Venezuela. Revolutionaire raad opgezet in Caracas

Door onze correspondenten van Socialismo Revolucionario, Caracas

Het Consejo Popular Revolucionario (CPR of Revolutionaire Volksraad) is een nieuwe revolutionaire groepering van ongeveer 30 verschillende revolutionaire organisaties, diverse sociale bewegingen, collectieven en groepen van activisten. Het werd opgezet als antwoord op de kritische situatie in het land. De dringende nood aan een revolutionaire organisatie, niet alleen om het rechtse offensief te stoppen maar ook om de verworvenheden van het Bolivariaanse proces te verdedigen en uit te breiden in de richting van revolutionair socialisme is meer dan ooit aan de orde van de dag. De lancering van het CPR werd door een honderdtal activisten bijgewoond, velen zijn voorstander van beslissende stappen als antwoord op de huidige crisis.

Tot nu toe vielen er officieel 28 doden als direct gevolg van het protest dat al meer da een maand bezig is. In delen van het land, zoals de staten Táchira, Zulia en Merida is er sprake van betrokkenheid van paramilitaire groepen die het Colombiaanse regime van Uribe steunen. Maar ook in het land zelf is er een gedeeltelijke militarisering van deze gebieden door het nationale leger. Dat leidt tot het dramatische beeld van een land met oorlogsomstandigheden.

Op de bijeenkomst werd gesproken over de situatie in een aantal gemeenten in de deelstaat Táchira die virtueel onder controle van de paramilitaire groepen staan en waar bijzonder hoge prijzen betaald worden voor basisgoederen als gas, water en voedsel. De tekorten zijn enorm. En grote delen van de staat hebben de ‘guarimba’ (wegblokkades door rechtse aanhangers) het openbaar vervoer maar ook het dagelijks leven plat gelegd. Volgens activisten zijn de straten na 17u verlaten en zijn de meeste mensen te bang om op straat te komen.

De situatie is niet erg anders in Merida waar een angstklimaat heerst na de recente dood van een Chileense student, Giselle Rubilar, die neergeschoten werd toen ze samen met andere inwoners een wegblokkade van rechtse studenten probeerde op te ruimen. In de staat Carabobo werden drie mensen neergeschoten en vermoord op 12 maart in het kader van studentenprotest om de ‘verjaardag’ van een maand protestacties te vieren. In Caracas werden twee mensen vermoord door een sluipschutter bij een confrontatie tussen een collectief van motortaxi’s en rechtse aanhangers in een rijkere buurt. De schietpartijen doen denken aan gelijkaardige ontwikkelingen in de aanloop naar de staatsgreep van 2002. Behalve het willekeurig doden van individuen is dit erop gericht om een sfeer van onstabiliteit en terreur in het land te creëren.

Het risico van een verdere escalatie van het geweld en van een aanhoudende druk van de rechterzijde die door het VS-imperialisme wordt gesteund waarbij de regering van Maduro en het Chavisme bedreigd zijn, is duidelijk voor revolutionairen in het land. Deze ‘omverwerping’ zal wellicht niet op een zelfde wijze gebeuren als de poging tot staatsgreep van 2002 toen een deel van het leger er steun aan gaf. Tegenover de spiraal van geweld, de aanhoudende economische crisis en een bewust plan van sabotage door delen van de extreme rechterzijde terwijl de meer gematigde rechterzijde delen van de werkende bevolking en de armen kan meetrekken, zijn elementen die kunnen leiden tot een ‘overgangsfase’ waarbij er eventueel nieuwe verkiezingen komen.

De regering heeft hier tot nu toe weinig tegen ondernomen. Telkens opnieuw roept de regering op tot vrede, verzoening en onderhandelingen. Er wordt ook opgeroepen tot de mobilisatie van de werkende bevolking en de armen om de rechterzijde een nederlaag toe te brengen. De regering-Maduro heeft terecht kritiek gegeven op de imperialistische voorstellen van ‘bemiddeling’ en de hypocriete en schandalige aanvallen van de regering-Obama werden terecht verworpen. Maar tegelijk werden de rechtse leiders gevraagd om te onderhandelen en Maduro verklaarde dat hij de rechtse studentenleiders met een knuffel en een kus zou verwelkomen. Hij verklaarde ook meermaals dat de ‘christelijk-humanistische revolutie’ geen nederlaag zal oplopen.

Een ‘overgangsfase’ zou een nederlaag voor de revolutionaire linkerzijde, de werkende bevolking en de armen vormen, zowel op nationaal en internationaal vlak. CPR verdedigt de verworvenheden van de afgelopen 15 jaar en de erfenis van Chavez. De deelnemers aan het initiatief zijn het erover eens dat er veel meer nodig is dan vredesonderhandelingen en  verzoening om de rechterzijde een nederlaag toe te brengen, maar dat er nood is aan organisatie en revolutionair socialisme.

De organisaties en individuen die deelnemen aan CPR zijn niet de enigen in het land die de noodzaak van actie naar voor brengen, we moeten deze krachten verenigen. Met Socialismo Revolucionario roepen we alle revolutionaire en linkse partijen, waaronder ook linkse parlementsleden en de internationale vakbondsbeweging op om CPR te ondersteunen in de strijd tegen het nieuwe rechtse offensief. Stuur ons solidariteitsberichten in het Spaans of het Engels via socialismo.rev.venezuela@gmail.com.

Internationale steun voor het initiatief moet ook waakzaam zijn voor de recente dreigingen van ‘sancties’ door de regering-Obama en voorbereid zijn om indien nodig protestacties te organiseren tegen dergelijke imperialistische aanvallen en om de verworvenheden van het Bolivariaanse proces te verdedigen in  ondersteuning van de revolutionaire bewegingen die in het land opkomen voor socialisme.

De eerste bijeenkomst van CPR stemde in met volgende standpunten en acties:

  1. De recente gebeurtenissen hebben als doel om de voorwaarden voor een conflict in Venezuela te creëren en brengen de Venezolaanse staat, het leger en de integriteit van het land in gevaar
  2. Het vertrekpunt voor dit conflict is een inval van paramilitaire krachten uit Colombia met de steun van de Amerikaanse regering en de reactionaire voormalige Colombiaanse president Uribe in samenspraak met de reactionaire rechterzijde van Mesa de Unidad (Venezuela), meer bepaald de partijen Primera Justicia en Voluntad Popular die nu samen de controle op de staat Táchira uitoefenen. Deze krachten proberen de staten Merida en Zulia te veroveren en zullen verder naar het oosten optrekken in de richting van Caracas. Ze zorgen voor chaos en wegblokkades die leiden tot een verder tekort aan voedsel en goederen. Dergelijke acties moeten een klimaat creëren waarin de regering van Maduro en het Chavisme kunnen omvergeworpen worden of minstens aan een ‘overgangsfase’ onderworpen. In bepaalde omstandigheden kan dit de voorwaarden voor een burgeroorlog creëren.
  3. Tegenover deze dreiging moeten we alle progressieve en revolutionaire krachten verenigen onder het doel om ons nationale territoriale integriteit te herstellen door middel van Comités van Bescherming van het Volk in alle staten, gemeenten, sectoren, barrio, bevolkingscentra, in de distributie en productie van voedsel, de gezondheidszorg en het onderwijs.
  4. We roepen alle progressieven en revolutionairen op om bijeenkomsten te houden en volksraden te organiseren om verdedigingscomités op te zetten die twee doelstellingen moeten hebben: controle van onderuit op de productie en distributie van voedsel, controle op de openbare diensten (zoals gezondheidszorg, transport, gas, water, elektriciteit en onderwijs).
  5. We stellen een dialoog voor met alle sectoren, waaronder de middenklassen, die zich verzetten tegen een overdracht van de soevereiniteit van Venezuela aan de imperialistische en Uribegezinde krachten en een rechtse regering die door deze elementen wordt gesteund.
  6. We roepen op tot een massale nationale revolutionaire actie om de staten van Merida, Zulia en Táchira te bevrijden van de controle door de rechtse paramilitairen. Daartoe moeten verdedigingscomités worden opgezet. Een eerste deel van deze acties wordt gevormd door de betogingen in alle grote steden vanaf 13 april die leiden tot een grote bijeenkomst in San Cristobal, de hoofdstad van Táchira op 19 april.

 

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie