Volgens N-VA neemt koopkracht toe, cijfers tonen daling van reële lonen met -0,9%

Enkel in België en Griekenland nemen de reële lonen dit jaar af, België slechtste van de Europese klas

gooibuitenDe regering klopt zichzelf graag op de borst: er komen jobs bij en de lonen stijgen. Dat is de officiële versie van het verhaal. De realiteit ziet er anders uit.

Dalende werkloosheid?

Dat het aantal werklozen afneemt, klopt enkel indien de definitie van ‘werkloze’ wordt beperkt tot wie aan de voorwaarden voldoet om uitkeringsgerechtigd te zijn. Heel wat werklozen verloren hun recht op een uitkering en komen bij het OCMW terecht. Tal van werkenden zien zich onvrijwillig genoodzaakt tot deeltijdse arbeid en is eigenlijk ondertewerkgesteld.

De VDAB moet dit erkennen als het stelt dat de daling van het aantal niet-werkende werkzoekenden in Vlaanderen toe te schrijven is aan een daling van wat ‘werkzoekenden met een uitkeringsaanvraag’ wordt genoemd, in het bijzonder door de regels inzake de inschakelingsuitkering. Tegelijk is er een stijging van het aantal oudere werkzoekenden door strengere regels inzake brugpensioen.

Het aantal niet-werkende werkzoekenden nam in Vlaanderen op een jaar tijd met 9.159 eenheden af tot 220.920 of 7,3% van de beroepsbevolking (cijfers van de VDAB begin november).

Op nationaal vlak werden vorig jaar (in 2015) 29.155 mensen het slachtoffer van de beperking van de inschakelingsuitkering, 15.425 werklozen werden gesanctioneerd door de RVA en 19.517 werklozen werden tijdens hun wachttijd gesanctioneerd. (cijfers sociaal-economische barometer vanh et ABVV). Het aantal mensen met een leefloon is dan ook sterk gestegen: van 99.000 in 2013 tot 115.400 in 2015.

Meer mensen vallen dus uit de boot, het schrappen van werkloosheidsuitkeringen maakt dit erger. Het leidt enkel tot betere cijfers in de statistieken, maar daar kunnen mensen zonder werk niet van leven.

Stijgende lonen?

De Duitse Hans-Böckler-Stiftung kwam net deze week met een studie waaruit blijkt dat de reële lonen in de EU in 2015 gemiddeld met 1,4% stegen en voor dit jaar wordt een stijging van 1,7% voorzien. Slechts in twee landen stijgen de lonen minder snel dan de prijzen: Griekenland en België. Daar dalen de reële lonen dus. Uiteraard kan er gebruik gemaakt worden van absolute cijfers die een beperkte loonstijging aangeven, maar de reële lonen zijn wat wij uiteindelijk krijgen.

slechtste-van-de-klas

In 2014 stegen de Duitse lonen met 2,6% en dit jaar wordt 2,2% voorzien. In ons land echter is er een daling: de reële lonen namen in 2015 af met -0,5% en voor dit jaar wordt -0,9% voorzien. Dat is de grootste daling van de hele EU, in Griekenland wordt dit jaar -0,5% voorzien. De kracht van verandering is dat.

Het verschil wordt onder meer verklaard door de hogere inflatie in ons land, vooral een gevolg van stijgende belastingen en taksen, en de strikte controle op de lonen. In absolute termen nemen onze lonen toe: +0,1% vorig jaar en +0,7% dit jaar. Maar de inflatie (prijsstijgingen) ligt een pak hoger. Resultaat: we verliezen aan koopkracht. Anders gezegd: de Belgische werkenden zijn er slechter aan toe dan hun collega’s in de buurlanden.

Het reële loon in ons land ligt nog steeds onder het niveau van 2010. We gaan er dus al jaren op achteruit.  (cijfers en statistieken van de Hans-Böckler-Stiftung: https://idw-online.de/de/news?print=1&id=664245)

De kracht van achteruitgang

Op sociaal vlak gaan we er onder deze regering op achteruit. De prijzen stijgen een pak sneller dan onze lonen. De koopkracht van werkenden neemt af. Ondertussen worden werklozen steeds sneller naar de uitgang verwezen, waardoor het aantal leefloners fors stijgt.

Met cijfers en statistieken probeert de regering het beleid te verdedigen, bij N-VA wordt er zelfs een heuse campagne tegenaan gegooid. De partij beweert dat de koopkracht het snelst in vijf jaar stijgt en dat het aantal jobs toeneemt. Dit blijkt niet te kloppen. De krachtige verandering is geen sociale vooruitgang maar sociale achteruitgang voor de meerderheid van de bevolking. Het zal de grote aandeelhouders van de grote bedrijven tevreden stellen, maar de meerderheid van de bevolking heeft daar niets aan.

De propaganda van N-VA dient om het asociale karakter van het beleid te verdoezelen. Ze kan daar maar mee weg raken inzoverre er geen georganiseerd verzet tegen is. Het wordt tijd dat de vakbondsleidingen hun geaarzel en demoraliserend getreuzel laten varen om terug een krachtsverhouding op te bouwen zoals tijdens het actieplan van 2014. Liefst met een duidelijk doel: deze rechtse regering moet weg!

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie