Gent. Meer en goedkoper openbaar vervoer. Dàt is een plan!

Foto: Jean-Marie Versyp
Foto: Jean-Marie Versyp

Gisteren voerde LSP actie aan de Gentse gemeenteraad. We protesteerden naar aanleiding van het mobiliteitsplan in de stad, een thema dat tot heel wat discussie leidt. LSP verzet zich tegen het Gentse mobiliteitsplan en brengt alternatieven naar voor: openbaar vervoer als milieuvriendelijk, veilig en sociaal alternatief maar ook een stadsinitiatief inzake autodelen als beste aanvulling op gebruik van openbaar vervoer en de fiets. Hieronder de open brief van LSP Gent die gisteren aan de gemeenteraad werd verspreid.


Beste Gentse gemeenteraadsleden,

Dat mobiliteit veel Gentenaren na aan het hart ligt hebben jullie gemerkt bij het publieke debat over jullie mobiliteitsplan. Jezelf efficiënt en betaalbaar kunnen verplaatsen is een essentieel onderdeel van de huidige samenleving waarin van iedereen wordt geëist om flexibeler, harder en langer te werken. We moeten van jullie bereid zijn om verder van huis te werken. Onze kinderen kunnen niet gegarandeerd in de eigen wijk naar de crèche of school. De mobiliteitsbehoeftes stijgen dus, maar de infrastructuur is daar niet aan aangepast. Ook de Gentse bevolking neemt toe, nieuwe stadsdelen staan in de steigers en het aantal studenten neemt jaarlijks toe.

Het verkeer in Gent en daarbuiten draait al langer in de soep, maar de laatste jaren wordt het dramatisch. Dat er een plan komt, is dan ook meer dan wenselijk. Het plan komt echter niet tegemoet aan de noden. Zolang er geen drastische uitbreiding komt van het collectief en openbaar vervoer zal een mobiliteitsplan vooral de problemen verschuiven. Daarenboven heeft dit plan ook nog eens een zure asociale bijsmaak. Er wordt zogezegd een keuze gemaakt voor de fiets en tegen de auto. In de praktijk blijkt de auto nog steeds heel erg welkom in de stad, getuige de bestaande ondergrondse parkings in het stadscentrum en de parkings die erbij kwamen, bijvoorbeeld Dok Noord. Enkel het soort auto’s zal veranderen. Wie 10 euro makkelijk neertelt, kan nog steeds in het stadscentrum parkeren. Meer Audi’s en Mercedessen, minder Fiat’s en Peugeot’s zal het gevolg zijn. Het parkeerplan lijkt een makkelijke manier om voor extra inkomsten te zorgen.

Ook in woonwijken worden autogebruikers gepest zonder dat ze een degelijk alternatief aangeboden krijgen. Ben je overdag op bezoek bij vrienden of familie of komt er bezoek langs, dan krijgt de meerderheid van Gentenaars nu betaald parkeren aan de broek. Zogezegd om de parkeerdruk aan te pakken in de woonwijken. Het tekort aan parkeerplaatsen doet zich echter vooral ‘s avonds voor, dus niet zozeer tussen 9u en 19u. Vele wijken zijn er niet op voorzien dat er in elk gezin een wagen is. Het stadsbestuur wil werkende gezinnen in de 19e eeuwse gordel. Zonder degelijk openbaar vervoer hebben die jonge gezinnen een auto nodig en zal de parkeerdruk blijven bestaan en zelfs toenemen.

Het doorgaand verkeer wordt uit het stadscentrum geweerd en richting R40 gestuurd. Op die R40 is er om de zoveel kilometer een knooppunt dat verkeersellende creëert. De vlottere doorstroming door de infrastructuurwerken zal worden teniet gedaan door de toename van het verkeer op de R40. Het is een illusie te denken dat dit het openbaar vervoer een vlottere doorstroming zal geven.

Openbaar vervoer als milieuvriendelijk, veilig en sociaal alternatief

De beste investering in de veiligheid van de zwakkere weggebruikers is de uitbreiding van het openbaar vervoer. Het garandeert ook het recht op mobiliteit voor minder mobiele Gentenaars en het biedt het alternatief bij uitstek voor het individuele autogebruik. Vandaag is het aanbod aan openbaar vervoer onvoldoende om een ommekeer te creëren in het gedrag van de Gentenaars.

In het bestuursakkoord (p.21) spreekt het stadsbestuur nog over de “globale verschuiving naar andere vervoerswijzen. Dit bereiken we prioritair door een verhoging van het OV-aanbod.” Van deze ambitie is in het mobiliteitsplan weinig concreet te merken. Het bestuur legt de verantwoordelijkheid daarvoor bij de Vlaamse Regering, waar SP.a gedurende 26 jaar ononderbroken deel van heeft uitgemaakt en waar Open VLD vandaag deel van uitmaakt. Het is juist dat de besparingspolitiek van de federale en Vlaamse regering al onze openbare diensten aantast. Het betekent niet dat de stad Gent niet zelf op zoek zou kunnen gaan naar die middelen noodzakelijk om de uitbreiding van het aanbod te financieren.

  • Het zou haar eigen stadspersoneel een abonnement bij De Lijn kunnen geven.
  • Het zou geld op tafel kunnen leggen om alle 60+, alle jongeren onder de 18 jaar, alle OCMW-uitkeringstrekkers en werklozen een gratis abonnement te geven.
  • Het zou alle werkgevers kunnen verplichten om een abonnement te voorzien voor hun personeel. Die werkgevers met minder dan 10 werknemers zouden hulp van de stad kunnen krijgen hiervoor. Die werkgevers die gebruik maken van bedrijfswagens voor de verloning van hun personeel zouden een extra belasting kunnen betalen.
  • Bij elke inschrijving in een instelling van hoger onderwijs zou automatisch een abonnement kunnen komen.
  • De opbrengsten van het Parkeerbedrijf zouden rechtstreeks in openbaar vervoer moeten worden geïnvesteerd.

In combinatie met een hogere frequentie van de bestaande lijnen, een laatavond en nachtnet, het uitbreiden van het regionale net en een voorstadsnet op de sporen zou er een ware shift kunnen plaatsvinden in hoe Gentenaars en bezoekers zich verplaatsen in onze stad.

Autodelen als beste aanvulling op gebruik van openbaar vervoer en de fiets

Volgens de schepen van mobiliteit neemt elke auto in het kader van autodelen acht andere auto’s uit het verkeer. Vandaag subsidieert de stad verschillende kleine privé-initiatieven. Waarom geen stadsinitiatief van autodelen nemen, met duizenden auto’s verspreid doorheen de stad? Een voldoende grote beschikbaarheid zal nog meer mensen de stap naar autodelen doen zetten. Waarom firma’s winst laten maken op een essentieel onderdeel van wat een echt publiek mobiliteitsplan zou kunnen zijn?

Deze twee maatregelen, uitbreiding van het openbaar vervoer en autodelen, zorgen niet enkel voor de beste opties om mobiliteit collectief te organiseren. Het creëert ook de mogelijkheid om een deel van de publieke ruimte – die nu voor de auto is voorzien – te gebruiken voor fietsinfrastructuur, groene en vrije ruimte. Op die manier maak je een leefbare stad. Het zijn twee fundamentele onderdelen van een mobiliteitsplan dat leefbaarheid, sociale mobiliteit, veiligheid en bereikbaarheid centraal plaatst. Deze twee initiatieven ontbreken in dit plan en daarom zal dit plan niet leiden tot de stad op mensenmaat die de bestuurscoalitie voor ogen heeft. De officiële oppositie mag dan wel kritiek formuleren op het plan. Een alternatief hebben ze niet. De kritiek van N-VA klinkt heel erg hol wanneer je weet dat hun minister Ben Weyts verantwoordelijk is voor de besparingsoperatie bij De Lijn die de tarieven verhoogde en het aanbod verminderde.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie