Meer openheid in Birma?

De dictators van Birma, omgedoopt tot Myanmar, willen ten volle gebruik maken van de natuurlijke rijkdommen van het land. Ze doen er alles aan om op een goed blaadje te staan bij buitenlandse investeerders. Nadat oppositieleidster Aung San Suu Kyi werd vrijgelaten en met een aantal medestanders in het parlement mocht, wordt nu ook voorzichtig aan de perscensuur geraakt. De buitenlandse investeringen moeten voor economische ontwikkeling en bijhorende sociale rust zorgen.

Geert Cool

De afgelopen decennia bleef Birma een erg afgesloten dictatuur met een ‘big brother’ regime dat iedere tegenstand de kop indrukte. Toch waren er regelmatig massale bewegingen en zelfs revolutionaire opstanden. De revolutie van 8 augustus 1988 deed het regime op haar grondvesten daveren en duwde Aung San Suu Kyi op de voorgrond. De dochter van de voortijdig vermoorde bevrijdingsstrijder Aung San was toevallig in het land ten tijde van de revolutie en werd al snel het boegbeeld ervan.

Het potentieel voor verandering bleek in de massale steun voor de snel opgerichte NLD (Nationale Liga voor Democratie). De NLD kreeg miljoenen aanhangers en haalde een verpletterende overwinning bij de verkiezingen van 1990. De onervarenheid en weigering tot offensieve mobilisatie van de NLD en Aung San Suu Kyi zorgden ervoor dat het revolutionaire potentieel in 1988 niet volledig werd benut waardoor de dictators sterk genoeg stonden om het verkiezingsresultaat van 1990 te negeren.

Dat volstond echter niet om nieuw protest tegen te houden. In 2007 nog werd Birma opgeschrikt door massaal protest onder leiding van monniken. Het regime reageerde zoals in 1988. Er werden verkiezingen en democratische veranderingen beloofd, maar die werden op de lange baan geschoven. De militaire raad die de macht had, het State Peace and Development Council (de nieuwe naam van de vroegere Orwelliaans klinkende SLORC, State Law and Order Restoration Council) werd officieel ontbonden. Begin 2011 kwam er een nieuwe grondwet en er kwamen dit voorjaar verkiezingen voor een beperkt aantal parlementszetels. Deze verkiezingen werden opnieuw gewonnen door de NLD van Aung San Suu Kyi. Legerleider en premier Thein Sein nam ontslag uit het leger om het eerste ‘civiele’ staatshoofd te worden. En nu wordt de perscensuur afgezwakt, ook al blijft er twijfel bestaan over de mate van persvrijheid die er zal zijn.

De eerste voorzichtige elementen van openheid werden bijzonder enthousiast onthaald door het Westerse imperialisme. Hillary Clinton en topfiguren uit Europa liepen elkaar bijna voor de voeten bij hun bezoeken aan het Aziatische land. Ze kwamen samen met buitenlandse bedrijven die heel wat mogelijkheden zien in Birma. Het land is rijk aan natuurlijke grondstoffen, onder meer hout, olie, gas en edelstenen. Analisten voorspellen dat het land de komende jaren telkens met 7 tot 8% per jaar kan groeien om een van de snelst groeiende economieën van de regio te worden. In de race om de toegang tot de grondstoffen en bijhorende winsten binnen te halen, is iedere schijn van opening handig meegenomen.

Het is nog maar de vraag hoe ver het regime in Myanmar zal gaan in het creëren van openingen, vorige ervaringen gaven aan dat de openheid slechts in die mate stand hield dat het geen gevaar voor het regime zelf betekende. Anderzijds hebben de (voormalige) militaire leiders buitenlandse investeringen nodig om toch enige economische ontwikkeling te kennen in de hoop dat dit sociale onrust kan tegenhouden.

Dat Aung San Suu Kyi vanuit het parlement op constructieve wijze meewerkt met de machthebbers, komt de militairen goed uit. Het versterkt het beeld van democratische hervormingen naar buiten uit, terwijl minder dan 10% van de parlementairen effectief verkozen zijn en de partij van Aung San Suu Kyi geen reële macht heeft. Voor Aung San Suu Kyi past de constructieve houding in de Ghandiaanse traditie van geweldloos en zefs passief verzet tegen de dictatuur. Dat is de basis waarop het enorme potentieel van 1988, toen de NLD op korte termijn uitgroeide tot een massapartij met een miljoen leden, niet werd aangewend om het wankelende regime een fatale duw te geven.

Het is duidelijk dat de openingen die het regime creëert vooral de multinationals zullen uitkomen. Voor de gewone bevolking betekent de ontginning van de grondstoffen niet noodzakelijk een stap vooruit, de slechte ervaringen met onder meer het Franse Total op dat vlak hebben dat al aangetoond. In welke mate zal Aung San Suu Kyi en haar NLD protest van onderuit tegen de ondraaglijke arbeids- en levensvoorwaarden ondersteunen en versterken? Het aanvankelijke enthousiasme van de bevolking voor de grotere openheid en voorzichtige democratische rechten, kan snel tot acties leiden indien de openheid niet leidt tot reële verbeteringen.

Het opheffen van het verbod op vrije vakbonden – een verbod dat 50 jaar in voege was – heeft al geleid tot de eerste stappen in het organiseren van onafhankelijke vakbonden die ook een rol speelden in stakingsacties. Om een rechtstreekse confrontatie met het regime te vermijden, heeft de NLD daar geen rol in gespeeld. Een leiding met een duidelijke strategie en een politiek programma is wat in 1988 ontbrak waardoor de revolutie op een zijspoor werd gezet. De ontwikkeling van arbeidersorganisaties op zowel syndicaal als politiek vlak is vandaag dan ook een belangrijke uitdaging in Birma.

Lees ook:

  • Birma. Natuurlijke rijkdommen smeren overgang naar ‘aanvaardbare’ dictatuur (2012)
  • Birma. Militaire dictatuur vreest nieuwe fase van strijd. 2000 textielarbeiders betogen voor betere loon- en arbeidsvoorwaarden (2010)
Delen:
Printen:

Steun ons: plaats uw boodschap in onze mei-editie!

Voorpagina van De Linkse Socialist

Uw boodschap in onze mei-editie