Ierland, de EU en de Brexit: een socialistische analyse

De onderhandelingen over een Brexit tussen de EU en Groot-Brittannië verlopen erg stroef. Eén van de moeilijkste kwesties in die onderhandelingen: hoe zal de grens eruit zien tussen Noord-Ierland en de Ierse republiek in de context van het Verenigd Koninkrijk dat de eenheidsmarkt en de douane-unie verlaat? Deze grens wordt dan de enige landgrens tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Een dossier door Cillian Gillespie van de Socialist Party (Ierland).

Voorlopig is een omschrijving gevonden waardoor de onderhandelingen kunnen verdergezet worden. De regering van Theresa May heeft ermee ingestemd dat er geen “harde grens” op het Ierse eiland komt. David Davis, de Tory minister verantwoordelijk voor de Brexit, ondersteunde recent dat standpunt ook al lieten zijn eerste uitspraken iets anders vermoeden. Na het ‘akkoord’ stelde Davis namelijk dat het slechts om een “intentieverklaring” ging en niet om een “wettelijk bindend” akkoord.

De Europese Commissie wilde een gevoelige kwestie zoals de Ierse grens gebruiken om de impact van de Brexit te verzachten en om af te dwingen dat het Verenigd Koninkrijk de eenheidsmarkt en de douane-unie niet zou verlaten. De Europese Commissie wil het zo moeilijk mogelijk maken om de EU te verlaten met een duidelijke boodschap aan alle andere lidstaten: je moet het niet proberen om de EU te verlaten en als je het toch doet, dan volgen sancties.

Brexit en Ierland

Het Brexit-referendum heeft als gevolg dat de waarde van het Britse pond sinds juni 2016 reeds met 13% is gezakt. Als Groot-Brittannië de eenheidsmarkt verlaat, kan dit mogelijk leiden tot douanetarieven voor handel tussen Groot-Brittannië en Ierland. Samen met het waardeverlies van het Britse pond kan dit een impact hebben op Ierse bedrijven, zoals in de landbouwsector die goed is voor 12% van de werknemers in het zuiden van Ierland.

Ierse bedrijven, onder meer in de voeding, zijn sterk afhankelijk van export naar Groot-Brittannië: 37% van wat in Ierland wordt geproduceerd, steekt de Ierse Zee over. Het waardeverlies van het pond en de invoering van douanetarieven maakt deze producten duurder en dus minder concurrentieel op de Britse markt. De verdedigers van het kapitalisme stellen natuurlijk dat hun systeem dynamisch is op basis van ondernemersrisico’s. Kapitalistische bedrijven zouden in staat zijn om economische moeilijkheden zoals de gebeurtenissen rond de Brexit te overstijgen. De hypocrisie is dan ook opmerkelijk als de Ierse kapitalisten klagen over de economische gevolgen van de Brexit in plaats van zich te concentreren op de “concurrentie” op de kapitalistische markt.

Sinds 2008 hebben de werkenden op verschillende manieren moeten betalen voor de crisissen van het kapitalisme. Met de economische gevolgen van de Brexit zal dit niet anders zijn. Deze zullen uiteindelijk tonen hoe meedogenloos de zoektocht naar winst is. Dit zal leiden tot lagere lonen, afdankingen en aanvallen op de rechten van werkenden. Niemand op de Brexit-onderhandelingen vertegenwoordigt de belangen van de werkende klasse, er is zelfs niemand die deze cruciale kwesties opneemt. De Europese Commissie en de verschillende regeringen die er deel van uitmaken, waaronder de Ierse en de Britse regeringen, verdedigen immers enkel de belangen van hun kapitalistische klassen.

Uiteindelijk zullen de kapitalisten ervoor kiezen om de werkende klasse te laten betalen zodat ze hun eigen economische positie kunnen behouden. Mogelijke economische problemen als gevolg van de Brexit zullen als een soort van ‘schokdoctrine’ gebruikt worden om het neoliberaal beleid op te voeren met lagere lonen, grotere onzekerheid op de werkvloer en besparingen op publieke uitgaven. Dat was ook de benadering van de Trojka toen in 2010 een draconisch besparingsbeleid werd opgelegd in de Ierse republiek. Dat beleid werd opgelegd in het belang van de grote Europese banken en de financiële markten. Recenter gebruikte de regering de dreiging van multinationals om hun investeringen terug te trekken om de positie van Ierland als belastingparadijs voor de grote bedrijven te rechtvaardigen. De cynische angstcampagnes worden als een stormram gebruikt voor de bazen tegen de werkende klasse. We moeten die campagnes verwerpen.

De vakbeweging moet klaar en duidelijk eisen dat de werkenden niet betalen voor gelijk welke regeling uit de Brexit-onderhandelingen komt. Vertegenwoordigers van de vakbonden langs beide kanten van de grens in Ierland en in Groot-Brittannië, moeten meteen samenkomen voor een speciale conferentie van arbeidersvertegenwoordigers om acties te coördineren en ervoor te zorgen dat er niet geraakt wordt aan lonen, arbeidsvoorwaarden en dat er geen jobverlies is als gevolg van de Brexit. Een dergelijke conferentie moet de werkenden voorbereiden op de acties die mogelijk nodig zullen zijn tegen pogingen om het neoliberale beleid op te voeren. Het was de bereidheid tot dergelijke acties die Ryanair recent tot toegevingen dwong, iets wat voorheen voor velen ondenkbaar was. Ryanair moest toelaten dat de piloten en het personeel zich organiseren in een vakbond. Een belangrijk element om die overwinning te bekomen, was het feit dat de piloten van Ryanair in heel Europa overgingen tot gecoördineerde acties.

De eenheid van de werkende klasse is beslissend als we niet tegen elkaar willen uitgespeeld worden door de werkgevers in Ierland en Groot-Brittannië en als we niet willen dat onze levensstandaard eens te meer aangepakt wordt door de kapitalisten. De vakbonden moeten een actieprogramma aannemen om dit te vermijden. Als er economische gevolgen zijn door de Brexit, moet dit bij de winsten van de multinationals terechtkomen en niet in de lonen en arbeidsvoorwaarden van de werkenden. Elk bedrijf dat dreigt met jobverlies moet in publiek bezit genomen worden zodat de levensstandaard van de werkende klasse behouden blijft.

Confrontaties tussen twee kapitalistische machten

Het conflict over de vraag of er al dan niet een ‘harde grens’ komt op het Ierse eiland (of mogelijk op de Ierse Zee) in de vorm van grenscontroles, wijst op de groeiende spanningen tussen twee neoliberale kapitalistische machten. Geen enkele kant in het conflict vertegenwoordigt de belangen van de werkende klasse in Ierland, Groot-Brittannië of de rest van Europa. Er wordt enkel gekeken naar de belangen van de grote bedrijven en de financiële markten. Vanuit Ierland worden we ‘vertegenwoordigd’ door de regering-Varadkar die in eigen land verantwoordelijk is voor een wooncrisis, een scherpe toename van onzekere jobs en een economische groei die enkel de projectontwikkelaars, grote aandeelhouders van kapitaalfondsen en multinationals ten goede komt. De media en de gevestigde kapitalistische commentatoren negeren uiteraard ook de klassenbelangen achter deze onderhandelingen.

Zowel de EU als de Britse conservatieve regering willen tot een oplossing komen waarin hun grote bedrijven en banken voordeel halen door winstsmaximalisatie ten koste van de rechten en voorwaarden van de werkenden, de openbare diensten en het milieu. De rol van zowel de EU als de Tories in het brutaal opleggen van een neoliberaal beleid mag niet vergeten worden.

De Tories zijn de traditionele partij van het Britse kapitalisme. Ze waren verantwoordelijk voor de Thatcheriaanse contrarevolutie waarmee de industriële basis van het land grotendeels werd afgebouwd en de openbare diensten werden geprivatiseerd of drastisch uitgehold. Sinds de Tories in 2010 aan de macht kwamen, was er een brutaal besparingsbeleid die volgens een recente studie heeft geleid tot 120.000 bijkomende premature overlijdens als gevolg van besparingen in de zorgsector.

De EU staat eveneens voor een hard neoliberaal beleid. Denk maar aan de oorlog op de levensstandaard van de Griekse werkende klasse vanaf 2010 en in het bijzonder na de verkiezing van een Syriza-regering in januari 2015. In Ierland worden de openbare diensten op droog brood gezet met een compleet gebrek aan investeringen en een stop op de bouw van sociale huisvesting als gevolg van een fiscale dwangbuis die opgelegd wordt. De fiscale regels en de bijhorende besparingen zijn met instemming van de Ierse regering opgelegd door verschillende Europese verdragen die neoliberalisme en besparingen wettelijk verplichten.

Het kapitalisme in Ierland en Europa, en de vertegenwoordigers ervan in de Ierse regering en de EU, hebben de werkende klasse en de jongeren niets te bieden behalve een toekomst waarin onze rechten en voorwaarden constant ondermijnd worden door een neoliberaal beleid. We moeten bouwen aan een partij van de werkende klasse met een antikapitalistisch, socialistisch programma dat gericht is op de noden van de meerderheid en niet de winsten van de 1%.

Dit betekent strijden voor een linkse, socialistische regering die opkomt voor een massaal plan van publieke investeringen zodat we de openbare diensten hebben die nodig zijn, en voor de bouw van sociale en betaalbare huisvesting. Zo’n regering zou onvermijdelijk moeten ingaan tegen het model van Ierland als belastingparadijs voor de superrijken en zou moeten breken met de draconische fiscale regels van de EU en dus met deze kapitalistische instelling zelf. Deze regering zou moeten breken met het kapitalisme door de sleutelsectoren van de economie in democratisch publiek bezit te brengen.

Het karakter van de eenheidsmarkt

De voorbije weken probeerden de rechtse media de voordelen van de Europese eenheidsmarkt in de verf te zetten als reactie op de aankondiging van de Britse regering dat ze de eenheidsmarkt wil verlaten. We begrijpen dat er een internationalistisch bewustzijn is en een hoop op samenwerking en handel tussen landen. Dit gevoel is zeker onder jongeren sterk aanwezig. Maar het kan leiden tot steun aan instellingen zoals de EU en een hoop om binnen de eenheidsmarkt te blijven. Dergelijke samenwerking op kapitalistische basis dient echter enkel de belangen van de verschillende kapitalistische klassen. Dat blijkt ook uit de ervaring van de eenheidsmarkt zelf.

De eenheidsmarkt werd in 1986 opgezet en is gericht op de belangen van de grote bedrijven ten koste van de rechten en voorwaarden van de werkenden. Verschillende Europese richtlijnen en regelgeving in het kader van de eenheidsmarkt (regels opgesteld door de onverkozen Europese Commissie) maken dat overheidsbedrijven moeten opengesteld worden voor “concurrentie” in het kader van de kapitalistische vrije markt. Deze richtlijnen hebben als doel om overheidsbezit in de economie te ondermijnen en de privatisering ervan op te leggen.

Verbonden met deze liberaliseringsdrang worden beperkingen opgelegd voor overheidsinvesteringen en wordt steun aan bedrijven aan strenge regels onderworpen. De openstelling van het openbaar vervoer voor liberalisering en privatisering, betekent dat de overheid niet langer kan beslissen om publieke middelen te investeren in betere infrastructuur, meer personeel en goedkopere tickets in het publieke vervoer, aangezien dit de concurrentiepositie van de private vervoersbedrijven ondermijnt. Het personeel van het Ierse busbedrijf Bus Éireann stelden vast dat het openen van het openbaar vervoer voor private concurrentie leidt tot een neerwaartse spiraal van lonen en arbeidsvoorwaarden. Transportbedrijven met personeel dat geen lid is van de vakbond zorgen ervoor dat de lonen en arbeidsvoorwaarden afgebroken worden om de winsten te maximaliseren.

De afgelopen tien jaar waren er veel voorbeelden van hoe de eenheidsmarkt wordt gebruikt om de rechten en voorwaarden van werkenden aan te vallen, maar ook de mogelijkheid van werkenden om hun positie te verbeteren door collectief overleg. In 2007 wilde het bedrijf Viking de ferry tussen Finland en Estland onder een andere vlag onderbrengen om de goedkopere Estse lonen te hanteren. Het Europees Hooggerechtshof heeft deze stap niet alleen ondersteund, maar beperkte ook de rechten van de Finse vakbonden om ertegen te staken.

Een gelijkaardige situatie zagen we met de Laval-zaak in 2009. Een Lets bedrijf won een contract om scholen in Zweden te renoveren en weigerde een collectief akkoord te sluiten met de bouwvakbond in Zweden. Laval wilde personeel aan Letse lonen inzetten. De vakbond organiseerde het verzet hiertegen en blokkeerde sites van het bedrijf waardoor het geen zaken kon doen in Zweden. Laval beweerde dat de blokkade de “ondernemersrechten” schaadde en trok naar het Europees Hooggerechtshof. Eens te meer stelde de Europese rechtbank dat syndicale acties een bedrijf niet mogen hinderen bij het zakendoen en de vakbond moest zelfs schadevergoeding aan Laval betalen.

Andere maatregelen zoals de Postrichtlijn en de Interimrichtlijn worden gebruikt om tijdelijke onzekere contracten te stimuleren. Het ondermijnt de rechten van werkenden. De eenheidsmarkt toont de ware aard en het doel van deze Europese Unie. Beiden werden opgezet in een poging van de heersende klassen in Europa om sterker te staan in de concurrentie op de globale kapitalistische markt. Binnen dit kader van samenwerking tussen verschillende naties blijft er overigens een grote mate van wederzijdse vijandigheid. De samenwerking gebeurt bovendien ten koste van de werkende klasse: de levensstandaard wordt afgebouwd zodat het Europese kapitalisme meer ‘concurrentieel’ is en meer winsten kan maken. De ervaring van de Syriza-regering, die jammer genoeg capituleerde voor de besparingen van de trojka, toont hoe een instelling als de EU kan gebruikt worden om linkse regeringen te stoppen als die een antikapitalistisch beleid willen doorvoeren.

Velen voelen terecht een afschuw tegen het anti-migrantendiscours en het racisme van de Tories en de regering-May, maar het racistische beleid van ‘Fort Europa’ is geen haar beter. In de afgelopen weken wees Amnesty International erop dat de EU-regeringen “actieve steun geven aan een gesofisticeerd systeem van misbruik en uitbuiting van vluchtelingen en migranten door de Libische kustwacht, gevangenisautoriteiten en smokkelaars om te vermijden dat mensen de Middellandse Zee oversteken.” Vorig jaar kondigde Artsen Zonder Grenzen aan dat het geen geld van de EU of van EU-regeringen meer zou aanvaarden omwille van hun politiek rond ‘Fort Europa.’

De Europese Unie is een kapitalistische instelling die nauw verbonden is met de banken en de grote bedrijven. Die banden worden onder meer in stand gehouden door lobbygroepen als de Europese Tafel van Industriëlen. Europa heeft geen vrede gebracht, maar wordt zelf gemilitariseerd. De EU staat voor een racistisch beleid met tragedies in de vluchtelingencrisis. De mythe van vrij verkeer van personen wordt daarmee doorprikt. We moeten deze EU verwerpen.

Welk soort Brexit?

De regering-May hoopt te komen tot wat Jeremy Corbyn terecht omschreef als een “Brexit in de solden,” waar vooral het Britse kapitalisme beter van wordt. De grote bedrijven en de bankiers en speculanten uit de City of London hebben hun oog laten vallen op de voordelen van zo’n Brexit, ook al waren veel grote bedrijven aanvankelijk gekant tegen een Britse terugtrekking uit de EU. Grote bedrijven uit de agro-business willen nog lossere regels voor de voedselproductie in Groot-Brittannië, met de mogelijk van chloorkippen, hormonen in vleesproductie en genetisch aangepast graan. Grote bedrijven in het algemeen willen dat de Tory-regering nieuwe handelsakkoorden sluit waarmee de rechten en voorwaarden van werkenden verder ondermijnd worden.

Het is geen toeval dat tussen oktober 2016 en maart 2017 maar liefst 46 bijeenkomsten plaatsvonden tussen vertegenwoordigers van Goldman Sachs en HSBC aan de ene kant en vertegenwoordigers van het departement van David Davis dat zich over de Brexit buigt. Het intensieve lobbywerk is een uitdrukking van de hoop op nieuwe en minder gereguleerde financiële producten waar de superrijken in kunnen investeren.

De Socialist Party in Ierland, Schotland, Engeland en Wales ziet liefst zo snel mogelijk het einde van de Tory-regering in Londen. We hopen op een verkiezing van een regering onder leiding van Jeremy Corbyn op basis van een socialistisch programma. Samen met het verwijderen van de Blairistische fractie uit Labour, betekent dit het stoppen van de besparingen, de solden rond de Brexit en de eenheidsmarkt. Een beslissende factor die werkenden overtuigde om voor een Brexit te stemmen, was net de verwerping van het neoliberale beleid dat het Britse kapitalisme verder wilde opvoeren.

Corbyn heeft tot voor kort gezegd dat hij wil dat Groot-Brittannië in de eenheidsmarkt blijft indien Labour aan de macht komt. Er is een tegenstrijdigheid tussen dat standpunt en de voorgestelde maatregelen waarmee Corbyn zoveel steun krijgt. Voorstellen als de nationalisatie of gedeeltelijke nationalisatie van energie, spoor en postbedrijven, of nog het opzetten van een publieke investeringsbank zijn verboden door de regels van de eenheidsmarkt. Geen enkel probleem van de werkende bevolking in het land zal opgelost worden indien er geen breuk komt met de kapitalistische EU, de eenheidsmarkt en het kapitalisme zelf. Er zijn radicale socialistische maatregelen nodig waarbij de 125 grootste bedrijven en financiële instellingen die de Britse economie domineren in democratisch publiek bezit komen.

De verkiezing van een Corbyn-regering is een reële mogelijkheid in de komende maanden. Als zo’n regering bereid is om effectief in te gaan tegen het kapitalisme en het Europa van het kapitaal, dan zou dit de arbeidersbeweging doorheen Europa enorm versterken. Het zou de kwestie stellen van de opbouw van nieuwe partijen van de werkende klasse doorheen het continent en de verkiezing van linkse socialistische regeringen die de heerschappij van de bankiers en de grote bedrijven kunnen uitdagen.

De kwestie van een harde grens

De Brexit heeft geleid tot sectaire spanningen en polarisatie in Noord-Ierland, vooral rond de kwestie van de mogelijkheid van een ‘harde grens’ op het Ierse eiland of tussen Ierland en Groot-Brittannië. Noch de protestanten noch de katholieken lopen warm voor zo’n grens. Onder de katholieken zou een fysieke grens in Ierland met controleposten gezien worden als een stap achteruit en een versterking van de opdeling. Voor de protestanten zou het bestaan van een economische grens tussen Noord-Ierland en Groot-Brittannië gezien worden als een stap naar een verenigd Ierland.

In de Brexit-stemming stemde een meerderheid van de katholieken voor het behoud van het lidmaatschap van de EU, een meerderheid van de protestanten stemde voor een Brexit. Veel katholieke arbeiders denken dat de EU hun rechten kan verdedigen tegen de stelselmatige discriminatie en repressie waarmee ze geconfronteerd worden sinds het opzetten van de Noord-Ierse staat in 1922. Sinn Féin stelt dat de Brexit-deal ervoor moet zorgen dat Noord-Ierland aan de jurisdictie van het Europees Hooggerechtshof onderworpen blijft, vanuit de veronderstelling dat deze instantie de rechten van katholieken in Noord-Ierland zou verdedigen. Als onderdeel van de bocht naar rechts heeft Sinn Féin zijn standpunt over de EU drastisch veranderd en gaat de partij nu mee met de mythe dat de EU de democratische rechten en nationale verzuchtingen van de katholieken in Noord-Ierland zal verdedigen en dat de EU meer algemeen een progressieve instelling is.

De EU en andere instellingen van het Europese kapitalisme die geen onderdeel zijn van de EU, zoals het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM), hebben niet tot doel om de democratische rechten van gelijk welk deel van de werkende klasse te ondersteunen. In 1978 kwam er een zaak voor het EHRM van 14 mannen die op brutale en vernederende wijze waren aangepakt door het Britse leger in 1971, toen ze zonder proces werden vastgezet. Ondanks al het bewijsmateriaal besliste het EHRM dat de Britse regering niet tot martelingen was overgegaan. Een ander pittig voorbeeld is de wijze waarop de EU en de lidstaten de repressie door de Spaanse staat in Catalonië vorig jaar ondersteunden.

De kwestie van een harde grens wijst op een confrontatie tussen twee nationale verzuchtingen en nationale identiteiten die aan de basis liggen van de sectaire verdeeldheid in Noord-Ierland. Werkende katholieken willen een verenigd Ierland en verwerpen terecht de Noord-Ierse staat die hen slechts armoede, discriminatie en repressie bracht. Werkende protestanten verzetten zich tegen een verenigd Ierland omdat ze terecht vrezen dat ze als onderdeel van een zuidelijke kapitalistische staat zelf als tweederangsburgers zouden gediscrimineerd worden. Het verharden van gelijk welke grens betekent voor beide gemeenschappen een ontkenning van de legitieme nationale verzuchtingen.

De Socialist Party verzet zich tegen het verharden van gelijk welke grens op het eiland als gevolg van de Brexit, of het nu de grens tussen Noord en Zuid-Ierland is of die tussen Noord-Ierland en Groot-Brittannië. We nemen dit standpunt in omdat een verharden van de grens enkel zal leiden tot meer vervreemding en meer spanningen onder de gemeenschappen. Wij verdedigen het recht van werkende mensen, zowel katholieken als protestanten, om te leven zonder de dreiging of de realiteit van sectair conflict en geweld, om te leven in een samenleving met een kans op een degelijke toekomst. Dat is belangrijker dan de strijd tussen economische belangen van gevestigde machten. De Brexit-onderhandelingen en de controverse over de zachte versus harde grens is zo’n conflict. Hoe de gevestigde machten hun zakelijk conflict ook oplossen, het moet gebeuren zonder fysieke of repressieve grenzen. We stellen ook dat er ook maatregelen nodig zijn om de voedselstandaarden te garanderen en om smokkelhandel te vermijden.

Werkende mensen in Ierland, zowel protestanten als katholieken, zowel in het noorden als het zuiden, en in Groot-Brittannië en de rest van Europa hebben gemeenschappelijke klassenbelangen. Deze belangen gaan regelrecht in tegen wat de verschillende actoren in de Brexit-onderhandelingen vertegenwoordigen. James Connolly merkte meer dan 100 jaar geleden op: “De tijd dat we het systeem kunnen oplappen is voorbij, het kapitalisme moet weg.” De afgelopen tien jaar van economisch herstel en een “herstel” dat het neoliberalisme en de ongelijkheid verdiept en ons milieu verwoest, bevestigt de relevantie van die uitspraak van Connolly.

Het kapitalisme moet weg, en daarmee ook de EU en de regeringen die dit systeem vertegenwoordigen. Op deze basis kunnen we een einde maken aan de grenzen en de verdeeldheid die gecreëerd wordt door het kapitalisme. We roepen op tot een socialistisch Ierland zonder enige dwang en met gegarandeerde rechten voor minderheden, als onderdeel van een vrijwillige socialistische federatie van Ierland, Schotland, Engeland en Wales als stap naar een socialistisch Europa. Dit kan gebaseerd zijn op de harmonieuze integratie van de verschillende economieën op basis van de noden van de meerderheid van de bevolking.

 

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie