Artikel door Serge Jordan (geschreven op 4 december)
De afgelopen uren waren er dramatische gebeurtenissen in Zuid-Korea. Het land is in een grote politieke crisis gestort. De rechtse president Yoon Suk Yeol kondigde dinsdag de noodtoestand uit, beschuldigde oppositiepartijen van pro-Noord-Koreaanse sympathieën en beloofde “staatsvijandige elementen” te elimineren. Deze wanhopige autoritaire gok mislukte op spectaculaire wijze, omdat de opkomende oppositie en een oproep tot een algemene staking voor onbepaalde tijd door de grootste vakbond van het land hem dwongen het bevel van de ene op de andere dag in te trekken.
Yoon, die in 2022 is aangetreden, wordt geconfronteerd met grote obstakels bij het doorvoeren van zijn conservatieve agenda. Het door de oppositie gecontroleerde parlement, in combinatie met groeiende maatschappelijke onvrede, heeft zijn ambities gedwarsboomd. Zijn People Power Party voert een hevige strijd met de liberale oppositiepartij Democratic Party over de begrotingswet voor volgend jaar, terwijl de populariteit van de regerende partij volgens de meest recente Gallup-peiling is gedaald tot amper 19%.
De publieke ontevredenheid over de haperende economie, stijgende voedselprijzen en aanvallen op democratische rechten neemt toe. Bovendien staken duizenden artsen al maanden tegen de plannen van de regering om meer artsen toe te laten tot de medische faculteit. Ondertussen werd Yoon geconfronteerd met een reeks schandalen en wees hij op arrogante wijze eisen van de hand voor onafhankelijk onderzoek naar beschuldigingen van corruptie waarbij zijn eigen vrouw betrokken was. Dit heeft de golf van publieke verontwaardiging nog aangewakkerd, waardoor eerder dit jaar een petitie voor zijn afzetting zo populair werd dat de website van het parlement waarop de petitie stond tijdelijk crashte.
In deze context probeerde Yoon de noodtoestand uit te roepen – een regelrechte machtsgreep om dissidenten het zwijgen op te leggen en de oppositie de kop in te drukken. Alle politieke activiteiten werden verboden, protesten verboden en de media aan censuur onderworpen. Krijgswetcommandant Park An-su gaf de volgende verklaring uit:
“Alle politieke activiteiten zijn verboden in Zuid-Korea na de afkondiging van de noodtoestand op dinsdag en alle media zullen worden onderworpen aan overheidstoezicht. Alle politieke activiteiten, met inbegrip van die van de nationale vergadering, lokale raden, politieke partijen en politieke verenigingen, evenals bijeenkomsten en demonstraties, zijn strikt verboden. Alle media en publicaties worden onderworpen aan de controle van het krijgsrechtcommando.”
Om het asociale karakter van deze maatregel nog verder bloot te leggen, verordende het leger dat de stakende artsen binnen 48 uur weer aan het werk moesten. In een groteske Orwelliaanse draai rechtvaardigde Yoon deze autoritaire repressie als een maatregel om “de constitutionele democratische orde te beschermen” en “de continuïteit van een liberaal Zuid-Korea te garanderen”. Zijn retoriek onderstreepte alleen maar de schaamteloze hypocrisie van een president die vastbesloten is om de democratische principes die hij beweert hoog te houden, de kop in te drukken.
Omdat het Witte Huis niet zeker wist in welke richting de wind zou waaien, koos het voor strategische dubbelzinnigheid en verklaarde het alleen dat het de situatie in Zuid-Korea “nauwlettend in de gaten hield”. Als belangrijke bondgenoot van de VS en spil in de strijd tegen de Chinese en Noord-Koreaanse invloed, is de stabiliteit van Zuid-Korea van het grootste belang voor Washington. Meer dan 28.000 Amerikaanse troepen zijn er permanent gestationeerd, wat de strategische waarde van het land benadrukt. Maar de ontwijkende reactie van de Amerikaanse regering op de dictatoriale machtsgreep van Yoon, die komt na een periode van nauwe geopolitieke afstemming met Yoon en van een veronderstelde “gedeelde visie van op waarden gebaseerde diplomatie”, legt eens te meer de holle façade bloot van de pretenties van het Amerikaanse imperialisme om de kant van democratie, mensenrechten en de ‘rechtsstaat’ te vertegenwoordigen in zijn mondiale machtsstrijd tegen China.
Spectaculaire mislukking van de noodtoestand
De poging van president Yoon Suk Yeol om de staat van beleg af te kondigen is met een adembenemende snelheid mislukt, waardoor de broosheid van zijn bewind aan het licht is gekomen. Deze zet bleek een catastrofale misrekening, omdat hij steunde op een basis die veel te hol was om stand te houden.
Dictatoriale acties raken een gevoelige snaar in het collectieve geheugen van Zuid-Korea. Het land ging 18 jaar gebukt onder de militaire dictatuur van Park Chung-hee.
Na de moord op Park in 1979 kwam er een nieuwe militaire dictatuur onder leiding van Chun Doo-hwan – een man over wie de huidige president Yoon complimenten maakte door drie jaar geleden te beweren dat de generaal “het goed had gedaan in de politiek”, afgezien van zijn staatsgreep en het neerslaan van protesten. De meest beruchte gebeurtenis tijdens het bewind van Chun was de opstand in Gwangju in mei 1980, waarbij militairen pro-democratische protesten brutaal onderdrukten en honderden, zo niet duizenden burgers afslachtten. In 1987 mobiliseerde de Junibeweging voor Democratie miljoenen mensen in het hele land en maakte uiteindelijk een einde aan het militaire bewind. Voor veel Zuid-Koreanen, vooral de oudere generaties, blijven de herinneringen aan het autoritaire bewind en de zwaar bevochten strijd voor democratische rechten levendig. De alomtegenwoordige angst dat autoritaire maatregelen een terugkeer naar die donkere dagen kunnen betekenen, zorgt ervoor dat elke maatregel om de vrijheden in te perken – zoals de staat van beleg van Yoon – de alarmbellen doet rinkelen.
De reactie was onmiddellijk en overweldigend. Binnen enkele uren na Yoons aankondiging kwamen 190 van de 300 parlementsleden in een spoedzitting bijeen om een motie aan te nemen die de opheffing van de noodtoestand eiste. De stemming was unaniem, zelfs met 18 leden van Yoons eigen People Power Party. Buiten het parlement verzamelden zich duizenden mensen die leuzen scandeerden als “Hef de noodtoestand op, bescherm de democratie” en “Klaag president Yoon aan”, terwijl politie- en legereenheden de ingangen van het gebouw blokkeerden. Han Dong-hoon, de leider van de regeringspartij zelf, zwoer publiekelijk dat hij zich zou verzetten tegen de afkondiging van de noodtoestand en verklaarde dat hij “achter het volk zou staan”.
Het omslagpunt kwam toen het Koreaanse Verbond van Vakverenigingen (KCTU), dat 1,2 miljoen werkenden vertegenwoordigt, een algemene staking voor onbepaalde tijd aankondigde totdat de noodtoestand werd afgeschaft en het regime van Yoon Suk Yeol zou aftreden. Het schrikbeeld van een verlamde economie, massaprotesten en oppositie binnen zijn eigen partij dwong Yoon tot capitulatie. Woensdagochtend vroeg kondigde hij aan dat de noodtoestand werd opgeheven en gaf hij de troepen die bij de Nationale Assemblee waren gestationeerd het bevel terug te keren naar hun kazernes. De aankondiging werd buiten het parlement met gejuich ontvangen.
Het bewind van Yoon loopt nu op zijn einde. In een hoofdartikel in de Joongang Ilbo, een conservatieve krant, stond woensdag: “De voorheen ondenkbare discussie over de afzetting van de president is nu onvermijdelijk geworden”. De oppositie heeft de president opgeroepen om op te stappen en aangeklaagd te worden wegens verraad, en heeft afzettingsprocedures in gang gezet voor het geval hij niet vrijwillig aftreedt. Binnen zijn eigen partij zijn de barsten groter geworden; de partijleider heeft zijn excuses aangeboden aan het publiek, opgeroepen om de minister van Defensie te ontslaan en aangedrongen op het aftreden van het hele kabinet. Er zijn berichten opgedoken dat Yoon’s topassistenten – waaronder zijn stafchef en nationale veiligheidsadviseur – massaal hebben aangeboden ontslag te nemen, wat de desintegratie van zijn politieke basis onderstreept.
Terwijl dit artikel geschreven wordt, is het Zuid-Koreaanse volk in groteren getale de straat opgegaan en weigert te stoppen totdat Yoon Suk Yeol weg is. Volgens de verslaggever van The Guardian in Seoul, “is een versnelde afzetting het ordewoord op de lippen van de mensen”. Ondertussen heeft de KCTU gezworen door te gaan met de algemene staking totdat de president volledig aftreedt. Yoon’s noodlottige afkondiging van de noodtoestand heeft niet alleen het waarschijnlijke einde van zijn presidentschap bespoedigd; het lijkt er ook op dat het de collectieve kracht van de Zuid-Koreaanse arbeidersklasse nieuw leven heeft ingeblazen. Het momentum dat door deze strijd is gegenereerd, biedt een zeldzame kans die moet worden aangegrepen om een bredere massabeweging op te bouwen – niet alleen voor het einde van Yoons bewind, maar om de diepgewortelde grieven en eisen van Zuid-Koreaanse arbeiders en jongeren aan te pakken, waaronder hogere lonen, een ommekeer in het anti-arbeidsbeleid en doortastende actie om de epidemie van discriminatie en geweld op grond van gender aan te pakken die onder Yoons bewind is blijven woekeren.
Hoewel Yoon’s poging tot hardhandig optreden is verijdeld, dient het als een waarschuwing dat zolang het kapitalisme voortduurt, democratische rechten nooit gegarandeerd zijn – laat staan echte democratie, waar de door de samenleving gecreëerde rijkdom niet langer wordt gemonopoliseerd door de elite van de grote bedrijven en hun systeem wordt beschermd door politieke geldschieters die de staatsmacht in handen hebben.