Regering wil stakingsrecht ‘hervormen’ om protest tegen haar besparingen het zwijgen op te leggen

Historicus Marc Hooghe: “De arbeidersbeweging kan het meest realiseren als ze op straat komt en haar stakingsmiddel hanteert.” Dat is waarom rechts een probleem met het stakingrecht heeft…

stakingsrechtHet incident in Luik wordt verder uitgespeeld door de rechterzijde om in het offensief te gaan tegen het stakingsrecht. De liberalen van N-VA en Open Vld komen eens te meer met hun standpunt dat “het recht op werk” moet erkend worden, maar dan uiteraard enkel voor wie al werk heeft. Bij CD&V, de zogenaamde ‘sociale vleugel’ van deze regering, klinkt het dat de vakbonden zelf moeten nagaan hoe ze het stakingsrecht ‘hervormen’ (lees: afbouwen). Het doel van het offensief tegen het stakingsrecht is duidelijk: protest tegen het gevoerde beleid het zwijgen opleggen.

Artikel door Geert Cool

Wegblokkades door Europa erkend als gerechtvaardigde vorm van protest

Aanleiding voor het nieuwe offensief is het incident in Luik waar we in dit artikel op reageren. Een wegblokkade als vorm van protest zou volgens de rechterzijde ongezien en onaanvaardbaar zijn. Nochtans is er een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 2003 naar aanleiding van een blokkade op de Brennerpas in Oostenrijk waarbij het Hof oordeelde het dat grondrecht op vrijemeningsuiting erkend moest worden en dat de toepassing ervan ook gevolgen had voor andere weggebruikers. Het feit dat de actie tijdig aangekondigd was en er omleidingsroutes aangegeven waren, maakte dat de Oostenrijkse autoriteiten volgens het Hof de 30 uren durende blokkade niet hadden moeten opbreken. Kortom, een wegblokkade is onderdeel van het recht op collectief protest indien het tijdig wordt aangekondigd. Dat was met de Luikse stakingsoproep het geval.

Europese regels die besparingen opleggen, worden steeds zonder morren uitgevoerd. De politici verschuilen zich dan achter Europa om zelf niet de verantwoordelijkheid voor hun beleid te moeten dragen. Maar als er Europese uitspraken zijn die het recht op collectieve actie beschermen, dan wordt dat zomaar aan de kant geschoven. Eerder werd het inzetten van deurwaarders na procedures op eenzijdig verzoekschrift op Europees niveau betwist, maar ook daar houden de Belgische autoriteiten geen rekening mee. En hoe zat het alweer met de Europese aanbevelingen over vakbondsvertegenwoordiging in KMO’s?

Vandaag klinkt het bij de rechterzijde alsof een wegblokkade een ernstige misdaad is. Er wordt begonnen met een autosnelweg, maar ongetwijfeld zullen daarna ook acties op gewestwegen en uiteindelijk op alle andere wegen onder vuur genomen worden. De minste betoging kan immers tot files leiden. Mogen we straks enkel in een speciaal daartoe aangelegde protestweide ver weg van de bewoonde wereld ‘betogen’ en enkel buiten de werkuren ‘staken’?

Recht op werk, maar niet voor de honderdduizenden mensen-zonder-werk?

Het is vreemd dat liberalen die ons zeggen dat ze geen garanties kunnen bieden dat de door hen beloofde ‘jobs, jobs, jobs’ er ook effectief komen, nu plots beweren op te komen voor het recht om te werken. Het gaat uiteraard enkel om het ‘recht’ op werk voor wie al werk heeft. De honderdduizenden mensen-zonder-werk (de term ‘werkloze’ heeft tegenwoordig enkel betrekking op mensen-zonder-werk die nog een werkloosheidsuitkering krijgen) hebben uiteraard geen recht op werk. Zij hebben enkel plichten, geen rechten.

In de 19e eeuw gold een verbod op het organiseren van vakbonden door het zogenaamde ‘samenspanningsverbod’ dat in België werd ingevoerd tijdens de Franse bezetting door het regime van Napoleon. Die wetgeving was gebaseerd op de beruchte Wet Le Chapelier en het decreet D’allarde (beiden uit 1791!). De wet ‘Le Chapelier’ stelde onder meer: “Alle samenscholingen van ambachtslui, arbeiders, gezellen, dagloners of die op hun aansporing zijn tot stand gekomen tegen de vrije uitoefening van de nijverheid en de arbeid door om het even welke persoon,… zullen beschouwd worden als oproerige samenscholingen en als dusdanig uiteengedreven worden door de openbare macht…” De huidige patronale Napoleons betreuren nog steeds de afschaffing van bovengenoemde wetgeving in 1919.

De argumentatie van de rechterzijde is vandaag identiek aan die van de Napoleontische wet: acties mogen het ‘recht op ondernemen’ en het ‘recht op arbeid’ niet verstoren en kunnen door de openbare macht gestopt worden. Kortom, acties mogen enkel in die mate dat niemand er iets van merkt. Zo zitten we terug op de hoger aangehaalde protestweide buiten de bewoonde wereld als enige plaats waar protest nog mag.

Socialisten zijn voor het recht op werk voor iedereen, vandaar voorstellen om de arbeidstijd te beperken met behoud van loon en bijkomende aanwervingen zodat het beschikbare werk wordt verdeeld. Vandaar ons verzet tegen afdankingen en het besparingsbeleid dat onder meer duizenden jobs in de publieke sector op de helling zet. Als de liberalen het ernstig menen met hun ‘recht op werk’, dat ze dan eerst de honderdduizenden mensen-zonder-werk dat recht te geven. Een beleid dat daartoe beslist, zou overigens ook minder aanleiding tot protest geven.

Rechtse regering wil protest het zwijgen opleggen

De liberalen klagen dat er in België geen welomlijnde definitie van het stakingsrecht bestaat. Dat klopt en het is ook geen toeval. Het stakingsrecht is afgedwongen door arbeidersstrijd van onderuit, het is het resultaat van een krachtsverhouding in een strijd tussen de werkenden enerzijds en de werkgevers en hun politieke marionetten anderzijds. Natuurlijk laten wij in deze strijd niet toe dat de regels bepaald worden door het kamp dat net bestreden wordt. Onder druk van ons aantal moest het andere kamp doorheen de geschiedenis wel een aantal actievormen toelaten.

Daar gaat het nu ook om. De rechtse regering wil van de tekenen van zwakte langs onze kant – het gebrek aan een nieuw duidelijk actieplan, verdeeldheid tussen en binnen vakbonden, afwezigheid van een politiek alternatief waarmee de rechtse regering kan vervangen worden – gebruik maken om de krachtsverhouding te doen kantelen. Sommigen gaan daar heel ver in en leggen meteen een programma op tafel dat voorheen enkel door extreemrechts werd verdedigd, met name het invoeren van een rechtspersoonlijkheid voor vakbonden en wettelijke beperking van het stakingsrecht. Dat zou wel eens de provocatie te ver kunnen zijn, waardoor bredere lagen van de bevolking begrijpen dat deze discussie helemaal niet om een file op een Luikse autosnelweg gaat (moesten files als dermate problematisch gezien worden door de autoriteiten, er zou niet bespaard worden op openbaar vervoer!), maar dat het een openlijke aanval op het recht op protest is. Het is een poging om alle vormen van verzet tegen het rechtse beleid te criminaliseren.

Politicoloog en historicus Marc Hooghe stelde afgelopen zomer: “De arbeidersbeweging kan het meest realiseren als ze op straat komt en haar stakingsmiddel hanteert.” (deredactie.be, 20 augustus). Dat is de kern van de zaak. Het is door acties dat alle sociale verworvenheden zijn afgedwongen, van het verbod op kinderarbeid over betaald verlof tot sociale zekerheid. Het beperken van het recht op actievoeren heeft als doel om nadien de reeds ingezette frontale aanval op onze levensstandaard harder verder te zetten. De rechterzijde wil ons eerst de handen op de rug binden om vervolgens harder in ons gezicht te slaan.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie