Egypte. Morsi is weg – geen vertrouwen in de generaals!

Voor onafhankelijke actie door arbeiders en armen

Het afzetten en de arrestatie van president Morsi door het leger luidt een nieuwe fase in van de ontwikkelende Egyptische revolutie. Het is een fase vol uitdagingen en mogelijk ook gevaarlijk. Het einde van Morsi kwam vrij snel tot stand tegen de achtergrond van een massale mobilisatie van tot 17 miljoen mensen (ongeveer 20% van de totale bevolking).

Artikel door Robert Bechert, CWI

De schaal, de kracht en de snelheid van de beweging waren opvallend. Het was een illustratie van iets wat vaak voorkomt in revoluties: na een aanvankelijke periode van euforie en hoop volgen er vaak nieuwe massabewegingen van diegenen die ontgoocheld zijn in wat een erg mager resultaat voor de revolutie blijkt te zijn.

De steun voor Morsi nam bijzonder snel af en het was sowieso al vrij beperkt. In de eerste ronde van de presidentsverkiezingen vorig jaar haalde Morsi net geen 5,7 miljoen stemmen. Dat is goed voor ongeveer 11% van de bijna 51 miljoen stemgerechtigde Egyptenaren. In de tweede ronde haalde Morsi 13,2 miljoen stemmen, grotendeels op basis van de wil om zijn rivaal, een voormalige luchtmachtofficier en minister onder Moebarak, te stoppen.

Morsi en zijn Moslim Broeders kregen op heel wat vlakken te maken met oppositie. Het feit dat de revolutie tot nu toe geen concrete economische en sociale verbeteringen bracht en de groeiende economische crisis wakkerden de stakingen en protestacties aan. In november 2012 was er een mislukte ‘grondwettelijke staatsgreep’ door Morsi waarbij hij zichzelf extra bevoegdheden wou toekennen. Dat was voor velen een sleutelmoment, net zoals ook de steun van Morsi aan de politie nadat 40 mensen omkwamen in confrontaties in Port Said in januari een keerpunt was.

De poging van de Moslim Broeders om de samenleving te domineren, leidde ook tot groeiende oppositie van de meer seculiere en de christelijke elementen maar ook van de islamitische rivalen van onder meer de Soennitische fundamentalistische partij Nour die eind juni de protestacties vervoegde.

In zekere zin waren er twee verschillende strijdbewegingen tegen Morsi. Enerzijds is er een massale volksbeweging en anderzijds zijn er de overblijfselen van het oude tijdperk van Moebarak, met vooral de militaire top die eigen economische en politieke belangen heeft en probeert gebruik te maken van het massale protest tegen Morsi.

Revolutionaire potentieel en contrarevolutionaire gevaren

Deze twee elementen illustreren zowel het potentieel als het gevaar waarmee de Egyptische revolutie te maken krijgt.

De snelheid en omvang van de beweging toont de enorme energie en het potentieel van de revolutie. Maar in afwezigheid van de ontwikkeling van een onafhankelijke arbeidersbeweging die in staat is om te strijden voor een socialistisch alternatief, kon de militaire leiding met de steun van een reeks pro-kapitalistische politici voordeel uit de situatie halen. De generaals waren bang dat de situatie vanuit hun standpunt ‘uit de hand’ kon lopen. Er waren verslagen dat er vanaf 3 juli stakingen begonnen en 4 juli zou het begin vormen van grote anti-Morsi stakingsacties. Dat zou ertoe geleid kunnen hebben dat de arbeidersklasse het initiatief nam doorheen massale en zelfs algemene stakingsacties. De generaals treden op in een poging om het initiatief in handen te nemen en te vermijden dat Morsi aan het einde kwam door een volksopstand.

De militaire leiders zijn tussengekomen om hun eigen persoonlijke belangen te verdedigen alsook die van een deel van de Egyptische heersende klasse. Tegelijk genieten ze de steun van de belangrijkste imperialistische machten en van de Israëlische heersende klasse. Er kwam slechts erg beperkte kritiek van Obama en ander imperialistische leiders op de staatsgreep door de generaals met algemene oproepen om de democratie te verdedigen. Het Egyptische leger en de veiligheidsdiensten hebben historisch gezien niet bepaald een goede reputatie op vlak van ‘democratie’. Maar Obama en co hebben daar niet automatisch een probleem mee, zo hebben ze geen probleem met de autoritaire regimes in Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Quatar,…

Er is de facto een militaire staatsgreep waardoor Morsi zich kon voorstellen als een verdediger van de democratie en kon beweren dat de oppositie tegen hem gecoördineerd werd door “de diepe staat en overblijfselen van het oude regime” (met diepe staat wordt het volledige staatsapparaat met onder meer het leger bedoeld). Hij stelde dat die met “geld uit corruptie” krapuul inhuurden om de Moslim Broeders aan te vallen en “het oude regime terug aan de macht te heisen”. Er zijn ongetwijfeld elementen van het oude regime betrokken bij de beweging tegen Morsi. Maar de massale omvang van de acties is het gevolg van afkeer en ontgoocheling in de Moslim Broeders. Tegelijk zijn er ongetwijfeld sommigen die Morsi nu steunen uit afkeer tegenover het leger, vooral op basis van de ervaringen met de brutale repressie onder het oude regime.

In deze situatie is het absoluut cruciaal dat de inspanningen voor de opbouw van een onafhankelijke arbeidersbeweging, niet alleen vakbonden, wordt opgevoerd om te bouwen aan een echt alternatief waarmee ook een benadering mogelijk is naar die arbeiders en armen die Morsi vandaag steunen vanuit hun afkeer tegenover het leger en de oude elite. Dat is de enige manier waarop de arbeidersbeweging de ruimte voor de reactionaire fundamentalistische religieuze groeperingen kan beperken als ze zich vandaag voorstellen als de belangrijkste tegenstanders van het militaire bewind.

Het belang hiervan blijkt uit het aanhoudende gevaar van sectaire tegenstellingen die scherper worden tussen Soennieten, Christenen, Sjiieten en meer seculiere elementen. Een aantal commentatoren waarschuwden al dat de Moslim Broeders wel eens aan de kant kunnen geschoven worden door meer fundamentalistische, jihadistische groepen in een strijd tegen de seculiere, pro-westerse militaire leiding. De situatie is natuurlijk anders, maar we mogen niet vergeten dat de beslissing van het Algerijnse leger in 1992 om de verkiezingen uit te stellen om een overwinning van het fundamentalistische FIS te voorkomen, heeft geleid tot een acht jaar durende burgeroorlog die naar schatting tussen 44.000 en 200.000 levens heeft gekost en de ontwikkeling van massastrijd in Algerije heeft tegen gehouden.

Arbeiders kunnen deze staatsgreep niet steunen

Socialisten kunnen deze staatsgreep niet steunen. De sterker wordende arbeidersbeweging moet haar onafhankelijkheid van het leger en van Morsi behouden. De steun van zogenaamde ‘liberale’ of ‘linkse’ oppositiekrachten, zoals de groep Tamarod (Rebel), aan het leger zal in hun gezicht ontploffen. Ze zullen als collaborateurs gezien worden, zeker indien het leger overgaat tot repressie en autoritaire methoden tegen de tegenstanders of tegen acties en stakingen van de arbeidersbeweging. Arbeidersleiders moeten zich niet inlaten met zowel een door het leger gesteunde als een andere pro-kapitalistische regering. Als ze dat niet doen, is het mogelijk dat de Moslim Broeders of andere gelijkaardige krachten de leiding van de toekomstige bewegingen tegen besparingen en repressie opnemen.

Het leger toont al aan hoe het de zaken wil aanpakken. Eerst werden machtsstructuren opgezet met een dominantie door pro-kapitalistische elementen en dan zal de bevolking mogen stemmen. De generaals stellen een nieuwe president aan en willen een “sterke en competente” regering van burgerlijke technocraten vestigen, naast een comité die de grondwet moet herzien. Het Hooggerechtshof zal een wet goedkeuren over parlementsverkiezingen en treft de voorbereidingen voor zowel stemmingen voor het parlement als de president.

Heel wat anti-Morsi betogers voelen zich gesterkt door zijn vertrek. Maar het is opvallend dat de enorme beweging tegen Morsi en de fantastische massabetogingen opvallend genoeg zelf niet de touwtjes in handen nemen. Dat is een concrete kwestie van organisatie en de vraag wie de staatsmacht heeft. In Egypte zijn het nu de generaals die hun eigen macht proberen te consolideren op de kap van de massabeweging.

De nieuwe regering zal gezien de economische crisis onvermijdelijk onder druk van het IMF en anderen staan om zogenaamde ‘hervormingen’ door te voeren, wellicht met een beperking van de subsidies voor basisproducenten en andere besparingsmaatregelen. Dat zal de basis leggen voor klassenstrijd. Maar als het leger en de regering in het offensief willen gaan, zullen ze ongetwijfeld beroep moeten doen op autoritaire en repressieve maatregelen.

Dat is waarom het zo belangrijk is dat de volksbeweging haar eigen eisen naar voor schuift en ingaat tegen de vestiging van een regime dat door het leger wordt ondersteund.

Arbeidersbeweging moet eigen alternatief opbouwen

Op de dag dat het regime van Moebarak viel, verdeelde onze organisatie een pamflet in Caïro waarin we stelden dat de beweging geen vertrouwen mocht stellen in legerleiders maar dat er nood was aan een regering van vertegenwoordigers van arbeiders, kleine boeren en armen.

Wat we toen schreven, is vandaag nog steeds actueel (zie ons toenmalig artikel).

“De Egyptische massa’s moeten hun recht om over de toekomst van het land te beslissen zelf in handen nemen. Er mag geen vertrouwen worden gesteld in figuren vanuit het regime of die door de imperialistische broodheren naar voor worden geschoven. Er moeten onmiddellijk volledig vrije verkiezingen komen die worden georganiseerd en gecontroleerd door massale comités van arbeiders en armen. Het doel moet zijn om een revolutionaire grondwetgevende vergadering te verkiezen die vervolgens kan beslissen over de toekomst van het land.

”Er worden al stappen gezet om lokale comités op te zetten en om echte onafhankelijke arbeidersorganisaties te vormen. Maar dit proces moet sneller verlopen en meer gecoördineerd worden. Er moet een duidelijke oproep komen voor het democratisch verkiezen en controleren van comités in alle werkplaatsen, in de wijken en onder de gewone soldaten. Zo’n oproep zou een brede echo vinden.

“Dergelijke comités zouden het opruimen van het oude regime kunnen coördineren en intussen zelf de orde en de bevoorrading organiseren. Het zou de basis kunnen vormen voor een regering van arbeiders en armen om komaf te maken met alle overblijfselen van de dictatuur, de democratische rechten te verdedigen en te beginnen met het plannen van de economische en sociale behoeften van de massa’s in Egypte.”

Sindsdien was er een enorme ontwikkeling van de Egyptische arbeidersbeweging op vlak van vakbonden, comités en de ervaring van acties. Dat vormt de basis waarop het soort massabeweging dat nodig is, kan gebouwd worden. We stelden in februari 2011 dat de Egyptische revolutie een enorm voorbeeld vormde voor arbeiders en onderdrukten doorheen de wereld omdat werd aangetoond dat vastberaden massale acties regeringen en heersers kunnen neerhalen, hoe sterk die ook lijken te zijn.

Dat is ook vandaag nog het geval. De hernieuwde massabeweging in Egypte kan een inspiratie vormen voor diegenen die de revoluties niet tot echte verandering zagen leiden in Tunesië, tot een wegglijden in burgeroorlog in Syrië of de aanhoudende repressie in Saoedi-Arabië. De afgelopen dagen zagen we in Egypte de potentiële macht van massa-actie. Maar tegelijk zien we ook opnieuw de noodzaak van een arbeidersbeweging met een duidelijk socialistisch programma en actieplan, zoniet zullen andere krachten proberen om de aandacht af te leiden en uiteindelijk de revolutie op een nederlaag te laten uitlopen.

Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie