Op 14 november werd bekend dat er in Kortrijk zeven vrouwen slachtoffer werden van spiking – het doelbewust toedienen van middelen zonder toestemming. De zeven slachtoffers bestelden telkens een gelijkaardig drankje, waarna het licht volledig uitging. Vervolgens werden ze ‘s anderendaags wakker, met een black-out en aanwijzingen van seksueel geweld. Intussen loopt het slachtofferaantal binnen de Kortrijkse uitgaansbuurt al op tot 11.
Geschreven door een begeleider van slachtoffers van seksuele uitbuiting
Schokkend genoeg werd ten minste één slachtoffer na haar verkrachting door de politie aangetroffen, gearresteerd en opgesloten wegens “openbare dronkenschap”! Dit illustratieve, maar helaas niet unieke, voorbeeld toont hoe slachtoffers van seksueel geweld niet alleen moeten opboksen tegen daders, maar ook tegen autoriteiten met een seksistisch en repressief discours. ‘Meisjes moeten beter op hun drankje letten als ze ‘ongewilde seks’ willen vermijden,’ dixit het Kortrijks parket en diverse media. Wij eisen gerechtigheid voor alle slachtoffers van seksueel geweld en een einde aan de normalisatie van seksueel geweld, die in stand wordt gehouden door deze kapitalistische maatschappij!
In hun onderzoek omtrent het fenomeen van spiking geeft het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC) aan dat alcohol het meest voorkomende spikingmiddel is. Slachtoffers worden het vaakst bewust dronken gemaakt waarna ze worden aangerand of verkracht. Het toedienen van verdovende middelen kan via drank, een naald, of zelfs inhalatie door een ballon, vape, sigaret of voedsel. Zo zijn er de afgelopen twee jaar tientallen meldingen geweest van “needle spiking”, waarbij slachtoffers op openbare evenementen, waaronder de Pride, plots een prik voelden. Vaak meldden de slachtoffers zich pas enkele dagen na het incident, waarna detectie van verdovende middelen niet meer mogelijk was en ze naar huis werden gestuurd met enkel een onverklaarbare naaldprik en blijvende schrik.
Aangezien middelen zoals GHB, ketamine en rohypnol slechts 24 uur tot enkele dagen detecteerbaar zijn in bloed en slachtoffers zich vaak niet of pas later durven melden, zijn sporen vrijwel altijd verdwenen. Lachgas is zelfs helemaal niet op te sporen. Na enkele dagen is een haarstaal de enige manier om spikingmiddelen te detecteren — maar dit kan alleen op bevel van een onderzoeksrechter in een strafrechtelijk onderzoek. Daardoor blijven veel gevallen onder de radar, aangezien niet elk zedenonderzoek automatisch een strafrechtelijk onderzoek wordt.
Daarnaast zijn er nog gevallen bekend waarin slachtoffers werden tegengewerkt door de autoriteiten die hen juist zouden moeten beschermen. Zo werd een zaak van een minderjarige, die door loverboys op een sekswerkplatform was gezet, door een onderzoeksrechter geseponeerd met de opmerking dat de 15-jarige “toch een hoer is” omdat zij zichzelf online aanbood. Het feit dat deze minderjarige zich niets meer herinnerde van de foto’s die van haar waren gemaakt, werd terzijde geschoven, evenals het juridische feit dat een 15-jarige wettelijk geen toestemming kan geven tot prostitutie.
Spiking is het ultieme drukkingsmiddel om de zelfbeschikking te ontnemen van slachtoffers van seksueel geweld. Daarbij zorgt het ontbreken van herinneringen voor heel veel angst, schaamte en schuldgevoel bij het slachtoffer. In het geval van een rechtszaak zal de verdediging van de dader zelfs gebruik maken van deze gaten in het geheugen, en de geloofwaardigheid van het slachtoffer in twijfel proberen trekken.
Deze herhaalde negatieve, traumatische ervaringen met instanties — instanties die zouden moeten bestaan om slachtoffers te beschermen — vergroten de kans op PTSS (post-traumatisch stress syndroom) bij slachtoffers. Onze rechtsstaat onder het kapitalisme functioneert niet als bescherming van slachtoffers, maar als een systeem vol seksisme, bureaucratische obstakels en willekeurige beslissingen, waarin het vonnis afhankelijk is van de persoonlijke overtuigingen van agenten, rechters en aanklagers. Zo bepaalt een rechter of een incident als spiking wordt gezien, en niet het slachtoffer of de forensisch adviseur en het toxicologisch instituut. Een agent trof een minderjarig meisje in bed aan bij een meerderjarige man en rapporteerde alsnog geen zedendelict. Als hulpverleners hier vragen over stelden, luidde de repliek: “Het meisje zag er volwassen uit met die wimpers en make-up; ik kan meneer niets kwalijk nemen.”
Alhoewel bovenstaande getuigenissen eerder anekdotisch zijn, is de aanwezigheid van seksueel geweld in de maatschappij onmiskenbaar en alomtegenwoordig! Zo blijkt uit een nationaal representatieve bevolkingssteekproef uit 2021 dat bijna 80% van de vrouwen in hun leven slachtoffer worden van seksueel geweld (1), waarvan 16% vrouwelijke slachtoffers van verkrachting. (2) “Het risico op seksueel slachtofferschap lag ongeveer twee keer hoger voor niet-heteroseksuelen in vergelijking met wie zichzelf als heteroseksueel identificeert.” Bij mannen wordt 48% ooit slachtoffer van seksueel geweld, waarvan 5% slachtoffer van verkrachting. Er is een reden waarom zo goed als elk jong meisje gewaarschuwd wordt voor het gevaar van spiking. Terwijl iedereen het probleem blijkt te kennen, zegt het parket in Kortrijk nu dat het “de eerste keer is” dat het “op zo’n grote schaal met het fenomeen spiking te maken krijgt.”
Het is tijd om een eind te maken aan deze vicieuze cirkel van victim-blaming en geweld: zowel in de samenleving, als in de rechtszaal, als in gemeenschappen en gezinnen. We eisen meer middelen voor de begeleiding van slachtoffers van seksueel geweld en voor preventie. Zo komen we op voor massale publieke investeringen in vluchthuizen, zorgcentra na seksueel geweld en meldpunten om elk slachtoffer te ondersteunen. Als socialistisch feministen strijden wij voor een maatschappij die een eind maakt aan de (seksuele) uitbuiting van de gehele werkende klasse, waarin racisme, seksisme en onderdrukking verleden tijd zijn.
- Definitie volgens het WHO: “elke seksuele handeling, gepleegd tegen iemands wil” (Centers for Disease Control and Prevention, 2014) en kan het worden gepleegd “door elke persoon, ongeacht hun relatie tot het slachtoffer en in elke omgeving” (WHO, 2002). “Seksueel geweld omvat, maar is geenszins beperkt tot, verkrachting, poging tot verkrachting en seksuele slavernij, evenals ongewenste aanrakingen, bedreigingen met seksueel geweld en seksuele intimidatie” (Arsanjani, 1999)
- Verkrachting wordt gedefinieerd als het ongewenst penetreren (of poging tot penetratie) van de vagina, mond of anus door de penis, één of meerdere vingers of objecten.