Een leven, een land, een cruciaal ogenblik: de film Persepolis

Soms vergeten we wel eens dat de geschiedenis geen boek of artikel is, maar het leven. En dat we zelf deel uitmaken van de geschiedenis: we leven de geschiedenis en maken het. Persepolis is een animatiefilm van Marjane Satapri en Vincent Paronnaud. Het vertelt het verhaal van het huidige Iran door de ogen van een klein meisje met grote ambities. Een aangrijpend verhaal dat op een originele wijze wordt gebracht.

Vertaling vanuit het Iranese studentenblad Bazr (www.bazr1384.com), met dank aan Reza (LSP-Gent)

De tegenstellingen in het land, maar ook in haar persoonlijke leven, vormen de rode draad doorheen de film over Marjane’s leven en de geschiedenis van Iran. Marjane is negen jaar als een golf van revolutie het land overspoelt. Deze golf zorgt ervoor dat haar ouders deelnemen aan betogingen en politieke discussies mee naar huis brengen. De beweging zorgde ervoor dat politieke gevangenen van onder het regime van de Shah werden bevrijd en uiteindelijk werd de monarchie omvergeworpen. In het eerste deel van de film wordt een beeld gegeven op het leven en de strijd van drie generaties van Marjane’s familie. Daarin krijgen we een beeld op de geschiedenis van dictatuur, olie en afhankelijkheid, opstand en revolutie, onderdrukking en meer opstanden.

De jeugd van Marjane wordt gedomineerd door familieleden die strijd leverden tegen het heersende systeem. Haar moeders vader was een prins uit een vervallen dynastie, maar werd een communist. Haar oom sloot aan bij de Democratische Partij van Azerbeidjan, een partij die steun gaf aan de naburige Sovjetunie en die probeerde een autonome regio te vormen. Deze beweging voor meer autonomie werd de kop ingedrukt door de regering.

Naast de historische schets wordt in dit stuk gewezen op een andere vaststelling. De fundamentele tegenstellingen in deze samenleving zorgen ervoor dat ook een aantal geprivilegieerde intellectuelen in opstand komen tegen het systeem. Ze gaan in tegen de bestaande verhoudingen en begrijpen de noodzaak om de wereld te veranderen waarbij ze de kant kiezen van de onderdrukten en soms zelfs mee leiding geven aan bewegingen. In Iran hebben tal van intellectuelen deze weg met hun leven betaald.

Eenvoudige dialogen en afbeeldingen vertellen de bittere waarheid over de tirannen en hun lakeien. Hierdoor is er een “educatief” aspect aan de film, maar tegelijk is de kijker een toeschouwer die naar de geschiedenis kijkt. Marjane is duidelijk geen gemiddeld Iranees meisje, ze komt van een intellectuele familie met een comfortabel bestaan. Maar Persepolis toont via haar leven wel een collectieve geschiedenis aan de hand van de hoop, verwachtingen en dromen van ons allemaal.

De geschiedenis voor de geboorte van Marjane vormt de achtergrond om haar leven te begrijpen. Historische gebeurtenissen bepalen ons lot en spelen een niet onbelangrijke rol in het vormen van de wereld waarin we nu leven: de Iranese revolutie van 1979 en wat erna kwam. Het omverwerpen van de monarchie leidde tot het aan de macht komen van de Islamitische Republiek. Bij de tekeningen van Satrapi zien we beelden van onderdrukking, vrouwen die verplicht worden een hoofddoek te dragen, arrestaties, mensen die het land ontvluchten en terechtstellingen. De Islamitische Republiek gaat in tegen de revolutionaire golf die de Sjah ten val bracht. Anoush, de oom van Marjane, die bevrijd werd uit de gevangenissen van de Sjah wordt opnieuw opgepakt. Marjane bezoekt hem in de cel de avond voor hij wordt geëxecuteerd. Anoush vertelt Marjane dat hij gelooft in de uiteindelijke overwinning van de arbeidersklasse. Voorheen zagen we de enorme hoop en vreugde van de Iranese bevolking in de eerste dagen van de revolutie toen de anti-monarchistische betoging net begonnen. Het komt in de film tot uiting in het vreugdevolle spelen van Marjane met haar vader. Dat komt tot een abrupt einde. De executie van Anoush wordt een symbool voor de nederlaag van de revolutie. In een emotionele scène laat Marjane haar woede tonen tegenover de god die ze zichzelf inbeeldt.

We krijgen hier voor het eerst te maken met de enorme mentale conflicten van Marjane. Telkens ze met een moeilijk probleem wordt geconfronteerd, of met iets dat ze niet begrijpt, dan richt Marjane zich tot haar god – een oude man met een witte baard die op de wolken zit. Hij vertegenwoordigt niet echt een specifieke godsdienst. Aangezien Marjane’s god enkel in haar eigen hoofd bestaat, biedt hij weinig echte hulp. Hij vertegenwoordigt de strijd tussen het bekende en het onbekende in haar hoofd.

Net na de revolutie zien we hoe Marjane en andere kinderen een jongen achtervolgen wiens vader lid was van de Savak, de geheime politie van de Sjah. Maar bij deze confrontatie is Marjane niet in staat om hem te slaan. Nadien vertelt de god van Marjane dat dit geen probleem is en dat gerechtigheid zal komen. Met andere woorden: de hoop dat de revolutie voor vooruitgang zal zorgen, is nog steeds aanwezig. Na de executie van Anoush verschijnt de god opnieuw, maar nu zegt hij dat hij niets kan doen. De revolutie is geëindigd met een nederlaag. Marjane verwerpt deze stelling, maar dat is niet permanent. Haar standpunten veranderen nogal eens. De werkelijkheid heeft een constante invloed op onze opvattingen en onze kennis en leidt tot hoogtes en laagtes in de ontwikkeling van ons leven en ons denken.

Later in de film komt de god opnieuw op het toneel op een ogenblik dat Marjane er niet in slaagt om een nieuw leven te vinden in het buitenland. Marjane is het leven dan beu, maar ze heeft meer ervaring en is zich bewust van de rol die ze zelf kan spelen in het bekomen van verandering. Op dat ogenblik begeleidt Marx de god. Dat vormt een humoristisch ogenblik in de film omwille van de vreemde figuur die van Marx wordt gemaakt.

De vestiging van de Islamitische Republiek na de staatsgreep van 1981 wordt afgebeeld door de gezichten van kleine meisjes die zwarte hoofddoeken dragen. Dat is echter slechts een deel van de realiteit. We zien ook het verschil in de persoonlijkheden van deze meisjes, die met eenvoudige maar levendige lijnen worden getekend tegenover de zwarte kledij rond hun mooi uitgewerkte gezichten. De rebellie van de vrouwen en meisjes tegenover de Islamitische Republiek is een deel van het verhaal, en de vertelster is zelf een symbool van deze levendige kracht.

Marjanes conflicten met verschillende vertegenwoordigers van het regime tegen de achtergrond van repressie, zorgt ervoor dat haar ouders haar naar het buitenland sturen. Nu krijgen we te maken met een andere periode in de film: de kennismaking met het Westen. Marjane wordt naar Oostenrijk gestuurd en ze komt er terecht in een internaat van de nonnen. De nonnen lijken op de Islamisten in Iran: hun gezichten worden even ruw en lelijk getekend als die van de aanhangers van Khomeini, de Pasdaran (Revolutionaire Garde) of de Basij (Islamitische morele politie). In Wenen krijgt Marjane te maken met eenzaamheid, heimwee, racisme en tegelijk haar pubertijd met de eerste liefdes en ontgoochelingen. Een rebels meisje uit Iran sluit natuurlijk snel vriendschap met andere rebelse en semi-anarchistische jongeren. Ze kennen allen conflicten met de autoriteiten en zijn daarom gefascineerd door verhalen over oorlog en revolutie. We krijgen in deze episode te maken met verschillende reacties tegenover het migranten meisje: racisme enerzijds, maar ook rebellie tegen de gevestigde machten.

Het is nuttig om op te merken dat de film zelf het product is van rebelse mensen uit zowel het “Zuiden” als het “Noorden”. Voor de realisatie van deze film kon Satrapi rekenen op medewerking van Europese artiesten als Vincent Paronnaud (ook gekend onder het pseudoniem Winshluz). Die beschouwt zichzelf als een “underground” artiest en hij wil zijn onafhankelijkheid en vrijheid van opvattingen behouden, zelfs indien dit betekent dat hij het vaak met weinig middelen moet doen. In een interview dat beschikbaar is op de website van Persepolis, stelt Satrapi: “Op heel wat vlakken zijn we erg verschillend en zelfs tegengesteld aan elkaar. Maar we vulden elkaar aan bij het maken van deze film en toonden dat alle theorieën over de grote cultuurverschillen tussen oost en west vaak nonsens zijn”. Het effect van Perspepolis in het Westen zorgt ervoor dat deze film mee een aantal vooroordelen kan doorprikken en een breder publiek bekend kan maken met de tradities van strijd in Iran.

Bij de eerste ontgoochelingen op liefdesvlak, besluit Marjane dat ze wil terugkeren naar Iran. Het is inmiddels 1988 en het regime is net overgegaan tot het afslachten van politieke gevangenen na de oorlog met Irak. Een miljoen mensen werden gedood of raakten zwaar gewond. Talloze straatnamen werden veranderd en kregen de namen van gesneuvelde soldaten. Door een stad wandelen, leek hierdoor steeds meer op een “wandeling door een begraafplaats”. Het falen van Marjane in Oostenrijk, samen met de doden in Teheran en de schijnbaar uitzichtloze situatie, maken haar moedeloos. Ze begint na te denken over de dood, maar haar god (en Marx) komen haar vertellen om vol te houden. Marx legt er de nadruk op dat de strijd verder gaat en Marjane geeft de hoop niet op. Ze wil haar houding in de praktijk omzetten en neemt deel aan examens en gaat naar de universiteit.

Als haar god een uitdrukking is van de strijd van Marjane om de werkelijkheid te begrijpen, dan speelt haar grootmoeder de rol van ervaring en bewustzijn. Zij vormt een kleurrijk personage doorheen de film, vol met ervaring maar tegelijk goedlachs en met een gevoel voor humor waarbij ze ingaat tegen alles dat volgens haar fout loopt. Ze vloekt regelmatig, plukt iedere morgen jasmijn om “goed te ruiken” en ze leert Marjane dat ze voor zichzelf moet zorgen door haar integriteit te bewaren. Als Marjane de rug toekeert naar haar eigen waarden omwille van zwakheid of angst (tegenover het racisme in Oostenrijk of de Pasdaran in Iran), legt de grootmoeder telkens nadruk op het belang om de eigen principes te behouden. Zelfs in de meest moeilijke omstandigheden, hebben we keuzes.

Deze film toont een aantal belangrijke vragen over revolutie. Er komen niet noodzakelijk antwoorden op, maar het zet wel aan tot nadenken en het vraagt naar analyses. Op een bepaald ogenblik is een familielid van Marjane ziek en moet ze een bypass operatie ondergaan, maar dat is niet mogelijk in Iran. Om te kunnen leven, moet dit familielid een toelating krijgen om het land te verlaten. Zijn baas is een strikte moslim, liet zijn baard groeien en kijkt vrouwen nooit in de ogen. Hij weigert toelating te geven om het land te verlaten. Hij zucht dat het lot van de patiënt “de wil van god” is. Dit beeld geeft ons het gevoel van onmacht dat velen voelen tegenover de nieuwe reactionaire machthebbers en hun ontkenning en vijandigheid tegenover wetenschap, logica en de belangen van de bevolking.

Dit personage laat ons kennis maken met de politieke en ideologische kwesties waarmee iedere revolutie wordt geconfronteerd. De oude orde wordt omver geworpen er is worden nieuwe verhoudingen gecreëerd. Maar als de leiding in handen is van krachten die er belang bij hebben om de oude orde in nieuwe vormen te behouden (zoals het geval was na 1979 in Iran), dan kunnen achtergebleven tendensen in het bewustzijn versterkt worden en kan dat omgezet worden in een instrument van de nieuwe heersende klasse. Eén van die tendensen werd gevormd door pogingen van gewone mensen om hogerop te raken waar dit voorheen niet mogelijk was. Dat neemt soms zelfs het gevoel van wraak aan, waarbij deze wraak niet gericht wordt tegen de privileges van de heersende klassen, maar tegen de meer geschoolde collega’s. Zonder een fundamentele verandering in de sociale verhoudingen, kan slechts een kleine minderheid iets bereiken terwijl de grote meerderheid steeds onderdrukt blijft. De Islamitische Republiek heeft iedere reactionaire ideologische mogelijkheid benut, met vooraan de religie, om de bevolking onder de knoet te houden en haar eigen heerschappij te bewaren. Het resultaat was een brutale onderdrukking van intellectuelen, maar ook van de massa’s.

Persepolis biedt op een eigen wijze een beeld van de misdaden van de Islamitische Republiek. Daarbij wordt niet over het hoofd gezien wat de rol van het Westen was in het naar voor schuiven van marionettenregimes die de bevolking onderdrukken. De kijkers worden erop gewezen wat de rol van Groot-Brittannië was in de staatsgreep die de vader van de Sjah aan de macht bracht, het leegplunderen van de olievoorraden in het land, de opleidingen die de beulen van de Savak kregen van de CIA, de wapenleveringen door Westerse landen aan beide kanten tijdens de oorlog tussen Iran en Irak. Dat wijst er allemaal op dat Iran zich niet in een vacuüm bevindt, maar deel uitmaakt van een systeem dat wereldwijd actief is. De strijd in iran moet dan ook deel uitmaken van een globale strijd tegen dit systeem.

Deze film is een opvallend werkstuk. De minimalistische vorm lijkt een uitstekende manier om een verhaal te vertellen met zoveel gebeurtenissen en belangrijke thema’s. De eenvoudige woorden, simpele tekeningen en beperkte kleuren zorgen voor een compact verhaal vol humor en subtiliteiten. En dat allemaal op anderhalf uur. Wat in een andere context als een artistieke zwakte zou gezien worden, zoals het gebrek aan kleuren en de ruwe lijnen, vormt hier in deze film net een sterkte. Over deze vorm stelde Satrapi: “De lijnen in computergestuurde tekeningen zijn beperkt, ze nemen de personaliteit weg uit de personages. Mensen zijn niet perfect en de zelfgemaakte tekeningen geven een beter beeld van hun ziel.” Tegelijk is deze werkwijze natuurlijk bijzonder arbeidsintensief. De film van anderhalf uur toont immers 12 beelden per seconde. Deze film is het resultaat van drie jaar werken. Daarbij werd een rol gespeeld door tal van artiesten, onder meer Chiara Mastroianni, Catherine Deneuve, Danielle Darieux en Simon Abkarian, wiens stemmen verder leven gaven aan de personages. Maar ook achter de scène werd druk gewerkt aan de tekeningen, muziek,…

Satrapi en Paronnaud hebben het leven vol tegenstellingen getoond van een meisje in een land dat werd opgeschrikt door revolutie en werd opgesloten in een reactionair regime. Ze maakten er een mooi artistiek werk van. Satrapi stelde in een interview: “Als we de mensen niet zien als menselijke wezens, dan kunnen we bommen op hen gooien zonder dat er iets gebeurt. Iedere dag komen er honderden mensen om in Irak en er kwam niet eens een minuut stilte.” Gedurende jaren hebben de imperialistische heersende klassen (met de al dan niet bewuste of onbewuste hulp van het Iranese regime natuurlijk) de bevolking van Iran afgeschilderd als islamitische fanatici en fundamentalisten. Dat beeld moet de voorwaarden creëren om te kunnen overgaan tot massale slachtpartijen en oorlog. Deze film toont een meer realistisch beeld van verzet tegen het regime, mensen die van het leven genieten – zelfs indien het betekent dat ze in de problemen komen omdat ze lippenstift gebruiken. Om de arbeiders te verenigen, is het nodig om echte kennis te hebben over elkaars situaties, problemen en dromen. Satrapi stelde: “Als mensen naar de film gaan kijken en achteraf stellen dat het om mensen zoals ons gaat, dan is de film een succes”. Het enorme succes van de film in Frankrijk (en andere Europese landen) wijst op de sterkte ervan.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie