Leon Trotski over Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg (1919)

Onmiddellijke reactie van Leon Trotski nadat bekend werd dat Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht vermoord waren in januari 1919. Dit is de eerste vertaling naar het Nederlands van deze tekst met het oog op de publicatie van een boek over de Duitse Revolutie gepland voor september 2018.

We hebben twee zware verliezen in één klap geleden. Uit onze rangen werden twee leiders neergeschoten van wie de namen voor altijd in de geschiedenis van de arbeidersrevolutie zullen gegrift zijn: Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg. Ze zijn omgekomen. Ze werden vermoord. Ze zijn niet meer bij ons.

Karl Liebknecht was voorheen al bekend, maar zijn naam kreeg wereldwijd belang in de eerste maanden van de vreselijke slachtpartij in Europa. Het werd een naam van revolutionaire eer, van de belofte van een overwinning die zou komen. In die eerste weken, toen het Duitse militarisme zijn orgie van geweld en de eerste triomfen vierde, in die weken toen de Duitse troepen door België stormden en Belgische forten als kaartenhuisjes in elkaar deden storten, toen het Duitse 420 millimeter kanon heel Europa leek te zullen onderwerpen aan Wilhelm, in die dagen en weken toen de officiële Duitse sociaaldemocratie onder leiding van Scheidemann en Ebert een patriottische knieval deed voor het Duitse militarisme, waarvoor toen schijnbaar alles boog – zowel de buitenwereld (het veroverde België en Frankrijk waarvan het noorden bezet werd door de Duitsers) als het binnenland (niet alleen de Duitse Junkers, niet alleen de Duitse burgerij, niet alleen de chauvinistische middenklasse, maar niet in het minst ook de officieel erkende partij van de Duitse arbeidersklasse); in die zwarte en vreselijke dagen klonk er vanuit Duitsland een rebelse stem van protest, woede en verontwaardiging. Dit was de stem van Karl Liebknecht. Hij weerklonk door de hele wereld.

In Frankrijk stond de stemming van brede lagen onder invloed van de Duitse slachtpartij en riep de heersende partij van de Franse sociaal-patriotten de werkenden op om niet voor het leven maar tot de dood te strijden (en hoe kon dit anders als het ‘gehele volk’ van Duitsland ernaar hunkerde om Parijs in te nemen!). Maar toch weerklonk de stem van Liebknecht zelfs in Frankrijk met zijn waarschuwing en ontnuchterende boodschap, zijn explosieve antwoord op de barricades van leugens, laster en paniek. Het kon aangevoeld worden dat enkel Liebknecht de verstikte massa’s vertegenwoordigde.

Zelfs toen was hij niet alleen. Hij kwam vanaf de eerste dag van de oorlog hand in hand naar voor met de moedige, onwankelbare en heldhaftige Rosa Luxemburg. De rechteloosheid van het Duitse burgerlijke parlementarisme gaf haar niet de mogelijkheid om vanuit het parlement te protesteren zoals Liebknecht, waardoor haar stem minder gehoord werd. Maar haar aandeel in het ontwaken van de beste elementen van de Duitse arbeidersklasse is zeker niet minder dan dat van haar kameraad in strijd en dood, Karl Liebknecht. Deze twee strijders waren zo verschillend van karakter en toch zo nauw met elkaar verbonden. Ze vulden elkaar aan en gingen onbuigzaam op weg naar een gemeenschappelijk doel. Ze kwamen samen de dood tegen en gingen zij aan zij de geschiedenis is.

Karl Liebknecht vertegenwoordigde de oprechte en voltooide belichaming van een onverzoenlijke revolutionair. In de laatste dagen en maanden van zijn leven zijn er ontelbare legendes rond zijn naam ontstaan: onnoemlijk wreedaardige in de burgerlijke media, heldhaftige op de lippen van de werkende massa’s.

In zijn persoonlijk leven was Karl Liebknecht slechts een toonbeeld van goedheid, eenvoud en broederschap.  Ik ontmoette hem voor het eerst meer dan 15 jaar geleden. Het was een charmante, aandachtige en sympathieke man. Hij had een zekere vrouwelijke zachtheid, in de beste zin van het woord. Naast deze tederheid onderscheidde hij zich door het uitzonderlijke hart vol revolutionaire wil om te strijden tot de laatste druppel bloed om te bekomen wat hij als juist en waar beschouwde. Zijn geestelijke onafhankelijkheid bleek al in zijn jeugd toen hij meer dan eens zijn mening verdedigde tegen de onbetwiste autoriteit van Bebel in. Zijn werk onder de jeugd en zijn strijd tegen de militaire machine van de Hogenzollern werden gekenmerkt door grote moed. Uiteindelijk ontdekte hij zijn volledige kracht toen hij zich uitsprak tegen de dolgedraaide oorlogszuchtige burgerij en de verraderlijke sociaaldemocratie in de Duitse Reichstach waar de atmosfeer helemaal doordrenkt was van chauvinisme. Hij ontdekte de volledige omvang van zijn persoonlijkheid toen hij als soldaat een openlijke oproep tot opstand tegen de burgerij en het militarisme deed op het Potsdamplein in Berlijn. Liebknecht werd opgepakt. De gevangenis en de dwangarbeid hebben hem niet gebroken. Hij wachtte in zijn cel en voorspelde met zekerheid. Hij werd bevrijd door de novemberrevolutie van vorig jaar. Hij stond eens te meer aan het hoofd van de beste en meest vastberaden elementen van de Duitse arbeidersklasse. Spartacus bevond zich in de rangen van de Spartakisten en kwam om met hun vlag in zijn handen.

De naam van Rosa Luxemburg is in andere landen minder bekend dan bij ons in Rusland. Maar we kunnen met zekerheid zeggen dat ze zeker niet moest onderdoen voor Karl Liebknecht. Rosa Luxemburg was klein van gestalte, broos, ziek, met edele trekken in haar gezicht, mooie ogen en een scherpe geest waarmee ze haar moedige standpunten bracht. Ze had zich de marxistische methode eigen gemaakt zoals een lichaam de eigen organen beheerst. Het marxisme stroomde door haar bloed.

Ik heb al gezegd dat deze twee zo verschillende leiders elkaar aanvulden. Ik wil dit benadrukken en uitleggen. Als de intrinsieke revolutionair Liebknecht gekenmerkt werd door een vrouwelijke tederheid op persoonlijk vlak, dan werd deze broze vrouw gekenmerkt door een mannelijke sterkte in haar denken. Ferdinand Lasalle sprak ooit over de fysieke kracht van het denken, over de bevelende kracht van het denken als het materiële obstakels op zijn pad lijkt te overwinnen. Dat is de indruk die je kreeg toen je met Rosa praatte, haar artikelen las of toehoorde als ze vanop het podium sprak tegen haar vijanden. En ze had veel vijanden! Ik herinner me dat ze op een congres, ik denk in Jena, met haar hoge stem, gespannen als een draad, door het wilde protest van opportunisten uit Beieren, Baden en elders brak. Hoe hard moeten ze haar gehaat hebben! En hoe sterk moet zij hen veracht hebben! Rosa was klein en fragiel gebouwd, maar ze betrad het platform van het congres als de verpersoonlijking van de arbeidersrevolutie. Door de kracht van haar logica en de kracht van haar sarcasme legde ze de meest toegewijde tegenstanders het zwijgen op. Rosa wist hoe ze de vijanden van de arbeidersklasse moest haten en daarom wist ze bij hen ook haat jegens haar op te wekken. Ze hadden haar al snel opgemerkt.

Vanaf de eerste dag, eigenlijk van het eerste uur van de oorlog, begon Rosa Luxemburg een campagne tegen chauvinisme, tegen de patriottische druk, tegen het wankelen van Kautsky en Haase en tegen de vormeloosheid van de centristen; voor de revolutionaire onafhankelijkheid van de arbeidersklasse, voor internationalisme en voor de arbeidersrevolutie.

Ja, ze vulden elkaar aan!

Met de kracht van haar theoretische denken en haar capaciteiten om te veralgemenen stak Rosa Luxemburg met voorsprong niet alleen boven haar tegenstanders uit maar ook boven haar kameraden. Ze was een geniale vrouw. Haar stijl was gespannen, precies, briljant en genadeloos. Dit zal steeds de echte spiegel van haar denken blijven.

Liebknecht was geen theoreticus. Hij was een man van directe actie. Van nature uit was hij impulsief en gepassioneerd. Hij beschikte over een uitzonderlijke politieke intuïtie, een goed besef van de massa’s en van de situatie. Tenslotte beschikte hij over een ongeëvenaarde moed van revolutionair initiatief.

Voor een analyse van de interne en internationale situatie waarin Duitsland zich bevond na 9 november 1918, alsook van de revolutionaire vooruitzichten, moest in de eerste plaats naar Rosa Luxemburg gekeken worden. Een oproep tot onmiddellijke actie en, op een bepaald ogenblik, tot een gewapende opstand zou eerder van Liebknecht komen. Deze twee strijders konden elkaar niet beter aangevuld hebben.

Luxemburg en Liebknecht hadden amper de gevangenis verlaten of ze gingen samen voorwaarts, deze onuitputtelijke revolutionaire man en deze onverzettelijke revolutionaire vrouw stonden samen aan het hoofd van de beste elementen van de Duitse arbeidersklasse in de nieuwe veldslagen en beproevingen van de arbeidersrevolutie. Op de eerste stappen langs deze weg heeft een verraderlijke slag beiden neergehaald.

De reactie kon geen betere slachtoffers uitgekozen hebben. Wat een slag! En het is niet verwonderlijk. De reactie en de revolutie kenden elkaar erg goed, in dit geval werd de reactie verpersoonlijkt in de leiders van de vroegere partij van de arbeidersklasse, Scheidemann en Ebert. Hun namen zullen steeds in het zwartboek van de geschiedenis voorkomen wegens hun schandalige verantwoordelijkheid voor deze verraderlijke moorden.

Het klopt dat er officieel Duits nieuws kwam waarin de moord op Liebknecht en Luxemburg werd afgedaan als een “misverstand” op straat als gevolg van een gebrek aan waakzaamheid door een wacht terwijl er een woedende menigte was. Er is een juridisch onderzoek aangekondigd. We weten maar al te goed dat de reactie zelf de ‘spontane’ woede tegen revolutionaire leiders opzet, net zoals dit in de Julidagen gebeurde in Petrograd. We herinneren maar al te goed hoe benden van de Zwarte Honderd opgevorderd werden door Kerenski en Tsereteli om tegen de Bolsjewieken te strijden en de arbeiders terroriseerden. Deze benden vermoordden de leiders van de arbeiders en keerden zich tegen individuele arbeiders op straat. De naam van de arbeider Voinov, vermoord bij een ‘misverstand’ op straat, zal steeds herinnerd worden. Als we Lenin toen konden redden, was het enkel omdat hij niet in handen van de Zwarte Honderd was gevallen. Er waren toen goedbedoelende mensen onder de Mensjewieken en de Sociaal-Revolutionairen die klaagden dat Lenin en Zinovjev, die ervan beschuldigd werden Duitse spionnen te zijn, niet voor de rechtbank verschenen om de laster te beantwoorden. Maar voor welke rechtbank? Voor een rechtbank op dezelfde weg waarlangs Lenin net als Liebknecht zou moeten ‘vluchten’?  Indien Lenin niet neergestoken of geschoten werd, zou het officieel verslag van Kerenski en Tsereteli ongetwijfeld vermeld hebben dat de Bolsjewistische leider door een soldaat vermoord werd bij een vluchtpoging. Neen, na de vreselijke ervaring in Berlijn hebben we tien keer meer redenen om er ons op te verheugen dat Lenin zich niet aanbood voor een schijnproces en voor geweld zonder proces.

Maar Rosa en Karl zijn niet ondergedoken. De hand van de vijand greep hen stevig vast. En die hand heeft hen verstikt. Wat een slag! Wat een treurnis! En wat een verraad! De beste leiders van de Duitse Communistische Partij zijn niet meer – onze grote kameraden zijn niet meer onder de levenden. En hun moordenaars volgen de vlag van de Sociaaldemocratische Partij waarbij ze het lef hebben om hun geboorterecht af te leiden van niemand anders dan Karl Marx! Wat een schande, wat een pervers bedrog! Denkt u maar eens, kameraden, dat de ‘marxistische’ Duitse sociaaldemocratie, de moeder van de arbeidersklasse, van de eerste dagen van de oorlog het ongebreidelde Duitse militarisme steunde toen België en de noordelijke provincies van Frankrijk werden veroverd. De partij die de Oktoberrevolutie verried aan het Duitse militarisme tijdens de vredesonderhandelingen van Brest, dat is de partij waarvan de leiders Scheidemann en Ebert nu zwarte benden organiseren om de helden van de internationale, Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg, te vermoorden.

Wat een monsterlijke historische perversie! Als je door de eeuwen heen kijkt, zie je een zekere parallel met het historische lot van het christendom. De evangelische leer van de slaven, vissers, werkenden, de onderdrukten en al wie verpletterd werd onder het juk van de slavenmaatschappij, deze opkomende doctrine van arme mensen, werd gerecupereerd door de monopolisten van de rijkdom, de koningen, aristocraten, aartsbisschoppen, parasieten, patriarchen, bankiers en de paus van Rome. Het werd een dekmantel voor hun misdaden. Er is geen twijfel mogelijk dat er tussen de leer van het primitieve christendom, zoals dit ontwikkelde uit het bewustzijn van de plebejers, en het officiële katholicisme of de orthodoxie nog steeds een kloof bestaat, net zoals die er is tussen de leer van Marx die doordrongen is van revolutionair denken en revolutionaire wil en de verachtelijke overblijfselen van burgerlijke ideeën die gevolgd worden door de Scheidemanns en Eberts van alle landen. Door middel van de leiders van de sociaaldemocratie heeft de burgerij een poging gedaan om de geestelijke bezittingen van de arbeidersklasse te plunderen en werden de eigen misdaden toegedekt onder de vlag van het marxisme. We moeten hopen, kameraden, dat deze vreselijke misdaad de laatste zal zijn waarvoor de Scheidemanns en Eberts verantwoording moeten afleggen. De Duitse arbeidersklasse heeft zwaar geleden door de rol van diegenen die aan het hoofd ervan stonden, maar dit feit zal niet zomaar zonder sporen vergeten worden. Het bloed van Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg schreeuwt. Dit bloed zal tot actie leiden op de voetpaden van Berlijn en van het Potsdamplein waar Liebknecht tot opstand tegen oorlog en kapitaal opriep. Vroeg of laat zullen er barricaden opgeworpen worden op de straten van Berlijn tegen de volgzame schoothonden van de burgerlijke samenleving, tegen de Scheidemanns en de Eberts!

In Berlijn hebben de slachters de Spartakistenbeweging, de Duitse communisten, de kop ingedrukt. Ze hebben de twee meest inspirerende voortrekkers uitgeschakeld en vandaag vieren ze hun overwinning. Maar het is geen echte overwinning omdat er nog geen openlijke en volledige strijd was, er was nog geen opstand van de Duitse arbeidersklasse in naam van de verovering van de politieke macht. Er was slechts een machtige verkenningsoperatie, een missie om diep in het kamp van de tegenstander binnen te dringen. Deze verkenning gaat het conflict vooraf, maar er is nog geen conflict. Deze diepgaande verkenning is noodzakelijk voor de Duitse arbeidersklasse, net zoals het voor ons nodig was in de Julidagen. Jammer genoeg zijn twee van de beste aanvoerders omgekomen bij deze operatie. Dit is een vreselijk verlies, maar geen absolute nederlaag. De strijd moet nog komen.

De betekenis van wat in Duitsland gebeurt, zal beter begrepen worden als we naar ons eigen verleden kijken. De loop van de gebeurtenissen en hun interne logica zijn bekend. Eind februari wierpen de massa’s de tsaar omver. In de eerste weken was er het gevoel dat de belangrijkste taak al vervuld was. Nieuwe mensen uit oppositiepartijen stapten naar voor. Het ging om mensen die nooit de macht hadden en nu het vertrouwen of semi-vertrouwen genoten van de massa’s. Dit vertrouwen stond al gauw onder druk. Petrograd bevond zich in de tweede fase van de revolutie en stond vooraan. In juli was het net als in februari de voorhoede van de revolutie die ver voorop liep. Maar deze voorhoede die de massa’s opriep tot een openlijke strijd tegen de burgerij en de verzoeningsgezinden betaalde een zware tol voor de verkenningsopdracht.

In de julidagen brak de voorhoede van Petrograd met de regering-Kerenski. Dit was nog geen opstand zoals we die in oktober organiseerden. Dit was een confrontatie van de voorhoede waarvan de brede massa’s in de rest van het land het belang nog niet inzagen. In deze confrontatie maakten de arbeiders van Petrograd voor de massa’s van heel Rusland, maar ook van alle landen, duidelijk dat er achter Kerenski geen onafhankelijk leger stond en dat de krachten die achter hem stonden die van de burgerij waren, de witte garde, de contrarevolutie.

In juli leden we een nederlaag. Kameraad Lenin moest onderduiken. Sommigen onder ons belandden in de gevangenis. Onze kranten werden onderdrukt. De sovjet van Petrograd werd hard aangepakt. De drukkerijen van de partij en van de sovjet werden vernield. Het geweld van de Zwarte Honderd heerste overal. Anders gezegd: we zagen hetzelfde als wat nu in de straten van Berlijn gebeurt. Maar destijds twijfelde geen enkele oprechte revolutionaire eraan dat die julidagen slechts de voorloper op onze overwinning vormden.

De afgelopen periode is er een gelijkaardige situatie ontwikkeld in Duitsland. Zoals het met Petrograd bij ons gebeurde, loopt Berlijn voor op de rest van de massa’s. Zoals bij ons roepen alle vijanden van de Duitse arbeidersklasse: “We kunnen niet onder de dictatuur van Berlijn blijven, het Spartakistische Berlijn moet geïsoleerd worden, we moeten een grondwetgevende vergadering bijeenroepen en het uit het rode Berlijn weghalen naar een gezondere stad in Duitsland, zodat het niet onder de propaganda van Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg valt.” Alles wat onze vijanden ons lieten ondergaan en alle kwaadaardige agitatie en smerige laster tegen ons, werd in een Duitse vertaling gericht tegen de Berlijnse arbeidersklasse en zijn leiders Liebknecht en Luxemburg. De verkenningsopdracht van de Berlijnse arbeidersklasse ontwikkelde breder en diepgaander dan bij ons in juli, het aantal slachtoffers en de verliezen zijn eveneens groter. Dit kan verklaard worden door het feit dat de Duitsers de geschiedenis maakten waar wij al doorgegaan zijn; de Duitse burgerij en de militaire machine hadden de ervaring van juli en oktober in Rusland al opgenomen. En wat nog belangrijker is: de klassenverhoudingen zijn veel scherper in Duitsland, de heersende klassen zijn veel steviger, slimmer, actiever en dus ook meedogenlozer.

Bij ons zaten er vier maanden tussen de Februarirevolutie en de Julidagen. De arbeidersklasse van Petrograd had een kwart van een jaar nodig vooraleer de onweerstaanbare drang er was om op straat te komen in een poging om de zuilen waarop de tempel van het regime van Kerenski en Tsereteli rustte omver te werpen. Na de nederlaag van de Julidagen duurde het nog eens vier maanden vooraleer de grote reservekrachten uit de provincies zich achter Petrograd schaarden waardoor we, met de zekerheid van een overwinning, een direct offensief konden opzetten tegen de bastions van het privaat bezit. Dat was in oktober 1917.

In Duitsland vond de eerste revolutie, waarmee de monarchie ten val kwam, plaats in november. En nu zien we begin januari al de tegenhanger van onze julidagen. Betekent dit dat de Duitse arbeidersklasse de revolutie op een kortere tijd kan doorvoeren? Waar wij vier maanden voor nodig hadden, gebeurt hier op twee maanden. Laten we hopen dat dit ritme aangehouden wordt. Misschien zullen er dan tussen de Duitse julidagen en de Duitse oktober geen vier maanden liggen, maar minder – misschien zullen twee maanden voldoende zijn en misschien zelfs minder. Maar wat er ook gebeurt, één zaak staat vast: de schoten waarmee Karl Liebknecht in de rug is gedood vinden een echo doorheen Duitsland. Deze echo weerklinkt als een doodsvonnis voor de Scheidemanns en de Eberts, zowel in Duitsland als elders.

We hebben hier een requiem voor Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg gebracht. De leiders zijn niet meer. We zullen hen nooit meer levend zien. Maar kameraden, hoeveel van jullie hebben hen ooit in levende lijve gezien? Een kleine minderheid. En toch waren Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg de afgelopen maanden steeds onder ons. Op meetings en congressen hebben jullie Karl Liebknecht als erevoorzitter verkozen. Hij was er zelf niet bij – hij kon Rusland niet binnen geraken – en toch was hij onder jullie, hij zat aan jullie tafel als eregast, als jullie medestander. Zijn naam betekende immers meer dan die van een gewone mens, hij stond voor al het beste, moedigste en nobelste in de arbeidersklasse. Als we denken aan een man die zichzelf opofferde voor de onderdrukten, er volledig voor ging, iemand die zich nooit verstopte of zijn standpunten afzwakte voor de vijand, dat denken we meteen aan Karl Liebknecht. Hij is ons bewustzijn en het geheugen van de mensen binnengetreden als de heldhaftigheid van actie. Toen het militarisme in het kamp van onze vijanden alles overheerste en alle andere standpunten had vertrappeld, toen al wie de plicht had om te protesteren zweeg, toen het leek alsof er nergens enige ademruimte was, toen sprak Karl Liebknecht als een strijder. Hij zei: “Jullie heersende tirannen, militaire slachters, plunderaars, jullie volgzame lakeien, jullie vertrappelen België en terroriseren Frankrijk, jullie willen de hele wereld onderdrukken en jullie denken dat je niet tot de orde kan geroepen worden. Maar ik zeg jullie: wij zijn met weinig, maar wij zijn niet bang van jullie. We verklaren jullie de oorlog en we zullen de massa’s doen opstaan om deze oorlog tot het einde te voeren.” Dit zijn de vastberadenheid en de heldhaftige moed die van Karl Liebknecht een onvergetelijke figuur van de wereldwijde arbeidersklasse maken.

Aan zijn zijde staat Rosa, een voorvechtster van de arbeidersklasse die zijn gelijke is. Hun tragische dood en hun strijdposities brachten hun namen samen in een bijzondere en voor altijd onbreekbare band. Ze zullen steeds samen genoemd worden: Karl en Rosa, Liebknecht en Luxemburg.

Weet je waar legendes over heiligen en hun eeuwig leven op gebaseerd zijn? Op de nood van mensen om de herinnering aan wie hen op een of andere wijze leidde levendig te houden, op het streven om de persoonlijkheid van leiders te vereeuwigen door er heiligen van te maken. De realiteit waarin we nu leven is voldoende voor ons, deze realiteit is op zich immers legendarisch. Het zijn de ontwakende krachten in de geesten van de massa’s en hun leiders die zorgen voor de ontwikkeling van schitterende figuren die boven de mensheid uitsteken.

Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg zijn dergelijke eeuwige figuren. We zijn ons bewust van hun aanwezigheid met een sterke, bijna fysieke, nabijheid. Op dit tragische ogenblik denken we aan de beste arbeiders van Duitsland en de hele wereld die dit nieuws kregen en die in rouw zijn. We ervaren de scherpte en bitterheid even hard als onze Duitse broeders. We zijn internationalisten in ons lijden net zoals we dat in al onze strijdbewegingen zijn.

Voor ons was Liebknecht niet gewoon een Duitse leider. Voor ons was Rosa Luxemburg niet gewoon een Poolse socialiste die aan het hoofd van de Duitse arbeiders stond. Neen, ze waren beiden onderdeel van de wereldwijde arbeidersklasse en we zijn onlosmakelijk met hen verbonden. Tot hun laatste adem behoorden ze niet tot een natie maar tot de Internationale.

Ter informatie voor de Russische werkende mannen en vrouwen moeten we opmerken dat Liebknecht en Luxemburg bijzonder dicht bij de Russische revolutionaire arbeidersklasse stonden en dit vooral op de meest moeilijke ogenblikken. Het appartement van Liebknecht was het hoofdkwartier van de Russische ballingen in Berlijn. Toen we in het Duitse parlement of de Duitse media wilden protesteren tegen de diensten van de Duitse heersers voor de Russische reactie, dan richtten we ons in de eerste plaats aan Karl Liebknecht en hij klopte op alle deuren en protesteerde bij iedereen, ook bij Scheidemann en Ebert, om hen ertoe te verplichten zich uit te spreken tegen de misdaden van de Duitse regering. We keken ook steeds naar Liebknecht als één van onze kameraden materiële steun nodig had. Liebknecht was onvermoeibaar als het Rode Kruis van de Russische Revolutie.

Op het congres van de Duitse sociaaldemocraten in Jena, waar ik eerder naar verwees en waar ik als bezoeker aanwezig was, vroeg het presidium op initiatief van Liebknecht me om te spreken over de resolutie die dezelfde Liebknecht had ingediend om het geweld en de brutaliteit van de tsaristische regering in Finland aan te klagen. Met enorme zorgvuldigheid bereidde Liebknecht zijn eigen toespraak voor. Hij verzamelde feiten en cijfers en stelde me gedetailleerde vragen over de handelsrelaties tussen tsaristisch Rusland en Finland. Maar voor de kwestie besproken werd (ik moest na Liebknecht spreken) kwam er een telegram over de moord op Stolypin in Kiev. Dit telegram maakte een grote indruk op het congres. De eerste vraag die bij de leiding opkwam, was of het gepast zou zijn dat een Russische revolutionair een Duits congres zou toespreken op een ogenblik dat een andere Russische revolutionair een moord had gepleegd op de Russische premier. Deze gedachte kwam zelfs bij Bebel op, de oude man die drie koppen uitstak boven de andere leden van het Centraal Comité hield niet van ‘nodeloze’ complicaties. Hij zocht me meteen op en stelde vragen: “Wat betekent deze moord? Welke partij kan er verantwoordelijk voor zijn? Dacht ik dat mijn toespraak onder deze voorwaarden de aandacht van de Duitse politie zou opwekken?” Ik vroeg de oude man voorzichtig: “Ben je bang dat mijn toespraak tot problemen zal leiden?” “Ja,” antwoordde Bebel. “Ik moet toegeven dat ik liever heb dat je niet spreekt.” “Natuurlijk,” antwoordde ik. “In dat geval kan er geen sprake van zijn dat ik spreek.” Daarop gingen we uiteen.

Nog geen minuut later kwam Liebknecht letterlijk op me afgelopen. Hij was buiten adem van opwinding. “Is het waar dat ze voorgesteld hebben dat je niet spreekt,” vroeg hij me? “Ja,” antwoordde ik, “ik heb het er net met Bebel over gehad.” “En stemde je daarmee in?” “Hoe kon ik er niet mee instemmen,” antwoordde ik, “ik ben hier niet de baas maar een bezoeker.” “Dat is een schandalige daad van ons presidium. Het is vreselijk, een nooit gezien schandaal, ellendige lafheid!” Liebknecht uitte zijn verontwaardiging in een toespraak waarin hij genadeloos uithaalde naar de tsaristische regering, ondanks waarschuwingen van het presidium achter de schermen om geen ‘nodeloze’ complicaties te creëren door de tsaristische monarchie te beledigen.

Van in haar jeugd stond Rosa Luxemburg aan het hoofd van die Poolse sociaaldemocraten die nu samen met de zogenaamde ‘Lewica’, de revolutionaire vleugel van de Poolse Socialistische Partij, de Communistische Partij gevormd hebben. Rosa Luxemburg sprak prachtig Russisch, ze had een grote kennis van de Russische literatuur, volgde het Russische politieke leven op de voet, had nauwe banden met Russische revolutionairen en deed alle moeite om over de revolutionaire stappen van de Russische arbeidersklasse in de Duitse media te berichten. In haar tweede thuisland, Duitsland, slaagde Rosa Luxemburg er met haar kenmerkende talenten in om niet alleen de Duitse taal perfect te beheersen, maar ook om het Duitse politieke leven volledig te begrijpen. Ze nam een van de meest prominente plaatsen in de oude Bebelistische sociaaldemocratische partij in. Daar bleef ze heel haar leven aan de radicale linkerkant.

In 1905 leefden Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg in de meeste oprechte betekenis mee met de gebeurtenissen van de Russische revolutie. Rosa Luxemburg verliet Berlijn in 1905 om naar Warschau terug te keren. Ze deed dit niet als Poolse maar als revolutionaire activiste. Toen ze op borgtocht vrijkwam uit de citadel van Warschau, trok ze illegaal verder naar Petrograd waar ze in 1906, onder een valse naam, verschillende vrienden in de gevangenis bezocht. Ze keerde naar Berlijn terug en voerde haar strijd tegen het opportunisme op. Tegenover dat opportunisme plaatste ze de weg en de methoden van de Russische revolutie.

Samen met Rosa beleefden we de grootste tegenspoed die de arbeidersklasse ooit kende. Ik heb het over het schandelijke bankroet van de Tweede Internationale in augustus 1914. Samen met haar hebben we de vlag van de Derde Internationale omhoog gebracht. En nu, kameraden, met het werk dat we dagelijks uitvoeren, blijven we trouw aan de erfenis van Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg. Als we hier in het nog steeds koude en hongerige Petrograd de basis leggen voor een socialistische staat, dan treden we op in de geest van Liebknecht en Luxemburg. Als ons leger vooruitgang boekt aan het front, is het met bloed de erfenis van Liebknecht en Luxemburg aan het verdedigen. Hoe vreselijk is het dat we henzelf niet konden verdedigen!

In Duitsland is er geen Rood Leger aangezien de macht nog in handen van de vijanden is. We hebben nu een leger en het wordt groter en sterker. In afwachting dat een leger van de Duitse arbeidersklasse de rangen zal aaneensmeden onder de vlag van Karl en Rosa, zal het de taak van ons allemaal blijven om in ons Rode Leger iedereen te informeren over wie Liebknecht en Luxemburg waren, waarom ze gestorven zijn en waarom hun herinnering heilig is voor elke soldaat van het Rode Leger en voor elke werkende en boer.

De slag die ons toegebracht is, komt ondraaglijk hard aan. Toch kijken we niet alleen hoopvol, maar ook met zekerheid vooruit. Ondanks het feit dat er vandaag een golf van reactie door Duitsland gaat, verliezen we geen enkel ogenblik ons vertrouwen dat ook daar een rode Oktober nabij is. De grote strijders zijn niet tevergeefs gevallen. Hun dood zal gewroken worden. Hun schaduwen zullen krijgen wat hen toebehoort. We zullen ons tot hun schaduwen richten en zeggen: “Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht, jullie behoren niet langer tot de levenden maar jullie zijn onder ons aanwezig. We voelen jullie sterke geest, we zullen onder jullie vlag vechten, onze strijdkrachten zullen jullie morele grootsheid dragen. En elk van ons zweert dat als het uur komt en als de revolutie het vraagt, we zonder wankelen ons leven geven voor dezelfde vlag als die waarvoor jullie gevallen zijn, vrienden en kameraden, Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht.”

 

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie