Beleid van Netanyahu leidt tot meer slachtoffers

Tactiek van “beheersing van het conflict” is compleet mislukt

Spandoek van de Socialistische Strijdbeweging op een betoging in Tel Aviv: "Joden en Arabieren samen in strijd tegen de regering van bezetting en kapitaal"
Spandoek van de Socialistische Strijdbeweging op een betoging in Tel Aviv: “Joden en Arabieren samen in strijd tegen de regering van bezetting en kapitaal”

Het arrogante beleid van “beheersing van het conflict” door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu leidt dagelijks tot een groeiend aantal slachtoffers en dit langs beide kanten van de nationale verdeeldheid. Sinds begin oktober werden 58 Palestijnen, 10 Israëli’s en een asielzoeker uit Eritrea vermoord. Meer dan 4.000 Palestijnen en 100 Israëli’s raakten gewond, in het geval van een groot aantal Palestijnen gebeurde dit tijdens betogingen. Het was de dodelijkste maand in het nationale conflict sinds de de oorlog in Gaza in de zomer van 2014.

Artikel door Yasha Marmer, Socialistische Strijdbeweging (CWI in Israël/Palestina)

In zijn eerste ambtstermijn als premier beloofde Netanyahu op cynische wijze “een computer voor elk kind.” Zijn vierde regering vandaag belooft een geweer aan elke Joodse burger en de doodstraf voor elke Palestijnse verdachte. Het ministerie van binnenlandse zaken besloot om de wapenwetgeving minder streng te maken, waardoor het makkelijker wordt om een wapen in huis te halen. Ministers, burgemeester en politieverantwoordelijken riepen het publiek al op om zich te bewapenen. De afgelopen twee weken tijd was er een toename van het aantal aanvragen voor wapenvergunningen met 5000%.

De lijst van ‘onmiddellijke verdachten’ wordt ook elke week langer: Arabische Palestijnen, asielzoekers, Joden van Mizrahi Arabische of Kaukasische oorsprong – iedereen wordt een ‘potentiële terrorist’ tot het tegendeel bewezen is.

Woordvoerders van de regering kloppen samen met hun spreekbuizen in de gevestigde media overuren om elke kogel van het Israëlische leger, de politie en de grenspolitie te rechtvaardigen. Er wordt daarbij ingespeeld op de oprechte veiligheidsvrees onder de Joodse bevolking.

Op 21 oktober werd de Joodse veiligheidsagent Simha Hodedatov, afkomstig uit Dagestan, neergeschoten door twee Israëlische soldaten in Jeruzalem. De Israëlische media benadrukten dat Hodedatov tijdens de confrontatie met de soldaten “Ik ben Daaesh” (Isis) zou geroepen hebben. Andere verslagen stelden dat hij riep “Ben ik van Daaesh?”. Het doel van de verdraaiing was duidelijk: de schietpartij rechtvaardigen.

In het geval van Palestijnse verdachten gebeurt de ‘rechtvaardiging’ op automatische piloot. Toen de jonge Palestijnse vrouw Asra Abed uit Nazareth werd neergeschoten terwijl ze omringd was door tientallen gewapende agenten en soldaten, kreeg ze meteen het etiket “terrorist” opgeplakt. Palestijnen die vragen stellen en protesteren, werden door de Israëlische media beschuldigd van sympathie voor terrorisme.

Een week na het incident met de jonge vrouw verscheen een klein artikeltje in een lokale krant waarin stond dat de politie de mogelijkheid onderzoekt dat de vrouw helemaal geen aanval wou uitvoeren. Dit haalde de voorpagina’s niet.

Voor de moord op Abed was er het neerschieten van Fady Alon, een Palestijnse jongere die gefilmd werd toen hij probeerde te ontsnappen aan een groep Joodse kolonisten nadat hij naar verluidt een van hen zou neergestoken hebben tijdens een gevecht. Hij werd door een agent neergeschoten, die volgens de videobeelden niets ondernam om Fady Alon eerst te stoppen.

De Joodse terrorist die twee maanden geleden een dodelijke aanslag uitvoerde op een Gay Pride in Jeruzalem of de andere Joodse terroristen die recent werden opgepakt, werden bij hun arrestatie geen haar gekrenkt. Dat is geen toeval, het is het beleid dat van bovenaf wordt opgelegd.

Het beleid van executies zonder proces en de toekenning van het recht om te doden aan een steeds grotere groep, zal geen einde maken aan pakweg steekpartijen. Het zal geen veiligheid bezorgen aan de Israëlische Joden en al helemaal niet aan de Arabische Palestijnen en niet-Joden. Het is niet verbazingwekkend dat Palestijnse ouders uit Acre bang waren om hun kinderen naar een toneelstuk in Tel Aviv te laten gaan en de uitstap afzegden. Ook een aantal scholen uit Tel Aviv zegden geplande uitstapjes naar Jeruzalem af.

Verantwoordelijkheid doorschuiven

Waar de samenleving naartoe gesleurd wordt door deze regering, zagen we met de terreuraanslag op een busstation in Beer Sheva en een lynchpartij direct erna. Habtom Zarhum, een asielzoeker uit Eritrea wachtte op een bus toen het busstation werd aangevallen. Hij werd door veiligheidsagenten neergeschoten en vervolgens gelyncht en dit enkel en alleen omwille van zijn huidskleur. Hij betaalde met zijn leven voor de angstcampagne van de regering.

Op 21 oktober arresteerde de politie vier verdachten voor de lynchpartij. Twee ervan zijn cipiers. Ze werden een dag later op borgtocht vrijgelaten. Jonge Palestijnen die als Israëlische inwoners uit Haifa, Acre, Jaffa en andere plaatsen komen, werden daarentegen dagenlang vastgehouden omdat ze op Facebook hadden opgeroepen tot protestacties tegen de bezetting en tegen het regeringsbeleid.

Netanyahu en minister van defensie Ayalon probeerden de verantwoordelijkheid voor de lynchpartij te ontlopen en riepen burgers op om het recht niet in eigen handen te nemen. Maar de mensen die in de lynchpartij betrokken waren, volgden slechts de boodschap van het parlement, de minister van defensie, de premier en de ‘oppositie’ in het parlement op. Zeker de twee cipiers volgden het nieuwe semi-officiële beleid van executies zonder proces van elke (niet-Joodse) terreurverdachte.

De dood van Habtom Zarhum werd door de woordvoerders van de regering voorgesteld als het resultaat van tragische omstandigheden. Maar wie heeft die omstandigheden veroorzaakt? De regering reageert op de escalatie van het conflict – een escalatie die ze zelf heeft aangewakkerd – met steeds meer repressie tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem. Er zijn arrestatiegolven, waarbij ook kinderen worden opgepakt, collectieve straffen, minder strenge wapenregels, er worden controleposten opgetrokken en er worden troepen ingezet in Palestijnse buurten van Oost-Jeruzalem. Dat heeft de situatie niet gekalmeerd maar net meer wanhopige Palestijnse jongeren vanuit Jeruzalem en andere plaatsen aangezet tot willekeurige aanslagen op Joden.

Volgens een peiling van de televisiezender van het parlement is 72% van de Israëli’s niet tevreden met de wijze waarop Netanyahu de “huidige terreurgolf” aanpakt. Zijn beloften om de rust te herstellen, werden niet in de realiteit gebracht. Volgens een eerdere peiling van hetzelfde kanaal, denkt 68% niet dat een ‘centrumlinkse’ regering onder leiding van Issac Herzog (Arbeiderspartij) of Yair Lapid (van de partij Yesh Atid) het beter zou doen.

Dit is niet verrassend, de oppositieleiders in het parlement hebben het rampzalige beleid van rechts steeds gesteund: het afsluiten van wijken in Oost-Jeruzalem, versoepeling van de mogelijkheid om te schieten op stenengooiers, strengere celstraffen, … Ze hebben het regeringsbeleid ondersteund zonder een alternatief naar voor te schuiven. De steun voor rechtse politici als Naftali Bennett en Avigdor Lieberman neemt toe, maar niet dramatisch.

Onder de Israëlische Joden is er een toename van nationalisme en steun voor rechts. Maar delen van de bevolking trekken de conclusie dat geen enkele gevestigde partij een uitweg uit de constante oorlogsdreiging kan bieden. De regering heeft geen militaire oplossing voor het nationale conflict en kan ook geen militaire ‘oplossing’ hebben, het maakt de situatie immers enkel erger. Zelfs legerleider Gadi Eizenkot gaf op de tweede televisiezender toe: “Er is geen militaire oplossing voor dit soort uitdagingen” (21 oktober 2015).

Er is dringend nood aan een gezamenlijke strijd van Joden en Arabieren tegen de escalatie van het conflict, willekeurige aanslagen op burgers en tegen het regeringsbeleid. Het is belangrijk dat deze strijd brede lagen van de samenleving mobiliseert tegen de oorzaken van het probleem: de bezetting en de nederzettingen, de discriminatie en nationale onderdrukking en het kapitalistische systeem. Dit moet gepaard gaan met een politiek alternatief: de opbouw van een linkse politieke kracht van Joden en Arabieren met een socialistisch programma.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie