62 rijksten even rijk als armste 3,5 miljard. Een ander systeem is nodig

In de aanloop naar het Wereld Economisch Forum in Davos, een bijeenkomst van de financiële en economische elite, publiceert Oxfam traditiegetrouw een rapport over de kloof tussen arm en rijk. In 2014 werd vastgesteld dat de 85 rijksten even rijk waren als de helft van de wereldbevolking, vorig jaar dat de 1% rijksten meer bezaten dan de 99% anderen. Dit jaar is het meest opvallende cijfer dat van de 62 rijksten die even rijk zijn als de armste helft van de wereldbevolking.

De rijkdom van de armste helft van de wereldbevolking is er tussen 2010 en 2015 met maar liefst 41% op achteruit gegaan. De 62 rijksten zagen hun vermogen in dezelfde periode met 500 miljard dollar toenemen tot een duizelingwekkende 1.760 miljard dollar, het ging om een stijging met 44%. Waar er in 2010 nog 388 superrijken nodig waren om de rijkdom van de armste helft van de wereldbevolking te evenaren, is dit nu al afgenomen tot 62. Sinds de eeuwwisseling waren de 1% rijksten goed voor de helft van de totale toename van rijkdom. Anders gezegd: de scherpe concentratie van rijkdom in handen van slechts enkelen zet zich versneld door.

Grafiek van Oxfam
Grafiek van Oxfam

Op topbijeenkomsten zoals het Wereld Economisch Forum betuigen wereldleiders gemakkelijk lippendienst aan de strijd tegen ongelijkheid, maar maatregelen kunnen ze uiteraard niet voorstellen. Of er een element van slechte wil meespeelt, weten we niet en is ook niet van doorslaggevend belang. De groeiende ongelijkheid zit immers ingebakken in het kapitalistische systeem. Zelfs met een stevige portie goede wil, kan de ongelijkheid niet aangepakt worden zonder ook het systeem zelf te bestrijden. (zie ons dossier: van waar komt ongelijkheid?)

Dat er van het Wereld Economisch Forum niets moet verwacht worden, blijkt uit de vaststelling van Oxfam dat negen op de tien bedrijven die partner van het WEF zijn in minstens één belastingparadijs aanwezig zijn. Belastingontduiking, al dan niet legaal, door grote bedrijven zou de ontwikkelende landen minstens 100 miljard dollar per jaar kosten.

Oxfam merkt terecht op: “In een wereld waar een op de negen kinderen elke avond met honger naar bed gaan, kunnen we de rijksten niet blijven een steeds groter deel van de koek geven.” Oxfam stelt maatregelen voor, zoals strijd tegen belastingontduiking, investeringen in openbare diensten en hogere lonen voor de laagst betaalde werkenden. Wij zijn daar ook voorstander van.

Om het te realiseren, moeten we echter het volledige systeem bestrijden. Zoals we opmerkten in ons dossier over ongelijkheid: “Ongelijkheid is inherent aan het kapitalisme. Het is geen foutje van het systeem, maar een systeem dat fout is. Uiteindelijk staan de belangen van een kleine elite centraal. Belangen die ze door haar bezit van de sleutelsectoren van de economie en de bijhorende politieke macht ook kan behartigen.”

Wij komen op voor een socialistisch alternatief, een systeem waarin democratisch wordt beslist over wat en hoe er wordt geproduceerd en waarin bijgevolg de sleutelsectoren van de economie in handen van de gemeenschap zijn. De studie van Oxfam bevestigt dat er voldoende middelen zijn om iedereen een degelijk leven aan te bieden – de superrijken zouden 7.600 miljard dollar in belastingparadijzen geparkeerd hebben. Waarop wachten om de strijd voor een ander systeem aan te gaan? De elite zal de macht niet vrijwillig uit handen geven, we moeten ons organiseren en botsen daarbij op alle verdegingsmethoden van de elite. Maar zoals de studie van Oxfam ook bevestigt, hebben wij de kracht van ons aantal. Doe mee met LSP!

Delen:
Printen:
Voorpagina van De Linkse Socialist