Roemenië. Overheid kiest kant van Chevron tegen eigen inwoners

Met brutale repressie wil de Roemeense overheid de belangen van de multinational Chevron dienen. Het protest tegen het mijnproject in Rosia Montana (zie ook ons vorig artikel hierover) behaalde een overwinning op 10 december. Toen raakte het project niet door de Kamer. Het gaat om een project waarbij Chevron door middel van ‘fracking’ gas zou ontginnen. De regering doet er alles aan om dit project erdoor te krijgen.

Vladimir Bortun

Opdat Chevron in het Roemeense dorp Pungesti zou kunnen overgaan tot het ontginnen van schaliegas, worden alle lokale protestacties onderdrukt. Activisten vanuit het hele land zien hun democratische rechten beperkt. Dit optreden ondermijnt de legitimiteit van de overheid onder brede lagen van de bevolking.

Het verhaal van Chevron begon in 2010 toen het Amerikaanse bedrijf – met een geheim contract – een groot stuk grondgebied van de Roemeense regering kon leasen om er schaliegas te ontginnen, dat is gas dat op ‘onconventionele’ wijze wordt ontgonnen. Bij conventionele ontginning wordt het gas naar boven gehaald door in de grond te boren tot aan de gaslagen. Bij schaliegas wordt overgegaan tot hydraulisch kraken of ‘fracking’ (Lees hier ons eerder standpunt over fracking). Daarbij wordt water, zand en chemicaliën in de grond gepompt onder erg hoge druk. Er is een spectaculaire toename van deze ontginningswijze, vijf jaar geleden was het goed voor minder dan 5% van de binnenlandse gasproductie in de VS, in 2012 was dat al meer dan 20% en in de komende twintig jaar zou het toenemen tot meer dan 50%.

Mark Gitenstein, de Amerikaanse ambassadeur in Roemenië van 2009 tot 2012 (dus ook toen het berichte akkoord werd gesloten), is een voormalige partner in het advocatenbureau Mayer Brown dat tussen 2005 en 2011 voor Chevron lobbyde en daarvoor 300.000 dollar kreeg. Op basis van deze lobby-activiteiten werd de nominatie van Gitenstein voor het Office of Legal Policy van het minister van justitie afgewezen. Hij greep naast die benoeming maar kreeg een troostprijs, hij werd ambassadeur in Roemenië. De nieuwe ambassadeur organiseerde al gauw bijeenkomsten tussen vertegenwoordigers van Chevron en hooggeplaatste Roemeense vertegenwoordigers die snel overgingen tot positieve uitlatingen over schaliegas. In een interview erkende Gitenstein openlijk dat hij bij de hele discussie betrokken was. “Ik moest van de Amerikaanse regering optreden om Exxon te verdedigen. Hetzelfde gold voor Chevron.” Vandaag werkt Gitenstein opnieuw voor Mayer Brown als “speciale onderhandelaar met regeringen en bij wereldwijde handel”. Hij werd ook lid van het bestuur van “Fondul Proprietatea”, een door de overheid opgezet beursgenoteerd bedrijf met belangen in de grote energiebedrijven in Roemenië.

Dit is geen geïsoleerd geval. Het is symptomatisch voor het volledige buitenlandse beleid van de VS. De Amerikaanse regeringssite Export.org stelt dat Amerikaanse bedrijven “gebruik kunnen maken van de banden tussen de Amerikaanse en de Roemeense regeringen om hun zakenbelangen te beschermen.” Er was eerder ook de gezamenlijke verklaring over Strategisch Partnerschap in de 21ste eeuw tussen Roemenië en de VS. Dat document uit 2011 brengt het grote kader van de verhoudingen tussen beide landen en verwijst naar “onderzoek naar onconventionele energiebronnen, waaronder schaliegas, en het versterken van alternatieve bronnen van schone energie met een liberalisering van de markten om nieuwe investeringen in de energiesector aan te trekken.” De Roemeense journalist Vlad Ursulean bracht een uitstekend onderzoek over de achtergrond hiervan, hier kan je een Engelstalige versie van zijn artikel lezen.

In oktober 2013 probeerde Chevron om te beginnen met fracking in het dorp Pungesti in het oosten van Roemenië, maar het moest die plannen opbergen na protest van lokale boeren. Dat protest werd gewelddadig de kop ingedrukt door de rijkswacht. Maar het verzet tegen fracking wordt algemeen gedragen in het hele land en daarbuiten. In Frankrijk en Bulgarije is het al verboden. Dat komt vooral omwille van de rampzalige gevolgen voor het milieu (besmetting van water, vrijstelling aan uranium, bijdrage aan globale opwarming,…) maar ook omdat de Roemeense overheid slechts heel beperkt zou meegenieten van de opbrengst en de eigenaars van de grond zouden zelfs geen voordeel halen uit de operatie.

Op 2 december werd het dorp Pungesti ingenomen door de rijkswacht. Alle democratische rechten werden aan de kant geschoven. Alle toegangswegen werden 24 uur lang geblokkeerd zodat de vrachtwagens van Chevron door konden om een nieuwe weg aan te leggen en een afsluiting aan te leggen. Iedereen werd tegengehouden en wie buiten kwam, kreeg een reeks vragen. Lokale inwoners kregen een boete als ze betogers van buiten het dorp ontvingen, zelfs in de dagen erna was het niet toegelaten om in groep te wandelen. Er volgde nieuw protest waarbij zowat 40 mensen werden aangepakt door de politie, onder de betogers ook vrouwen en oudere mensen. Ondertussen feliciteerde premier Victor Ponta de politie omdat het de “wet toepaste”. Als gevolg van het geweld heeft Chevron de activiteiten opnieuw moeten opschorten, maar dat bleek beperkt tot enkele dagen. Op 8 december werden de activiteiten hervat.

Vertegenwoordigers van Chevron werden door de Britse krant The Guardian gevraagd naar een reactie op het protest tegen hun project. Ze stelden: “het bedrijf wil een constructieve en positieve relatie uitbouwen met de gemeenschappen waar we actief zijn en we zullen onze dialoog met het publiek, de lokale gemeenschap en de autoriteiten verderzetten.” Er is natuurlijk geen sprake van een dialoog met de lokale bevolking, er wordt enkel met de autoriteiten gesproken en die nemen het uiteraard op voor Chevron in de zoektocht naar nieuwe grondstoffen en winsten, ook al gaat dit in tegen de wil en het welzijn van de mensen die hen verkozen hebben. Is zo’n overheid nog legitiem? Wat zouden de mensen moeten doen onder die omstandigheden? Welke actiemiddelen worden wel toegelaten? Het zijn vragen die steeds relevanter zijn in Roemenië.

Deze gebeurtenissen zijn een pijnlijk duidelijke illustratie van wat Marx over de staat stelde: “de staat is niets anders dan de organisatievorm die de bourgeois zowel naar buiten als naar binnen toe noodzakelijk aannemen voor de wederzijdse waarborging van hun eigendom en belangen.” (De Duitse Ideologie). Bijna 170 jaar later is de staat nog steeds loyaal aan de belangen van de grote bedrijven. De ‘liberale democratie’ faalt. In dergelijke omstandigheden is het enige echte alternatief een democratische socialistische samenleving. Dat staat mijlenver af van het stalinistische model dat we de vorige eeuw kenden. Een democratisch socialistisch systeem zou in tegenstelling tot het huidige regime van de 1% rijksten vertrekken van het democratische bezit en beheer van de natuurlijke rijkdommen zodat deze ten dienste staat van de volledige bevolking.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie