Solidariteit met de strijd van de Zuid-Afrikaanse studenten voor gratis onderwijs

sa-studentsEr is een tweede ronde bezig in de strijd voor gratis onderwijs. Campussen doorheen Zuid-Afrika lagen dinsdag plat door protestacties na de aankondiging van de ANC-regering dat de universiteiten volgend academiejaar het inschrijvingsgeld mogen optrekken. Eind 2015 was er een grote beweging onder de naam #FeesMustFall. De regering moest toen toegeven met een bevriezing van de inschrijvingsgelden voor 2016 en de belofte van een onderzoek naar de eis van gratis onderwijs.

Standpunt door het Uitvoerend Bureau van de Workers’ And Socialist Party (WASP)

De aankondiging van de mogelijke verhoging van de inschrijvingsgelden in 2017 wijst op de zwakte en de onzekerheid van de regering. Het snelle antwoord van de studenten met een nieuwe golf van protest toont de potentiële kracht van de beweging. Maar die kracht moet ingezet worden in een gedisciplineerde en gecoördineerde massabeweging. Dan is het mogelijk om de regering een nieuwe nederlaag toe te brengen.

Verdeel en heers

De ANC-regering heeft duidelijk op voorhand beslist dat ze niet instemt met gratis onderwijs. De commissie rond de inschrijvingsgelden kreeg een mandaat om de haalbaarheid van gratis onderwijs te onderzoeken. Dit is slechts een rookgordijn om verwarring te zaaien en ‘bewijzen’ te verzamelen waarmee aangetoond moet worden dat gratis onderwijs niet haalbaar is. De algemeen secretaris van de ‘communistische’ partij, Blade, verklaarde op televisie dat de studenten nu eenmaal moeten aanvaarden dat we in een kapitalistische samenleving leven. Als de regering ernstig was rond de kwestie van gratis onderwijs, dan kon ze een speciale belasting heffen op de vele miljarden die op de rekeningen van de grote bedrijven slapen bij gebrek aan winstgevende investeringsmogelijkheden. Of de regering kon eindelijk actie ondernemen tegen de fiscale fraude van bedrijven die hun winsten verstoppen. De regering zou ook kunnen beslissen om geen miljardeninvestering in kernenergie te doen.

Om een tweede nederlaag van de regering rond deze kwestie te vermijden, wordt meteen geprobeerd om verdeeldheid te zaaien en de beweging op een zijspoor te zetten. Sinds de nederlaag in 2015 werd veel aandacht geschonken aan de structuren van de PYA (Progressive Youth Alliance), waarmee de vakbondsfederatie Cosatu aan de regering werd gebonden en de regering zich op hypocriete wijze als pro-arbeidersklasse kon voordoen.

Minister van Hoger Onderwijs Blade Nzimande heeft vorig jaar de autonomie van de universiteiten aan de kant geschoven om een bevriezing van de inschrijvingsgelden op te leggen. Nu ontdekte hij plots opnieuw dat de besturen van de universiteiten de bevoegdheid hebben om de inschrijvingsgelden op te trekken. De regering wil de verantwoordelijkheid naar de universiteiten doorschuiven in de hoop dat de studenten zich tegen hen richten. Dit moet de aandacht van de regering afleiden en de studentenorganisaties die deel uitmaken van de PYA argumenten geven om de regering te verdedigen, de strijd te isoleren en te vermijden dat het tot een nationale massabeweging komt. Studenten hebben hier door gekeken. Met zijn standpunt dat een verhoging met 8% het maximum is, ondersteunt Blade in de praktijk de universiteiten die tussen de 6 en de 8% wilden.

Het cynisme werd nog groter toen Blade aankondigde dat de regering de verhoging van het inschrijvingsgeld voor de beursstudenten en voor studenten uit gezinnen met een laag inkomen voor haar rekening zal nemen. Het gaat naar schatting om 70 tot 80% van de studenten die volgend jaar de verhoging niet zelf moeten betalen. Met deze preventieve toegeving geeft de regering aan dat ze weet dat ze niet alle studenten tegelijk kan aanpakken. Er wordt geprobeerd om de mobilisaties moeilijker te maken door bewust verdeeldheid te zaaien. De regering leerde ook lessen uit de vorige beweging die in november vorig jaar massaal werd, maar nadien door een reeks verkeerde tactieken en methoden (zoals brandstichtingen in gebouwen) de meeste studenten afschrok.

Juiste tactieken

Het verdeel-en-heersbeleid van de regering heeft protestacties niet kunnen vermijden. Er zijn echter inspanningen nodig om zoveel mogelijk studenten te bereiken en te betrekken in een massabeweging voor gratis onderwijs. Ook de studentenactivisten moeten lessen trekken uit de voorbije jaren.

De meeste studenten betogen vreedzaam. Slechts een kleine minderheid ging over tot vernielingen aan gebouwen en materiaal van de universiteiten. De frustraties die tot geweld leiden, zijn begrijpelijk. Sommige studenten reageren tegen het gebrek aan inspraak in de commissie die onderzoek doet naar gratis onderwijs, ze proberen wanhopig om gehoord te worden. Maar het voorbije jaar zagen we dat vreedzame massaprotesten efficiënter zijn. Geen enkele brandstichting van een gebouw heeft geleid tot massasteun. Het had een omgekeerd effect en legde de basis voor verdeeldheid waardoor het in de handen van de tegenstrevers speelde.

Een activist aan de universiteit UKZN beloofde ‘massale vernielingen’. Dit is bijzonder contraproductief. De media spelen natuurlijk een reactionaire rol in het opblazen van de kleine minderheid van protestacties die gewelddadig zijn, dergelijke acties hebben blijkbaar meer ‘nieuwswaarde’ dan grotere vreedzame acties. De vele standpunten van de verschillende studentenorganisaties geven voldoende aan waaorm actie gevoerd wordt, maar dit komt zelden in de media. Er wordt niet ingegaan op het feit dat private veiligheidsbedrijven op de campussen losgelaten worden voor geweld dat doet denken aan de tijd van de apartheid. Deze private veiligheidsbedrijven moeten onmiddellijk teruggetrokken worden.

Eenheid van studenten en werkenden

Een ander belangrijke ontwikkeling die gunstig is voor de studenten is de strijd van het personeel op de campussen na de nederlaag van 2015. Schoonmakers, keukenpersoneel, veiligheidsagenten, groenwerkers, … kwamen doorheen het land op verschillende campussen in actie. Dit gebeurde vaak onder de noemer #OutsourcingMustFall, een campagne waarin wij bijzonder actief waren. Er werden aan verschillende universiteiten toegevingen afgedwongen met insourcing van diensten en substantiële loonsverhogingen. Deze beweging zag zich gesterkt door #FeesMustFall en het personeel erkent in grote mate dat hun strijd en die van de studenten dezelfde is.

De werkenden weten dat het de studenten waren die de eis van insourcing in 2015 naar voor brachten. Ze zullen niet aarzelen om hun solidariteit met de studentenstrijd te betuigen. Veel studenten hebben deze steun terecht verwelkomd. Maar zoals in alle aspecten van de strijd moet goed over tactieken nagedacht worden. In 2015 waren de eisen van de werkenden (tegen outsourcing, voor hogere lonen en betere arbeidsvroowaarden) bijkomend, nu moeten ze als centrale eis naast die van de studenten naar voor gebracht worden. De studentenbeweging van 2015 moedigde eenheid met de werkenden aan. We moeten deze eenheid consolideren om een brede betrokkenheid van werkenden te bekomen, zodat individuele werkenden er niet kunnen uitgepikt worden voor sancties of zelfs ontslag. Als de meest politiek bewuste werkenden van de campus verdwijnen, is dat niet goed voor zowel de strijd van het personeel als die van de studenten.

Er zijn spontane bijeenkomsten van werkenden om na te gaan hoe ze de studentenstrijd kunen steunen. Op veel campussen zijn er comités en andere fora. Werkenden en studenten moeten elkaars meetings bezoeken als afgevaardigden die nadien verslag uitbrengen in hun eigen structuren om zo tot eengemaakte beslissingen en georganiseerde eenheid te komen. #OutsourcingMustFall mobiliseert actief op deze basis zodat er een blijvende eenheid van werkenden en studenten komt.

Politieke conclusies trekken

Het uitbreken van protest ondanks de pogingen van de regering om verdeeldheid te zaaien, wijst erop dat politieke lessen getrokken worden. Voor veel studenten is de eis van gratis onderwijs niet enkel belangrijk om zelf te kunnen studeren, het is ook een veroordeling van de corruptie en de ongelijkheid in de samenleving. Velen trekken anti-kapitalistische conclusies, vele anderen zullen dit doen.

Begin 2015 lanceerde de Socialust Youth Movement de beweging #Occupy in Tshwane waarbij de Reserve Bank werd geviseerd en de eis voor gratis onderwijs centraal werd gesteld. Nog voor de aankondiging door Blade werd de #Occupy beweging nieuw leven ingeblazen. Dit voorbeeld werd gevolgd door een massameeting van studenten aan de universiteit van Wits waar voorgesteld werd om te betogen naar de beurs van Johannesburg. De studenten zijn steeds duidelijker over het feit dat de overgrote meerderheid van de rijkdom in handen is van een kleine kapitalistische elite. Dit biedt een antwoord op de vraag die velen stellen over waar het geld voor gratis onderwijs zal gezocht worden.

Wij hebben altijd gesteld dat de strijd voor gratis onderwijs moet verbonden worden aan de strijd voor socialisme, de strijd voor de nationalisatie onder arbeiderscontrole van de banken, mijnen, commerciële boerderijen, grote fabrieken en de grote bedrijven in het algemeen. Steeds meer studenten komen tot gelijkaardige conclusies.

Nood aan nieuwe nationale beweging

In 2015 konden de aan het ANC verbonden structuren van de PYA, in het bijzonder de studentenorganisatie SASCO, zich in de nationale leiding van de beweging manoeuvreren en slaagden deze erin omp de studenten te demobiliseren en de regering overeind te houden. Ze moesten toen onder druk van onderuit spreken over betaalbaar en zelfs gratis onderwijs. Dat excuus laten ze nu vallen.  We veroordelen de verklaring van de nationale leiding van SASCO die de regering steunt op het vlak van het inschrijvingsgeld. Terwijl enerzijds op anti-kapitalistische gevoelens wordt ingespeeld, wordt anderzijds steun gezocht voor de pro-kapitalistische ANC-regering. We roepen de basis van SASCO op om de positie van de leiding te verwerpen en samen met andere studenten te bouwen aan een verenigde beweging rond een gemeenschappelijk project met anti-kapitalistische en socialistische eisen.

Op vele campussen is SASCO duidelijk overstapt naar de andere kant in de strijd. Er worden gewelddadige tegenbetogingen gehouden als de studenten protesteren. Eerder dit jaar werd SASCO al ingezet bij een poging om een staking van personeel op de campus TUT tegen outsourcing te breken. Oprechte studenten bij SASCO mogen niet aanvaarden dat ze gebruikt worden als gewelddadige groep die strijd van studenten en werkenden breekt.

Een splitsing in SASCO is mogelijk als de structuren moeten kiezen aan welke kant van de barricades ze staan. De strijd voor gratis onderwijs moet zo’n splitsing aanmoedigen en daarmee een belangrijk obstakel in de ontwikkeling van een nieuwe nationale studentenbeweging uit de weg ruimen.

Dit is een belangrijke taak voor een succesvolle massabeweging voor gratis onderwijs. Er worden al veel belangrijke stappen in deze richting gezet, zo zijn er zaterdag [vandaag dus] regionale meetings gepland. We zijn solidair met de studenten en de strijd voor gratis onderwijs. De eerste taak voor de studenten is nu het opzetten van een nationale beweging voor gratis onderwijs met een socialistisch programma.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie