is en dat de werkgevers zullen beslissen wie wanneer moet werken. De maatregel zal de werkenden geld kosten: overloon zal immers beperkt worden.

Mobilisatie door vakbonden

De plannen voor deze 12/60 waren al bijna een jaar bekend, maar de regering wachtte om het te concretiseren tot na de verschillende lokale verkiezingen eerder dit jaar. De bekendmaking dat de 12/60-maatregel zou doorgevoerd worden, kwam er enkele uren na afloop van het vakbondscongres in juni. De regering volgde niet eens de normale parlementaire procedure, maar probeerde een discussie in het parlement uit de weg te gaan. De regering wil de wet er nog voor de vakantieperiode doorkrijgen.

Op minder dan twee weken organiseerde de ÖGB militantenconcentraties in alle grote steden. In honderden bedrijven waren er algemene vergaderingen op de werkplaatsen met alles samen tienduizenden aanwezigen. In bedrijven waar onze leden werken of delegee zijn, werd de kwestie van een staking als volgende stap uitdrukkelijk op de agenda geplaatst.

In de dagen tussen de betoging en de geplande doorvoering van de wet waren er nog algemene vergaderingen in een aantal grote bedrijven. Op maandag 2 juli hield het personeel van een aantal openbare vervoersbedrijven algemene vergaderingen die in de praktijk het karakter van een staking aannamen. In Graz, de tweede stad van het land, was er amper openbaar vervoer. Heel wat treinen waren afgeschaft. De ÖGB heeft de zware bataljons van de arbeidersklasse ingezet voor deze personeelsvergaderingen. Zo waren er werkonderbrekingen in alle belangrijke sectoren en grote bedrijven, zoals onder meer staalbedrijf VOEST.

De woede van de werkenden rond 12/60 was klaar en duidelijk op de betoging die overspoeld werd door een zee van pankartes en affiches. Er waren niet alleen protestborden van de vakbonden, maar ook veel zelfgemaakte borden. Peilingen gaven aan dat een meerderheid tegen de 12/60 is en voorstander van een staking ertegen. De arbeidersklasse rolt haar spierballen. De vraag is nu wat de volgende stap zal zijn?

Voor een actieplan

De ÖGB heeft een traditie van ‘sociaal partnerschap’, dit betekent klassensamenwerking met regering en werkgevers doorheen overleg. Vaak lijkt het voor de vakbondsleiders belangrijker dat ze aan de onderhandelingstafel zitten dan wat er uit die onderhandelingen komt. Verschillende organisaties van de werkende klasse liggen echter onder vuur door deze regering die de invloed van arbeidersorganisaties in de gezondheidszorg, sociale zekerheid en op de werkplaatsen wil verminderen. Het maakt dat de postjes van de vakbondsleiders zelf bedreigd zijn. Tegelijk is er druk van onderuit. De mensen horen elke dag propaganda over een economische groei, maar ze voelen het niet in hun eigen portemonnee.

In de aanloop naar het ÖGB-congres nam de SLP het initiatief om een breder platform van strijdbare syndicalisten op te zetten om druk te zetten op het congres. “ÖGB aufrütteln” (“ÖGB wakker maken”) wordt ondersteund door syndicale delegaties en individuele militanten. Het initiatief kwam net op tijd. Er werd een radiowagen gehuurd op de betoging waar verschillende delegees en militanten het woord namen en samen optrokken. De SLP-delegatie stapte in dit blok op. “Staking” was de oproep die in de betoging werd gebracht en waarvoor er veel steun kwam.

We verdeelden een verklaring van SLP met een voorstel tot actieplan. We legden uit dat de strijd enkel kan gewonnen worden als de collega’s in de verschillende bedrijven actief deelnemen aan de beslissingen en voorbereidingen. We stelden voor om de verschillende protestacties samen te brengen. De regering valt niet alleen rond dit punt aan, maar ook rond andere zaken waartegen er ook protest is.

Het pamflet van SLP werd verdeeld op heel wat militantenconcentraties en op de betoging. Het stelde ook nog dat er een staking nodig is en dat dit goed moet voorbereid worden. We mogen niet wachten tot de maatregel door het parlement is goedgekeurd. Een algemene aanval moet algemeen beantwoord worden: een algemene staking is nodig.

We namen ook de politieke kwestie op. Activisten van SLP namen deel aan verschillende personeelsvergaderingen. In Hoog-Oostenrijk, waar de basis eigen voorstellen mocht verdedigen, plaatste een SLP-lid de kwestie van een staking op de agenda. De sociaaldemocratische SPÖ probeert zich voor te doel als een oppositiekracht die tegen de 12/60 strijdt. Maar toen de partij zelf in de regering zat, werden gelijkaardige voorstellen verdedigd, maar dan iets ‘zachter’. De SPÖ onderneemt geen ernstige poging om voor de belangen van de werkenden te strijden. De ‘strijd’ van de SPÖ is vooral een populistische zet. Het doel van de partij is om de Oostenrijkse economie te moderniseren zodat het de internationale concurrentie beter aankan. Dat is in essentie dezelfde doelstelling als die van kanselier en ÖVP-leider Sebastian Kurz. De kwestie van een politiek alternatief moet bijgevolg gesteld worden.

Hoe stabiel is de regering?

De paradox van de situatie is dat de regering nog steeds goed scoort in peilingen en niet verloor sinds de verkiezingen van oktober 2017. Dit komt niet alleen door de erg professionele en centraal aangevoerde media-aanpak, maar ook door het gebrek aan ernstig alternatief en een algemeen gevoel dat het een nieuwe regering is, een regering die bovendien ook iets onderneemt.

Bij elke aanval op de werkende klasse wordt een nieuwe ‘vluchtelingencrisis’ bovengehaald om de aandacht af te leiden. Dit werkt deels: jaren van racistisch beleid door alle gevestigde partijen heeft nooit een antwoord geboden op de sociale vragen die verbonden zijn met de vluchtelingenkwestie. Dit heeft geleid tot een bredere aanvaarding van racistische maatregelen.

Het zou echter verkeerd zijn om deze regering stabiel te noemen. Er zijn internationale spanningen, ook al probeert de regering die toe te dekken. De spanningen zullen niet enkel toenemen rond de EU, de FPÖ staat ook onder groeiende druk van zijn kiezers.

Het was altijd verkeerd om de FPÖ te zien als een ‘arbeiderspartij’, zoals sommige analisten dit deden. Maar het klopt wel dat veel werkenden voor deze partij stemden omdat ze zich lieten misleiden door de pogingen van de FPÖ om zich in propaganda voor te doen als een ‘sociale partij’. Vicekanselier Strache van de FPÖ is erg actief op sociale media. Daar kon hij ondervinden dat de 12/60 en andere maatregelen op massaal ongenoegen botsen. Oostenrijk is momenteel Europees voorzitter en kanselier Kurz wordt voorgesteld als de rijzende ster onder de burgerlijke politieke krachten in Europa. Hij zal echter snel moeten vaststellen dat het niet evident is om de problemen op te lossen waarmee zijn regering geconfronteerd wordt.

Het belangrijkste element voor de stabiliteit van de regering is het feit dat de arbeidersklasse opnieuw in actie komt. De regering moest al aanpassingen aan de 12/60-maatregelen aankondigen, maar dit was te weinig en het kwam te laat.

De ÖGB heeft veel fouten gemaakt: de vakbondsfederatie hoopt de situatie te kalmeren en terug naar de onderhandelingstafel te kunnen gaan. De ÖGB wil de arbeidersklasse controleren. Maar er zijn honderdduizenden werkenden die kwaad zijn en actie willen. Ze zijn niet bereid om enkel symbolisch protest te houden en vervolgens een slecht akkoord te aanvaarden. De situatie ligt open. We weten niet wat de komende dagen zullen brengen, maar de strijd is niet voorbij.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie