Inspirerende klassieker. Aan de grond in Londen en Parijs

Tachtig jaar geleden verscheen het boek ‘Aan de grond in Londen en Parijs’ van George Orwell. Het biedt een scherp inzicht in het leven van de onderlaag in een samenleving in crisis. Van de laag betaalde flex-werkers in Parijs tot de daklozen in Londen, de elementen in dit boek klinken bijzonder actueel.

Artikel door Geert Cool uit de december/januari-editie van ‘De Linkse Socialist’

Tachtig jaar na deze kritiek op het gebrek aan vooruitgang voor de meerderheid van de bevolking, staan we dus nog geen haar verder. In naam van moderniseringen en vooruitgang, zetten we razendsnel stappen achteruit in de richting van de werk- en leefomstandigheden die ook 80 jaar geleden al schokkend waren.

Zelf was George Orwell van betere afkomst, hij groeide op als kind van kolonisten in Birma dat toen nog deel van het door de Britten gecontroleerde India vormde. Zijn vaststellingen van de koloniale horror en nadien ook van de verschrikkelijke gevolgen van de wereldwijde crisis voor de armste lagen van de werkende bevolking duwden hem in de richting van een socialistisch bewustzijn.

‘Aan de grond in Londen en Parijs’ is daar onderdeel van. In Parijs maken we kennis met de armoede van een Engelse leraar die zonder werk en geld valt. Uitgeteld raakt hij uiteindelijk in horecajobs terecht. “Sommige mensen moeten in restaurants eten en dus moeten andere mensen tachtig uur per week borden wassen. Zo functioneert de beschaving en daarmee af.” De onderlinge strijd tussen het veel te slecht betaalde personeel dat lange uren moet kloppen en steeds in onzekerheid leeft, wordt ook beschreven. Net als de armzalige leefomstandigheden, er passeren wel wat wandluizen doorheen het boek.

De illusie dat het in Engeland beter is, wordt al snel doorprikt als het hoofdpersonage daar aangekomen te horen krijgt dat het beloofde werk met een maand is uitgesteld. Het wordt een maand van rondzwerven, bedelen, weggejaagd worden,… De bedelaars en daklozen aarzelen niet om elkaar te bestrijden of om buitenlanders ervan te beschuldigen dat ze hun werk afnemen. Bedelaars worden evenmin positief onthaald door de autoriteiten, alle mogelijke vormen van repressie tegen hun ‘overlast’ worden ingezet. “Ontelbare malen was ik in Londen geweest en toch was mij tot aan die dag een van de ergste dingen in Londen niet opgevallen, namelijk het feit dat gaan zitten zelfs geld kost. Als je in Parijs geen geld had en geen openbare bank kon vinden, ging je op straat zitten. God weet wat er met je zou gebeuren als je in Londen op straat ging zitten. Je zou waarschijnlijk in de gevangenis terecht komen.” Vandaag krijgen bedelaars in ons land GAS-boetes.

‘Aan de grond in Londen en Parijs’ kan evengoed gaan over Brussel, Antwerpen of Gent vandaag. Slecht betaalde jobs, onderkomen opvangplaatsen voor daklozen of honger. Het onderwerp van dit boek is tachtig jaar na publicatie ervan spijtig genoeg niet minder actueel. De sterkte van Orwell is dat hij het beschrijft zonder neer te kijken, met respect en humor. Dat kan omdat hij vanuit een klassenstandpunt vertrekt. Iedereen die het al eens moeilijk heeft om rond te komen, en dat is een steeds groeiende groep, zal zaken herkennen. Van de schaamte om iets niet te kunnen permitteren over het leugentje om geldgebrek te verstoppen tot schandalige arbeidsomstandigheden. Kortom, ideale lectuur voor de koude wintermaanden.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie