De Lijn: directie wil van geen wijken weten bij reorganisatie

Foto: Jean-Marie Versyp

Op 16 februari werd al gestaakt tegen “De Lijn 2020” waarmee ondersteunende diensten worden gecentraliseerd en 286 jobs verdwijnen. Het plan is een stap richting verdere privatisering. Het N-VA-pleidooi voor een regionaal vervoersbedrijf in Antwerpen bevestigt dit. Het protest leverde in de onderhandelingen met de directie nauwelijks iets op, vandaar de nieuwe stakingsacties van 17 tot en met 20 mei.

Centralisatie van structuur

In plaats van de zes huidige entiteiten (één per provincie + de centrale diensten in Mechelen) zal zo goed als alles gecentraliseerd worden. Beslissingen die tot nu lokaal gebeurden, zullen voortaan centraal genomen worden. Dispatching en controle bijvoorbeeld, belangrijk voor de directe ondersteuning op het terrein. De planning voor de chauffeurs zou ver weg in Mechelen opgemaakt worden. Hierdoor zal de inbreng van de chauffeurs helemaal verdwijnen.

Als onderdeel van de reorganisatie zouden 286 jobs verdwijnen door natuurlijke afvloeiingen. Heel wat andere bedienden zouden minstens enkele dagen per week op de hoofdzetel in Mechelen moeten werken in plaats van in hun regio. In onderhandelingen werd bekomen dat de reistijd hiervoor als arbeidstijd wordt beschouwd, maar hoe lang zal deze regeling stand houden? Wordt het geen uitdoofscenario waarbij er nauwelijks nog lokale bediendenjobs overblijven? Met minder personeel evenveel doen, dreigt tot hetzelfde te leiden als bij de centralisatie van HR: onderbemanning waardoor het vierkant draait.

De centralisatie van dispatching en planning zou gepaard gaan met de invoering van teamcoaches op de stelplaatsen. Zullen die de chauffeurs helemaal moeten uitpersen? In de technische diensten zouden een aantal functies verdwijnen en enkele zelfsturende groepen ontstaan: een verandering van de werklast waarbij het bestaande personeel ook leidinggevende taken moet opnemen zonder daarvoor betaald te worden.

Tenslotte zal de centralisatie ook leiden tot een harmonisatie van de arbeidsvoorwaarden. Dat hoeft niet negatief te zijn, maar dreigt een harmonisatie naar beneden te worden. Nu bestaan er regionaal soms nog specifieke verworvenheden.

Vervoersregio’s

De planning en dispatching zouden centraal gebeuren, maar het vervoer zou opgedeeld worden in 15 regio’s. Deze vervoersregio’s zouden hun eigen enveloppe met middelen krijgen om de basisbereikbaarheid te organiseren. Het openbaar vervoer zou per regio opgedeeld worden in een kern- en een aanvullend net. Onderdelen van het vervoer zouden door private partners overgenomen worden. Binnen de vervoersregio zou De Lijn slechts één van de aanbieders zijn.

Het N-VA-plan dat in Antwerpen bekendgemaakt werd, past daar volledig in. De partij die niet alleen bevoegde minister Ben Weyts maar ook directeur Marc Descheemaecker levert, wil een regionaal vervoersbedrijf in wat nu voorgesteld wordt als de vervoersregio Antwerpen (van Essen tot Boom, van Malle tot Zwijndrecht) waarbij dit regionaal vervoersbedrijf onder meer met De Lijn samenwerkt. Minister Weyts riep op om niet te snel te gaan: “Laat ons eerst stappen en dan misschien lopen.” Zijn liberale collega De Backer (VLD) was enthousiast en voegde er meteen aan toe dat het plan de mogelijkheid biedt om het operationele onderdeel volledig uit te besteden aan de privé.

Reorganisatie niet in belang reiziger

Het doel van de reorganisatie is niet om tot betere dienstverlening te komen, maar om verdere privatisering te vergemakkelijken. Terwijl files steeds langer worden en ouders aan scholen actie voeren voor propere lucht, wordt niet geïnvesteerd om meer reizigers aan te trekken.

De dalende reizigersaantallen zijn een resultaat van de besparingen de voorbije jaren. Het aanbod werd afgebouwd en de prijzen fors duurder. Sinds 2012 werd een abonnement gemiddeld 33% duurder en een gewoon ticket 21%. De tevredenheid van de reizigers nam volgens een enquête van het bedrijf zelf af van 70% in 2016 naar 64% in 2017. Er werd onder meer gepeild naar stiptheid, aantal ritten, klantvriendelijkheid en reisinformatie. Over klantvriendelijkheid van de chauffeurs zijn de reizigers nog het meest tevreden: 70%. Het hardwerkend personeel redt nog de meubelen.

Indien regering en directie de belangen van de reizigers centraal stelden zoals ze beweren, dan zou er fors geïnvesteerd worden in aanbod, goedkopere prijzen, beter materieel en degelijke reisinformatie. Dat zou overigens ook heel wat ongenoegen onder het personeel wegnemen. Maar het doel op termijn uitverkoop aan private bedrijven en winstbejag. Daartoe wordt bovenop de 160 miljoen van de afgelopen tien jaar verder bespaard. Personeel én reizigers zijn daar de dupe van.

Strijd opbouwen van onderuit

De beperkte toegevingen van de directie voor de bedienden volstonden voor het ACV om zonder de andere vakbonden verder te onderhandelen. Om spelletjes aan de top van de vakbonden en de bijhorende verdeeldheid tegen te gaan, moet onze strijd veel meer van onderuit worden georganiseerd.

Personeelsvergaderingen met een actieve deelname van zoveel mogelijk collega’s waar de stand van zaken van de onderhandelingen wordt toegelicht en waar beslist wordt over verdere acties, zijn broodnodig.

Om de acties te versterken, zijn positieve eisen en een perspectief vereist. Waar blijft het informatiepamflet dat op alle bussen en trams kan verspreid worden waarin de reorganisatie wordt uitgelegd en waarin onze eisen voor meer en beter openbaar vervoer toegelicht worden? Het is mogelijk steun te vinden bij reizigers. Ook zij hebben te maken met onhoudbare werkdruk: de helft van de leerkrachten haakt binnen de vijf jaar na indiensttreding af, vier op de tien verpleegkundigen zou niet opnieuw voor deze job kiezen, bij Lidl was er dagenlang een spontane staking en zelfs de piloten komen in opstand tegen de werkdruk.

De staking op 16 februari was een succes omdat het ongenoegen onder het personeel groot is. Dat ongenoegen is niet weg, maar moet wel ernstig georganiseerd worden. Elke zwakte langs de kant van het personeel zal uitgespeeld worden. Zo wil de directie experimenteren met ‘minimale dienstverlening’: chauffeurs worden opgeroepen om zich bijvoorbeeld allemaal om half zes (vroege ploeg) of om half twaalf (late ploeg) te melden waarna diensten toegewezen worden aan het werkwillige personeel en iedereen terug binnenrijdt voor 20u. Dit is een eenzijdige wijziging van de arbeidsvoorwaarden. Vanuit de bonden wordt terecht opgeroepen om ofwel de eigen dienst te rijden ofwel te staken.

De strijd tegen de reorganisatie die nu voorligt is onderdeel van het verzet tegen het volledige besparingsbeleid bij De Lijn en door de verschillende rechtse regeringen. In plaats van besparen, is er nood aan een drastische verhoging van de publieke middelen voor de exploitatie en investeringen in meer en beter openbaar vervoer. Daar zullen we hard voor moeten strijden.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie