Stop de grote pensioenroof

Foto: Liesbeth

“Met de huidige plannen moet ik acht jaar langer werken voor een pensioen dat 200 euro lager ligt,” vertelde een treinbegeleider ons. Veel werkenden maken zich zorgen als ze op mypension.be zien hoe laag hun pensioen zal zijn. En zelfs daar wil de rechtse regering verder op inhakken met onder meer het pensioen met punten. De aanvallen op onze pensioenen gaan onverminderd door.

Artikel door Geert Cool uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

Aanvallen op drie fronten

Het grootste project van de rechtse regering is het puntenpensioen. Daarmee wordt de hoogte van het pensioen pas op het laatste moment bepaald, naargelang de beschikbare middelen. Het is een verdere aanzet tot het individualiseren van het collectief recht op pensioen en het moet druk zetten om effectief langer te werken. De regering wil dit op tafel leggen nadat er een regeling is rond de zware beroepen.

Vakbonden en werkgevers kwamen voor de erkenning van zware beroepen vier categorieën van collectieve criteria overeen: fysiek belastend werk, emotioneel belastend werk, zware werkorganisatie en verhoogd veiligheidsrisico. Over de concrete invulling was er geen akkoord en de regering trekt het dossier naar zich toe. Minister Bacquelaine heeft nog geen voorstel op tafel gelegd.

Het derde front is dat van de aanval op de pensioenen voor overheidspersoneel. Daar wordt de verhoging van de pensioenleeftijd tot 67 jaar gekoppeld aan strengere loopbaanvoorwaarden voor vervroegd pensioen. Bovendien is de pensioenbonus afgeschaft, wat het gemiddeld overheidspensioen tot 5% verlaagt in 2020. De regering hoopt dat wie vanaf 2025 op pensioen gaat onder het puntensysteem zal vallen.

Voor een leefbaar pensioen

De vakbonden voeren een informatiecampagne waarin ze voor een leefbaar pensioen pleiten. De belangrijkste eisen: pensioen op 65 jaar, minimumpensioen van 1.500 euro per maand, pensioen aan 75% van het gemiddeld loon in plaats van 60% vandaag, geleidelijk optrekken van het wettelijk pensioen in de privésector tot het niveau van de openbare sector, rekening houden met de zwaarte van het werk, behoud van gelijkgestelde perioden (bij werkloosheid, loopbaanonderbreking, …).

Het is belangrijk dat niet gewacht wordt op de exacte voorstellen van nieuwe aanvallen om zelf offensieve eisen voor een leefbaar pensioen naar voor te schuiven. De huidige pensioenbedragen liggen te laag: het gemiddeld pensioen van een nieuw gepensioneerde vrouw bedraagt amper 882 euro per maand, voor een man is dat 1.181 euro. Door de strengere voorwaarden dreigt de kloof tussen mannen en vrouwen nog groter te worden.

Het steeds weerkerende argument van de regering en de werkgevers tegen meer middelen voor leefbare pensioenen, is dat er geen geld is. Er wordt meteen geprobeerd om ouderen en jongeren tegen elkaar op te zetten: een leefbaar pensioen vandaag zou een armzalig pensioen voor jongeren in de toekomst betekenen. Onbetaalbaarheid is relatief: er wordt jaarlijks voor meer dan 6 miljard euro aan fiscale cadeaus gegeven aan de bedrijven via verminderingen van sociale bijdragen. Aan de voorziene 3,6 miljard euro voor gevechtsvliegtuigen (met alle kosten erbij gaat het zelfs om 15 miljard euro) mag niet geraakt worden, zelfs indien de huidige nog niet aan vervanging toe zijn. Maar voor onze pensioenen is er geen geld? Ons land geeft minder uit aan pensioenen dan verschillende buurlanden: 10,2% van het BBP tegenover 10,6% in Duitsland en zelfs 13,8% in Frankrijk. Deze ‘pensioenhandicap’ wil de regering echter niet wegwerken.

Ernstig verzet

De informatiecampagne van de vakbonden is een uitstekend initiatief, zelfs indien ze al vroeger had mogen komen. De pensioenkrant op 1 miljoen exemplaren biedt de mogelijkheid om de discussie op straat, onder collega’s, vrienden of op markten aan te gaan. Informatie is belangrijk om de publieke opinie te winnen, een noodzakelijk onderdeel om bredere acties op te bouwen. De pensioenen zijn een bijzonder gevoelige kwestie voor een overgrote meerderheid van de bevolking. Een onderzoek van Securex gaf aan dat 92% niet tot 67 jaar wil werken.

De huidige informatiecampagne kan onze eisen populariseren. Het mag dan ook geen eindpunt zijn, maar een opstap naar nieuwe acties om onze eisen te realiseren. Dit vereist een zo breed mogelijke betrokkenheid op elke werkvloer via personeelsvergaderingen die het regeringsbeleid en onze antwoorden daarop toelichten, maar ook de acties voorbereiden en ter stemming voorleggen. Het actieplan van eind 2014 deed de regering wankelen. Het stoppen van die acties leidde tot frustratie en wantrouwen onder de basis. Er moet duidelijkheid zijn over de inzet van nieuwe acties: een einde maken aan de rechtse regering en het besparingsbeleid.

De ‘traditionele politieke partners’ laten het afweten. Het ‘sociaal gezicht’ van CD&V is onzichtbaar, de ‘oppositie’ van PS en SP.a ongeloofwaardig. Gelukkig is er de doorbraak van PVDA in de peilingen. De oproep voor progressieve allianties mag geen pleidooi zijn voor ‘besparingen light’, maar moet gekoppeld worden aan de volledige intrekking van alle antisociale maatregelen van Michel. De sociale noden zullen niet vervuld worden zonder radicale maatschappijverandering, zonder democratisch socialisme. Een brede campagne daarvoor met radicaal links, de vakbonden en de sociale bewegingen kan de huidige impasse doorbreken.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie